|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
De kwetsbaarheid van mannen in de kinderopvang
Opgelet, niet te veel knuffelen
BRUSSEL - Er zijn al maar heel weinig mannen in de kinderopvang. Zal het kindermisbruik in de Amsterdamse crèches ertoe leiden dat het er straks nog minder zijn? Mogen mannen straks helemaal geen luiers meer verversen? Bruno Neels uit Brugge is 2,5 jaar onthaalouder geweest. Daarvoor werkte hij als buschauffeur bij De Lijn, maar een probleem met de knieën maakte dat hij op zoek ging naar meer afwisselend werk. Om familiale redenen is hij er intussen weer mee gestopt. Hadden ouders soms bedenkingen bij het feit dat ze hun kinderen aan een man toevertrouwden? ‘Alleen in het begin misschien. Bij het eerste contact merkte ik dat papa's wat afwachtender waren dan mama's. Maar zodra hun kinderen hier kwamen, was iedereen dik tevreden.' In een eerder interview met de krant, zowat een jaar geleden, zei Neels dat hij ‘misschien wat minder zorgend' met de kinderen omging en meer inzette op spelen en creativiteit. ‘Maar ze komen geen liefde te kort hoor, ik knuffel ze evengoed.' Onthaalvaders: ze zijn op een of twee handen te tellen. Herwig Waelbers uit Bilzen was in een vorig leven schrijnwerker. Hij gaf zijn loopbaan een nieuwe wending omdat hij zijn eigen dochters, nu een van drie jaar en een van zeven maanden, wilde zien opgroeien. Ook hij krijgt alleen maar positieve reacties van de ouders die hun kinderen bij hem achterlaten. ‘Ik bemoeder de kinderen niet zoveel als vrouwen doen', zegt hij. ‘Ik pak ze minder vaak vast en ik heb hoe dan ook geen tijd om de ganse dag met een kind op de arm te lopen. Er is een hoop te doen, als je zeven ukjes in huis hebt. Er zitten er hier nu vijf op de speelmat. Mijn eerste “lichting” is in september naar school gegaan, dus ik heb nu weer allemaal kleintjes, met wie ik de handen vol heb.' Avontuurlijker Volgens een telling van het Vlaamse Welzijnsverbond bestaat maar 2,3 procent van het personeel in de kinderopvang uit mannen. En dat op zich is al een hele verbetering in vergelijking met tien jaar geleden. De mannen maakten toen nog geen procent van het personeelsbestand uit. In 2002-2003 werd de campagne ‘Meer mannen in de opvang' gelanceerd, waarvan u op deze bladzijden de bijhorende affiches ziet. Ze trok de kaart van de gender-specifiteit: mannen kunnen evengoed voor jonge kinderen zorgen en doen dat op een nét iets andere manier. Een beetje avontuurlijker, iet of wat wilder en creatiever. ‘Het zijn er misschien nog altijd niet heel veel, maar dankzij die campagne zijn de mannen in de kinderopvang mainstream geworden', meent kinderopvang-expert Jan Peeters. Maar met wat er nu gebeurd is in Amsterdam, slaat de schrik hem om het hart. Peeters: ‘In Nieuw-Zeeland, waar ooit een vergelijkbaar schandaal is geweest, viel het aantal mannen in de opvang kort daarna op de helft terug. Nog maar kort geleden hebben we zoveel aandacht gehad voor misbruik in de internaten. Het zou wel eens kunnen dat er onder jongens een overtuiging begint te leven dat omgaan met kinderen niets voor mannen is. Dat daar te veel risico's aan verbonden zijn. En dan gaan we de hele opvoeding van onze kinderen, van 0 tot 18 jaar, helemáál feminiseren.' Peeters ziet dat niet graag gebeuren. ‘Overal in West-Europa zie je dat de mannen uit de opvoeding verdwijnen en duiken de schoolresultaten van jongens tegelijk mee naar beneden. Er moet toch een verband zijn? Vrouwen gaan doorgaans wat rustiger om met kinderen en denken ook sneller dat spelende kinderen ‘vechten', terwijl mannen hen aanmoedigen om hun eigen grenzen te verleggen en minder snel ingrijpen. Ik zeg niet dat het een beter is dan het ander, maar je moet beide hebben.' Misbruik door mannen in de opvang, Peeters heeft er geen weet van. In Deurne was er de onthaalmoeder van wie de man de kinderen bleek te hebben misbruikt. Maar misbruik door mannen die zelf aan opvang deden, gelukkig niet nee. ‘Ik houd dat sinds die campagne in het oog. We hameren erop als we mannen opleiden, of lezingen geven aan de sector: dat men beschuldigingen moet voorkomen door het personeel goed op voorhand te screenen en door moeilijke situaties niet voor jezelf te houden. Kinderen kunnen soms, in bepaalde omstandigheden, heel veel affectie vragen. Let op als je zo'n kind bij je op schoot neemt. Doe