actualiteitsforums  

Ga Terug   actualiteitsforums > ACTUALITEITSFORUM > BELGIË > Cultureel-maatschappelijk
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Home FORUMS Registreer Arcade Zoeken Posts van vandaag Markeer Forums als Gelezen

Antwoord
 
Onderwerp Opties Zoek in onderwerp Waardeer Onderwerp Weergave Modus
  #1  
Oud 14th April 2006, 14:44
Barst's Avatar
Barst Barst is offline
Administrator
 
Geregistreerd op: Jun 2004
Locatie: L'burg
Posts: 16,562
Kind is echt project geworden

Kind is project – en dat is heel verklaarbaar


De autoritaire opvoeding van de jaren vijftig liep in de jaren zeventig op haar einde. Maar de échte veranderingen in de opvoeding kwamen pas daarna. De positie van het kind in onze samenleving is in de afgelopen halve eeuw ingrijpend veranderd. Er is veel voor te zeggen dat het kind voor veel ouders een echt ’project’ geworden is, dat niet mislukken mag.


Pedagogen denken dat veranderingen in de aandacht voor het kind aan hen te danken zijn, maar dat is een grote vergissing. De manier waarop er met kinderen wordt omgegaan, wordt in de eerste plaats bepaald door economische verhoudingen. Ook wetenschappers lopen met hun ideeën in het algemeen achter die economische veranderingen aan. Het lijkt er zelfs op dat de meesten de tijd maar een beetje naar de mond praten. Zo had de toegenomen mondigheid van kinderen sinds de jaren zestig niet te maken met een doorslaggevend pleidooi van pedagogen, maar met het feit dat kinderen door de toegenomen welvaart steeds jonger economisch op eigen benen konden staan. Technische veranderingen, zoals het operationeel worden van de pil, zorgden nog eens voor een razendsnelle afname van het kindertal.

Vanaf die tijd is ook de ontwikkelingspsychologie zich pas echt voor het jonge kind gaan interesseren. Jongere kinderen kregen in die kleinere gezinnen meer ruimte. Ze werden in zekere zin voor het eerst echt zichtbaar. Voordien werden ze gewoon in de box gezet om zoet te gaan spelen. Moeder had het veel te druk om zich intensief met die kleintjes bezig te kunnen houden.

Sinds de jaren zeventig kunnen ouders en kinderen in Nederland in het algemeen heel goed met elkaar overweg. De autoritaire verhoudingen van de jaren vijftig –die ook de rust brachten waar velen nu nog naar terug verlangen– waren verdwenen. De generatiekloof was overbrugd. De ouders van toen wilden het nadrukkelijk anders doen dan hún ouders en de samenleving had hoe dan ook veel met kinderen op. Vandaag de dag worden uit de planning van Vinex-wijken zonder veel protest de voorzieningen voor kinderen weggesneden, toen werden kinderen door architecten en stedenbouwkundigen steevast naar hun wensen voor de woonomgeving gevraagd.

Met de autoritaire verhoudingen verdween echter ook de onvoorwaardelijke inzet van ouders. Boze tongen beweren dat de jaren-zestig-generatie altijd alleen maar aan zichzelf heeft gedacht. Het aantal echtscheidingen nam dramatisch toe. Het argument om voor de kinderen bij elkaar te blijven verdween naar de achtergrond. Scheidingen mogen voor ouders sindsdien statistisch een normaal verschijnsel zijn, iedereen weet inmiddels dat ze voor kinderen nooit normaal worden.

Dat de kinderen van vandaag voor veel ouders een project geworden zijn is niet zo moeilijk te begrijpen. In de grote gezinnen van de jaren vijftig en zestig was het geen enkel probleem als je er een of twee tussendoor had lopen die het wat minder goed deden op school. Tegenwoordig ligt dat anders. Onvermijdelijk komt op verjaardagen en partijen de vraag op hoe het met ze gaat en als je er dan maar twee hebt en het valt tegen, dan heb je het als ouder niet gemakkelijk.

