|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
Pandora’s doos stond altijd open
Pandora’s doos stond altijd open
Onthullingen over fiscale paradijzen getuigen van laks beleid. En ze ondermijnen vooral het vertrouwen in de politiek en de democratie, schrijft Marc Reynebeau. Op het eerste gezicht heeft gewezen VRT-baas Paul Lembrechts weinig te maken met Abdullah II, de koning van Jordanië. Laat staan dat beiden lid zouden zijn van dezelfde club als de Russische president Vladimir Poetin, de Britse ex-premier Tony Blair, het Duitse ‘supermodel’ Claudia Schiffer, de Tsjechische premier Andrej Babis, de Britse zanger Elton John, gewezen IMF-baas Dominique Strauss-Kahn of de Nederlandse minister Wopke Hoekstra. Wat hen allen dan toch verenigt, blijkt uit de Pandora Papers, is dat ze een deel van hun fortuin in postbusfirma’s in belastingparadijzen hebben gestopt – of liever: verstopt, want in die business draait alles om anonimiteit. Het is niet voor het eerst dat zoiets opduikt – vele ‘leaks’ en ‘papers’ gingen de Pandora-onthullingen vooraf – en marginaal is het al evenmin. Knack, Le Soir en De Tijd melden dat er zelfs 1.200 Belgen bij zijn, onder wie een misdaadauteur, een chirurg, een professor, een mental coach, de eigenaar van een beleggingsgids, een Brusselse rapper, een radiopresentator, de zaakvoerder van een gokbedrijf, plus IT-specialisten en de gebruikelijke rijke adellijke families en Antwerpse diamantairs. Op het publieke forum staan die lui soms diametraal tegenover elkaar, in de kranten verschijnen ze nu schouder aan schouder in portretgalerijen, broederlijk verbonden in een gezamenlijk financieel belang. Wie mag het dan verbazen dat mensen gaan geloven in het bestaan van wereldomspannende complotten van de machtigen en de rijken tegen de kleine man, die ze al dan niet via coronavaccins, de hoax van de klimaatverandering of 5G in de pas willen laten lopen? Ziedaar zo’n complot, met geld van machtigen uit de hele wereld, gedrenkt in geheimdoenerij. Al valt het met dit complot al bij al nog mee. Zeker, het blijft altijd de vraag wat de herkomst is van al dat naar belastingparadijzen versaste geld en wat met de opbrengsten ervan gebeurt. Toch zijn veel van die offshoreconstructies zelf niet eens illegaal. En belastingen ontwijken is nog altijd niet hetzelfde als fraude – een mens moet tenslotte niet de dief van zijn portemonnee worden. Meer nog, soms worden ook anderen er beter van. Bij het clubje gefortuneerde vrienden waar de Nederlandse minister Hoekstra zijn spaarpotje inbracht, heet het nu dat het geld dat het via een postbusfirma belegde in safari’s in Afrika, daar ‘honderden directe banen heeft geschapen, duizenden vierkante kilometers ongerepte wildernis heeft beschermd en miljoenen dollars belastingen heeft betaald’. Het paternalisme, ook in koloniale versie, is nooit ver weg. De lucratieve omweg via de Britse Maagdeneilanden is zelfs ‘gedemocratiseerd’, want behalve de gebruikelijke gefortuneerden duiken ook relatief kleine garnalen in de Pandora Papers op, die geen grote fortuinen maar ‘slechts’ enkele tienduizenden euro’s op overschot hadden. Ook hier laten de uitvluchten zich raden: ontzie toch de kleine spaarder, op zoek naar een uitweg uit de verstikkende belastingdruk en uit de geringe rente die de bank nog biedt. De mythe van de kleine spaarder is populair, maar niet onschuldig. Ze moet te vaak dienen als rookgordijn. De kleine spaarder is ‘de knuffelpanda van de oude neoliberale rechterzijde’, stelt de Britse econome Daniela Gabor. Of: ‘de gepensioneerde weduwe als stormram van het financiële kapitaal’, aldus de Duitse historicus Adam Tooze. In België zetten liberale politici die kleine spaarder even gretig als systematisch in als argument om elk drastisch fiscaal regime af te wijzen. In 2018 verzette toenmalig minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) zich tegen een Europese taks op internationale financiële transacties, want die zou nadelig zijn voor onder meer de exportbedrijven, de verzekeraars en de pensioenfondsen, en ‘anders belandt de taks toch maar op de schouders van de gewone burger’, liet hij het zakenblad Trends optekenen. In die mentaliteit blijven politici fiscale constructies tolereren die ogenschijnlijk ook de belangen dienen van de al dan niet als kleine spaarder vermomde ‘gewone burger’, al komen ze in de praktijk altijd het best uit voor de grote vermogens. De wet schept zo niet alleen rijkdom, ze verscherpt tegelijk de ongelijkheid. De Belgische middenklasser zou zich kunnen troosten met de gedachte dat het mattheuseffect garandeert dat de overheid hem in haar dienstverlening in de watten zal leggen, als kleine spaarder is hij niet meer dan de fiscale excuustruus voor de echt vermogenden. Zo is het ook in het weer actuele ‘debat’ over de privileges van dure voetballers in de sociale zekerheid: ze zouden dienen om het volk niet te beroven van zijn geliefde kijksport. Toch danken belastingparadijzen hun bestaan niet aan een direct politiek ingrijpen, maar aan het tegendeel ervan, de keuze van politiek en overheid voor afzijdigheid. Dat verklaart ook de amoraliteit die ze per definitie meedragen. Ze berusten niet op een open maatschappelijk project, maar op een individueel streven naar heimelijke verrijking. Daarom klinken excuses als democratisering, jobcreatie of burgerprotest tegen het excessieve overheidsbeslag snel erg hypocriet. Daar houdt het niet mee op. Omdat anonimiteit er de essentie van is, trekken belastingparadijzen niet alleen slimme beleggers of potentiële fraudeurs aan. Tegelijk zijn ze een onmisbaar werktuig voor de politieke en andere corruptie en voor de criminaliteit. Als gevolg van de Nederlandse fiscale laksheid, betoogde de Italiaanse schrijver Roberto Saviano in NRC, konden drugsbenden zich transformeren tot financiële holdings, machtig genoeg om bijvoorbeeld de moord op de journalist Peter R. de Vries te bestellen. Ze wassen crimineel geld offshore wit en daarmee infiltreert en corrumpeert de onderwereld de bovenwereld. ‘Een regering die zich daar niet verantwoordelijk voor voelt, is een medeplichtige regering’, besloot Saviano. Dat politici in hun fiscale passiviteit te weinig verweer tonen tegen de financiële lobby’s, maakt hen niet alleen medeplichtig aan financieel wangedrag. Het ondermijnt ook het publieke vertrouwen in de instellingen en de democratie. Dan ontstaat de indruk dat politici en, wie weet, de wetenschap, de media of de kunst, deel uitmaken van die louter op het eigenbelang gerichte elite, die met het grote geld samenzweert tegen het gewone volk. The plot thickens. DS, 06-10-2021 (Marc Reynebeau) |