'Stuur jongeren die schoolmoe zijn naar de VDAB', zo stelt VDAB-topman Fons Leroy donderdag voor in De Standaard. 'Zij kan voor een gerichte beroepsopleiding zorgen, eventueel een stage, en hen zo op de arbeidsmarkt krijgen.'
De werkloosheid in Vlaanderen zit op haar hoogste peil sinds 2006: er zijn al 240.000 werkzoekenden, maar 'vooral de jeugdwerkloosheid loopt op'. Dat zegt VDAB-topman Fons Leroy. Over jongeren met een diploma maakt hij zich weinig zorgen: 'Hoe hoger iemand geschoold is, hoe sneller hij aan werk geraakt'. Wat wel zorgen baart, zijn de schoolverlaters zonder diploma. Leroy stelt daarom twee maatregelen voor.

1. Laat de VDAB helpen met leerlingen die schoolmoe zijn.

Al één op de acht jongeren verlaat het middelbaar onderwijs zonder diploma. Volgens Leroy gaat het vaak om jongeren die al op zestien jaar schoolmoe zijn. 'Zij komen via het watervalsysteem in het beroepsonderwijs terecht, beginnen te spijbelen en haken af.'

Leroy stelt voor dat 'de scholen tijdig aan de VDAB zeggen: deze jongeren dreigen af te haken, probeer ze met uw instrumenten op de arbeidsmarkt te krijgen, geef ze een individuele beroepsopleiding, werk aan hun attitudes, hun taalniveau,... Dat zal hen allemaal meer interesseren dan de school.'

Het idee komt uit Duitsland, waar jongeren hun opleidingen deels in de school, deels in de bedrijven krijgen. Ons land kent echter geen grote bedrijven als Duitsland, maar opleidingen in de bedrijfsgerichte context zijn wel mogelijk: 'Onze opleiding tot bouwvakker gebeurt buiten, met hedendaagse graafmachines. Dat is veel eigentijdser dan op school.'

2. Stuur alle jongeren op stage

Jongeren weten vaak heel weinig over wat beroepen inhouden, merkt Leroy. Om dat te verhelpen vindt hij dat iedereen tijdens zijn schooltijd al eens op stage moet kunnen gaan. 'Dat moet niet altijd om een werkstage gaan. Het mag ook een snuffelstage zijn, waarin je kan proeven wat je ligt of niet. Bedrijven hebben er geen probleem mee nog technische vaardigheden bij de spijkeren op de arbeidsvloer, maar willen wel jongeren met goesting om te werken.'

Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20131030_055

Mening:
Het voorstel van Fons Leroy om aan de VDAB te laten weten welke jongeren er het school gaan verlaten vind ik een goed idee. Vele jongeren willen een beroep leren maar willen niet naar school gaan. Door dit systeem gaan de jongeren toch een beroep leren en gaan ze niet in een vicieuze cirkel terecht komen van werkloosheid en misschien wel armoede (in het slechtste geval). Door dit voorstel gaan de jongeren niets 'overbodig' leren want meestal vinden ze alles 'overbodig' buiten de praktijk. Ik ben ook voorstander voor het idee om leerlingen tijdens hun secundair onderwijs op stage te sturen. Hier kunnen ze stage lopen bij het beroep dat ze later willen doen, zo kunnen ze zien of dit nu ook effectief iets voor hen is of niet. Als ze al op voorhand weten of dit iets voor hen is gaan ze extra gemotiveerd zijn, indien dit niet iets voor hen is gaan ze nog tijdig kunnen uitzoeken wat wel iets is voor hen. Wanneer iemand gaat verder studeren en tijdens zijn/haar studie te weten komt dat dit niets voor hem/haar is, is het misschien moeilijk om nog iets anders te zoeken. Dit is iets wat opgelost kan geraken door de stage in het secundair onderwijs.

Ik denk zeker dat dit initiatief een goed initiatief is! Het biedt jongeren een soort van tweede kans om er toch iets van te kunnen maken. Vaak voelen ze zich al 'afgeschreven' omdat ze toch geen diploma hebben en voor deze jongeren moeten er nieuwe mogelijkheden worden aangeboden. Ik weet niet of je hier alle jongeren mee gaat bereiken, want ik denk niet dat iedereen dan al klaar is om te gaan werken. Ik denk dat leerlingen dan vooral de keuze gaan krijgen tussen metser, elektricien..., dus eerder handarbeid terwijl er zeker ook leerlingen gaan bijzitten die het verstand wel hebben om bijvoorbeeld te gaan verder studeren, maar er even geen zin meer in hebben. Zij gaan zich ook niet aangesproken voelen om zo'n soort van job te doen. Dit zal waarschijnlijk wel een kleinere procent zijn dan diegene die schoolmoe zijn in het BSO en wel iets hebben aan de opleidingen van de VDAB.

Ik vind het ook heel positief dat ze al stage willen aanbieden in het secundair. Ik denk dat dat voor leerlingen veel duidelijkheid kan scheppen over wat ze later willen doen of wat ze net niet willen doen. Nu kiezen leerlingen wel voor een bepaald beroep, maar ze weten vaak niet exact wat het dan in realiteit gaat voorstellen. Ik hoop dat dit niet enkel is voor het TSO en BSO, want ik denk dat leerlingen van het ASO zoiets ook kunnen gebruiken. Zij hebben een algemene opleiding gekregen en hebben nadien erg veel keuze, als ze dan de kans krijgen om er een dag eens van te proeven, ga ze misschien nog zekerder zijn van hun keuze of de keuze toch nog eens bekijken. Zo kunnen we misschien ook voorkomen dat leerlingen in de verkeerde richting beginnen en na een paar maanden al switchen!

Leuk initiatief van de VDAB. Eén op de acht jongeren verlaat het middelbaar onderwijs zonder diploma en dat is ontzettend jammer. Ik begrijp dat sommige leerlingen niet graag naar school gaan omdat ze steeds stil moeten zitten en dingen moeten leren waarvan ze het nut niet echt inzien. Als de school deze leerlingen goed opvolgd en de VDAB als het ware gaat inschakelen om hulp te krijgen, graag. Net als Tinne zegt, zal er ook weer een keerzijde aan de medaille zijn. Sommige leerlingen zijn nog niet klaar voor de beroepswereld en gaan er ook niet met volle goesting invliegen.

Het is inderdaad zo dat leerlingen ook te weinig af weten van hoe het er in de beroepswereld echt aan toe gaat. Een werkstage en/of snuffelstage is vast en zeker een goed idee. Er zijn zoveel leerlingen die de verkeerde keuze maken omdat ze eigenlijk te weinig over het beroep weten. Hoe gaat het er in de praktijk aan toe? Is het wel echt zo leuk als je denkt? De praktijk ziet er vaak heel anders uit dan je jezelf voorstelt. De studie zelf kan demotiverend zijn maar de praktijk kan dan weer wel echt je ding zijn of omkeerd. Dit moeten de leerlingen al vroeger kunnen ontdekken. Dan heb ik het ook over àlle leerlingen; ASO, TSO en BSO.

Het is een heel goed initiatief om jongeren die schoolmoe zijn aan een job te helpen. Maar misschien moet het probleem toch maar anders aangepakt worden, want elke keer als een bedrijf moet besparen vallen er ontslagen. En wie wordt er als eerste ontslagen? Diegenen zonder diploma. Dus als men het probleem nu eens in de school aanpakt. Als men ervoor zorgt dat de leerling in de gepaste richting voor hem/haar komt zodat het watervalsysteem al niet ontstaat. Dit is gewoon een kwestie van goed begeleiden, maar ook ouders moeten hierin helpen. Zij mogen hun kind niet laten doen wat zij willen dat het doet. Ze moeten luisteren naar hun mening. Misschien is dit al een goed begin tegen de strijd van het schoolmoe zijn. Want een diploma hebben blijft toch nog steeds een 'zekerheid'.