Steeds meer ouders accepteren het niet meer als de kinderen het minder goed doen op school en ze zetten de school op een hoogst onaangename manier onder druk. Door het voortdurend toetsen en testen van kinderen, die vanwege hun nog al te grillige ontwikkelingsverloop nog helemaal niet te toetsen zijn, zijn die ouderlijke zorgen maar al te begrijpelijk.

Zowel onder wetenschappers als onder ouders lijken nog maar twee soorten te bestaan. Aan de ene kan de vroege repareerders en aan de andere kant zij die ervan uitgaan dat het allemaal vanzelf wel goed komt. Zo zijn er ouders die de leidsters in de kinderopvang vragen waarom hun peuters er geen rapporten krijgen. Maar er zijn ook ouders die het vroege getoets en getest beu zijn of zich doodschrikken als hun vijfjarigen met huiswerk uit school thuiskomen en besluiten om nieuwe scholen te stichten waar alle druk wordt vermeden.

Meestal wordt gedacht dat de grote verandering in de positie van het kind in de afgelopen halve eeuw in de jaren zestig en zeventig heeft plaatsgehad, maar bij nader inzien komen de jaren tachtig en negentig daarvoor veel meer in aanmerking. De jaren zestig en zeventig waren ook achteraf gezien nog idealistische jaren, waarin idealistische ouders met de volle inzet de zorg voor de kinderen deelden. Moeders die dat wilden gingen aan het werk, maar de inkomsten waren toen nog niet noodzakelijk voor het gezinsbudget. Het was de bloeitijd van de ouderparticipatie in de scholen.

Als we ons vandaag de dag ergeren aan het gedrag van kinderen, en dan weer vooral aan de ouders die niet ingrijpen, zien we op de achtergrond hoe dat komt. Zij doet niets, omdat het zijn beurt is en hij doet niets omdat hij er geen zin in heeft en zij doet niets omdat het zijn beurt is. Na de economische malaise van de jaren tachtig moest de productiviteit omhoog en ging de vrouw massaal de arbeidsmarkt op. Maar niet alleen de baas stelde hoge eisen, ook de ouders stelden hoge eisen aan zichzelf. Ze moesten naast de vervulling van het ouderschap nog vele levens kunnen leven, maar voor dat van leesmoeder en timmervader op de school ontbrak inmiddels de tijd.

Veel ouders scheppen er eer in om ook zelf een echte bijdrage aan de opvoeding te leveren. Die neiging afdoen als misplaatst schuldgevoel is al te gemakkelijk, maar overcompensatie kan beslist onwenselijke uitwerkingen hebben. Opvoedprogramma’s als Schatjes en De Supernanny bieden ouders de kans in de spiegel te kijken. Als ouders het al te eenzijdig gedragsmatige van die programma’s doorzien, valt er veel voor hen te leren en in de dagelijkse omgang met de kinderen is dat heel belangrijk. Want het grootste deel van de volgende generatie moeders zal eisen dat de vaders hun aandeel in de opvoeding leveren en dus zal het in de meeste gevallen toch altijd weer passen en meten zijn. En het is toch een kunst om al die sterk verschillende kinderen daar geen nadeel van te laten ondervinden.

Dr. Bas Levering is pedagoog en onderzoeker aan de Universiteit Utrecht en lector Algemene Pedagogiek bij Fontys Hogescholen in Tilburg.


Trouw, 14-04-2006
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
Met citaat antwoorden
Antwoord


Onderwerp Opties Zoek in onderwerp
Zoek in onderwerp:

Uitgebreid Zoeken
Weergave Modus Stem op dit onderwerp:
Stem op dit onderwerp::

Posting Regels
Je mag niet nieuwe onderwerpen maken
Je mag niet reageren op posts
Je mag niet bijlagen posten
Je mag niet jouw posts bewerken

vB code is Aan
Smilies zijn Aan
[IMG] code is Aan
HTML code is Uit
Forumsprong



Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 07:51.


Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.