dat niet wanneer je ermee alleen bent. En trouwens, in een crèche is een begeleider bijna nooit alleen met één of meer kinderen. Ik vraag me echt af hoe dat op zo grote schaal in Amsterdam is kunnen gebeuren! Maar als het gebeurt, breng die situatie dan ter sprake in het team.' Extra voorzichtig Dat geldt eigenlijk ook voor vrouwelijke begeleiders, vindt Peeters. Alleen moeten mannen misschien toch nog extra voorzichtig zijn: ‘In Frankrijk is eens veel heibel ontstaan toen een student die stage liep, bij het verversen van de luiers even op het piemeltje van een jongetje had geblazen. Die student had een moeder die jarenlang kinderen bij hen thuis had opgevangen, en die vrouw deed dat altijd. Niemand had daar ooit een opmerking over gemaakt, maar toen haar zoon het deed, was het kot te klein. Een man kan zich zoiets niet veroorloven.' Kan een vrouw zich nog wel zoiets veroorloven? Peeters: ‘Nee, wellicht niet. Onze gewoontes, onze manieren om met kinderen om te gaan, zijn énorm veranderd. Wij hebben filmpjes van crèches in Gent uit de jaren tachtig, waarop de kindjes in hun blootje lopen. Iedereen vond dat toen leuk, iedereen lachte. En het was ook handig als ze met verf speelden: dan konden ze ineens helemaal gewassen worden. Nu is dat uitgesloten. We stellen ons heel anders op.' Dat is al sinds de zaak-Dutroux zo, zegt Stefaan Plattiau, de zaakvoerder van 't Breugelkind, een centrum voor kinderopvang dat landelijk diverse initiatieven heeft ontwikkeld, zowel crèches als initiatieven voor buitenschoolse opvang. Hij stelt ruim tweehonderd personeelsleden te werk, onder wie ‘toch vijf of zes mannen'. Het nieuws uit Amsterdam houdt ook hem al de hele dag bezig. In zijn organisatie staan er bijna geen mannen bij de allerjongste kinderen. ‘Ook in de Scandinavische landen, waar meer mannen in de kinderopvang actief zijn, zie je dat die vooral werken met oudere kinderen. Ik heb daar nogal wat initiatieven bezocht en bij de baby's zag ik toch vooral en zelfs bijna uitsluitend vrouwelijke begeleiders. Dat is ook bij ons zo. Ik heb één man in een crèche. Hij doet dat goed. Het is een jongen die veel ervaring heeft opgedaan in de jeugdbeweging. We hebben nog nooit een negatieve opmerking over hem gekregen. Maar hij is daar ook de enige.' Richtlijnen De anderen zijn, na een periode van werkloosheid en een heroriëntering door de VDAB, in de buitenschoolse opvang tewerkgesteld. Plattiau heeft er richtlijnen voor uitgevaardigd. ‘We adviseren de mannen om zich toe te leggen op de wat oudere kinderen, om met hen te spelen en te sporten. Ze mogen liefst niet of slechts uitzonderlijk met de kinderen alleen zijn. Als kinderen getroost of geknuffeld moeten worden, sturen ze die best naar een vrouwelijke collega door. En ze mogen de kinderen niet begeleiden naar een zwemactiviteit, of toch niet zonder dat er een vrouwelijke collega mee is. Want de kleinste kinderen moeten geholpen worden met aan- en uitkleden.' En mannen mogen dat niet doen? Is dat geen discriminatie? ‘We doen dat voor hun eigen bestwil. Je kunt zeer snel kapotgemaakt worden op basis van valse beschuldigingen. Zulke beschuldigingen willen we vermijden', zegt Plattiau. Maar hij geeft toe: ‘Wie weet, als een man dat voor de rechtbank zou willen brengen, dat hij nog gelijk zou krijgen ook.' Elk van zijn initiatieven heeft, behalve een coördinator, ook een kwaliteitscontroleur, die rechtstreeks aan de grote baas of de raad van bestuur rapporteert. ‘Zo proberen we te voorkomen dat klachten over de werking, die niet ernstig zouden worden genomen in de opvang zelf, in het niets verdwijnen. De kwaliteitscontroleur kan ze naar een hoger niveau tillen.' Kind en Gezin zei gisteren dat het misbruik in de kinderopvang niet voor honderd procent kan uitsluiten. De organisatie, die zelf geen kinderopvang inricht maar er wel op toeziet, stelt haar hoop in het nieuwe decreet op de kinderopvang, dat vanaf 2012 in voege moet treden. Onder dat decreet zullen alle initiatieven aan dezelfde voorwaarden moeten beantwoorden en zal het niet meer wettelijk zijn om op eigen houtje en zonder enig toezicht met kinderopvang te beginnen. Blog DS, 14-12-2010 (Veerle Beel)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |
#2
|
||||
|
||||
Ikzelf ben actief geweest als opvoeder/kinderverzorger/begeleider in de kinderopvang en kleuterschool.
Mannen worden er sowieso al niet met "open armen" ontvangen. Wij hebben als man een slechte reputatie ontwikkeld of beter gezegd de stempel"ongeschikt" gekregen na de affaire Dutroux en met alle pedofilie schandalen van vandaag in de kerk en daarbuiten doen hier nog een schepje bovenop. Het is nu niet dat de mensen/ouders ons gaan zien als een potentiële pedofiel, maar ze nemen toch een voorzichtig en defensief standpunt aan. Dat zou vergezocht zijn misschien, maar de media is een gevaarlijk gif. Mensen zijn nu eenmaal beïnvloedbaar, televisie is een brainwashmiddel. Merk ik vooral bij mensen van de derde leeftijd. Zij komen uit een periode waar alles wat ze moesten weten in de krant, radio of televisie werd vermeld. Deze mensen namen dit altijd heel letterlijk en bijvoorbeeld als een Oekraïner een bank had overvallen=alle Oekraïners zijn slecht. Ze zijn ook bang voor dingen die ze niet kennen. Het xenofobisme van deze mensen is nog steeds terug te vinden in de hedendaagse maatschappij. Vrouwelijke collega's in de kinderopvang staan wel open voor een mannelijke collega, maar toch wordt deze laatste steeds met een argwanend oog bekeken. Ik ga nu NIET alle kinderverzorgsters over de zelfde kant scheren. Er zullen plaatsen zijn waar er vlot samengewerkt kan worden. Maar het is nu eenmaal zo dat de aanpak naar kinderen toe verschillend is tussen vrouwen en mannen. Mannen zullen veel speelser zijn met kinderen(oppassen wat ik zeg, want dit kan gevaarlijk mislopen )maar zijn ook veel strikter en strenger als ze iets verkeerd doen. Een vrouw haar aanpak is zachter op dat vlak en minder disciplinair gericht. Tijdens mijn jaarlijkse evaluatie kreeg ik steeds te horen van mijn coördinatrice van dat ik TE streng(als ik kinderen in time-out zet, als ze elkaars voorgevel bewerken => vrouwelijke collega's zijn meer voor de vermanende vinger en een waarschuwing), en dat mijn vrouwelijke collega's zich stoorden aan mijn meningen die ik deelde over de strafmaat. Dit is nu maar een kleine blik op mijn ervaring. Maar mannen worden al niet echt op de eerste plaats van de verlanglijst gezet, tenzij je leeftijd een voordeel kan zijn(jong en scouts/chiroleiding). Uit ervaring en informatie die ik meekreeg van collega's uit het werkveld, zijn vrouwen nog altijd de eerste keus. Vrouwen vinden ons in het algemeen niet in staat om een kind op te voeden. Ze vinden ons te onvolwassen en te speels. En als het nodig is, te streng. Dit zal sowieso tegenstrijdigheden veroorzaken en niet iedereen denkt zo, maar toch is nu eenmaal het merendeel voor dit standpunt te vinden. In de modernistische tijd en daarvoor waren vrouwen ondergeschikt aan de man. Mannen vonden toen dat vrouwen niet in staat waren om de taken van mannen te vervullen, nu zijn de rollen omgekeerd. Het beeld dat er nu geschetst wordt, zal zeker het imago schaden en nog meer mannen gaan veroordelen voor ze nog maar de jury zijn gepasseerd. Het feit dat er bijna geen mannelijke kleuterleiding is, is waarschijnlijk dezelfde oorzaak. Het verbaast me dat er dan wel enorm veel mannelijke leerkrachten zijn, die een duidelijk overwicht vormen ten opzichte van hun vrouwelijke collega's. Terwijl het doelpubliek uiteindelijk hetzelfde is ondanks de verschillende leeftijdscategorieën. Hoe dan ook, het zal bewust en onbewust invloed hebben. |