#1
|
||||
|
||||
Spelen, of Rilatine
Spelen, of Rilatine - Sluiting kinderopvang wegens overlast
Nog nooit hadden kinderen zo veel rechten, nog nooit kregen ze zo weinig ruimte om kind te zijn, stelt MIEKE VOGELS vast. ‘Sinds wanneer zijn spelende kinderen ook al lawaai?' Het hoort bij de vaste zomerthema's: een vrederechter die een kinderopvang sluit wegens lawaaioverlast van spelende kinderen. Dit keer is het in Brugge, maar het kon net zo goed in Genk zijn, of in Oudenaarde. De onverdraagzaamheid tegen ‘kinderlawaai' groeit. Iemand die twintig jaar geleden met zo'n klacht naar de vrederechter stapte, zou niet gehoord worden en kreeg al helemaal geen gelijk. Gelukkig reageren heel wat buren verontwaardigd op de sluiting: spelende kinderen, heet dat ook al lawaai? Maar voorlopig halen de klagers hun slag thuis. Kinderen krijgen almaar minder ruimte – letterlijk – in de samenleving, en dat heeft grote gevolgen voor hun welzijn. Getuige daarvan de steeds groter wordende instroom in de jeugdzorg. In Duitsland en ook in Nederland heeft men de kwestie van klagende buren aangepakt en de wet aangepast. Spelende kinderen kunnen geen reden meer zijn om een klacht in te dienen wegens lawaaihinder. In ons eigen Vlaanderen wil dat maar niet lukken. Van Pontius naar Pilatus In 2005 stelde ik een eerste keer een vraag aan de toenmalige minister voor Leefmilieu, Hilde Crevits. Zij verwees me door naar haar collega voor Welzijn en Gezin, toen nog Inge Vervotte. Die vroeg prompt een advies aan Kind en Gezin, waar verder niets mee gebeurde. Ondertussen wijzigde Nederland zijn wetgeving en werd Joke Schauvliege Vlaams minister van Leefmilieu. Een aanpassing van de Vlarem-normen biedt volgens Schauvliege geen soelaas en dus hanteert ze de oude truc: ‘Het is niet mijn bevoegdheid, er is een aanpassing van het Burgerlijk Wetboek nodig, Stefaan De Clerck is aan zet.' Die laatste verwijst door naar de lokale besturen. De gezins- en kindvriendelijke partij die CD&V toch wil zijn, heeft alle ministerposten in handen die er toe doen maar slaagt er niet in te realiseren wat in Nederland en Duitsland wel kan: een sluitende regeling maken zodat kinderen ongestoord buiten kunnen spelen. De klachten tegen spelende kinderen zijn symptomatisch voor een veel ruimer probleem. Want nog nooit hadden kinderen zo veel rechten, en nog nooit kregen ze zo weinig ruimte om kind te zijn. Onderzoek leert dat kinderen tussen zes en twaalf jaar ruim 52 procent van hun verplaatsingen doen op de achterbank van de auto. De actieradius van kinderen werd tussen 1971 en 1990 al gereduceerd met een factor negen. De voorbije twintig jaar is die bewegingsvrijheid alleen maar verder beperkt. Recent legde de commissie Jeugdzorg in het Vlaams Parlement haar conclusies neer. De commissie zocht een jaar lang naar het antwoord op de vraag hoe het komt dat meer en meer kinderen in de jeugdzorg en de jeugdpsychiatrie terechtkomen. Ze hoorde hierover niet minder dan 52 wetenschappers, experts en mensen op het terrein. Iedereen was het erover eens dat opvoeden anno 2011 een enorme druk met zich meebrengt. De ouder is verantwoordelijk voor de opvoeding. Als een kind op straat wordt overreden is dat de fout van de opvoeder: kinderen horen niet op straat, en als een kind lastig of druk is komt dat door een foute aanpak van de opvoeder. Ouders vragen zich permanent af of ze het wel goed doen. Als een kind toch nog druk of onhandelbaar is, ontstaat er paniek en gaan ouders professionele hulp zoeken. Als je kind dan het etiket ‘ADHD' krijgt, is dat vaak een opluchting: oef, het ligt niet aan mij, het is het kind dat moeilijk is. Musiceren in plaats van druppeltjes Het aantal kinderen dat vandaag Rilatine neemt, is intussen verduizendvoudigd. Ontluisterend in dat verband zijn de eerste resultaten van een onderzoek dat het kinderrechtencommissariaat voert. Daarbij vraagt het aan kinderen wanneer en hoe ze Rilatine nemen. Sommige kinderen vertellen dat ze geen Rilatine nemen als ze gaan sporten of als ze naar de muziekschool gaan, omdat ze dan minder goed presteren. Zouden we die kinderen dan niet liever alle dagen laten sporten, rennen en musiceren, in plaats van hun die druppeltjes te geven? Ik wil u een citaat van prof. Stijn Vanheule (UGent) niet onthouden: ‘Een probleem wordt veel sneller dan vroeger bestempeld als een stoornis. Je geeft zo aan kinderen de boodschap mee dat ze op een of andere manier gestoord zijn. Ik hou mijn hart vast voor de impact op de identiteitsvorming. Dit is de eerste generatie die zo intensief begeleid wordt en we weten niet wat het effect is. Al merk je nu al bij sommige jonge twintigers dat ze worstelen met het etiket dat ze vroeger opgeplakt kregen.' De Nederlandse hoogleraar Mischa de Winter doet onderzoek naar kinderen die op jonge leeftijd het etiket ‘ADHD' kregen, en gaat na of dat etiket bevestigd wordt aan het eind van de puberteit. Bij slechts een jongere op de tien wordt de diagnose ADHD herbevestigd. Een eerste manier om te voorkomen dat steeds meer kinderen met een ‘stoornis' in de jeugdzorg terechtkomen is kinderen opnieuw kind laten zijn. Kinderen moeten weer de ruimte krijgen, zodat ze op een veilige manier en in hun eigen omgeving hun belangrijkste opdracht kunnen waarmaken: spelen. Dit oogt simpel maar de realisatie van deze droom vraagt een totale ommekeer in ons denken. We vinden het vanzelfsprekend dat we onze auto voor de deur kunnen parkeren, om dan met die auto 5 km te moeten rijden naar een park waar onze kinderen veilig kunnen ravotten. Niet de auto op wandelafstand is de eerst prioriteit, wel een veilig bereikbare speelplaats voor kinderen. Koning auto Door de demografische evolutie neemt zowel het aantal kinderen als het aantal 65-plussers toe. De kwaliteit van leven van deze bevolkingsgroepen wordt gegarandeerd via een aangename en veilige thuisomgeving waar sociaal contact mogelijk is. Vandaag wordt het openbaar domein in onze steden en dorpskernen nog altijd gedomineerd door de auto. De auto wordt gemiddeld 55 minuten per dag gebruikt. De overige 23 uur staat hij stil en benut de ruimte die zo broodnodig is voor de levenskwaliteit van kinderen, jongeren en ouderen. Het openbaar domein opnieuw aan de bewoners geven, zodat kinderen ruimte krijgen en nieuwe verbondenheid kansen krijgt: dat is een van de belangrijkste uitdagingen voor het beleid de komende jaren. DS, 20-07-2011 (Mieke Vogels)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |