#1
|
||||
|
||||
Idealisme
Idealisme
Rik Torfs IK beet net in een broodje met krabsla. Toen hoorde ik opeens: ,,Noem mij één Bekende Vlaming die idealistisch is. Eén enkele.'' Voilà, dat was de vraag, nu het antwoord. Winterlicht rekte zich lieflijk uit rondom een vergadertafel in Haasrode. In de woonkamer leed niemand kou. Buiten, in de tuin vol levenloos verlangen, liep een hond te mediteren. Mijn collega, die er nog ernstiger uitziet dan ikzelf, wachtte minzaam monkelend mijn antwoord af, klaar om met enkele vernietigende beschouwingen de genomineerde kandidaat de grond in te boren. Leuk. Eindelijk wat spanning. Gelukkig kennen lange vergaderingen over onderwijshervormingen pauzes, zodat de indruk verdwijnt dat we dit prachtige leven zomaar aan het vergooien zijn. ,,Noem mij een naam. Eén. Eentje maar'', klonk het weer. Op goed geluk probeerde ik Herman De Croo, de eerste idealist die mij te binnen schoot. Maar dat bleek niet het juiste antwoord te zijn. Eigenlijk had ik de bal moeten terugkaatsen: wat is een BV? En vooral: wat is idealisme? Een vraag verdient twee wedervragen, vooral wanneer ze ernstig is bedoeld zonder het helemaal te zijn. Ik heb idealisten altijd nare mensen gevonden, althans wanneer hun idealisme een volledige dagtaak in beslag neemt. Wanneer ze idealistisch eten en idealistisch liefhebben. Wie zichzelf als een idealist beschouwt (een schrijver zonder lezers, een herder zonder kudde, een denker zonder ideeën), verwerft alleen al daardoor het recht om kritiek te uiten op wie af en toe een moment van zwakheid vertoont. Wanneer beschikt iemand over genoeg idealisme om een idealist te zijn? Een paar dagen geleden werd de fraai uitgedoste Zwitserse Wacht door paus Ratzinger gehuldigd. Vijfhonderd jaar al hebben deze lieden hun vege lijf veil voor de bescherming van de heilige vader. ,,Wij willen ons leven voor hem geven'', verkondigde hun commandant voor de televisiecamera's. Toch wekte hij tijdens het korte gesprek de indruk dat hij vooral vlekken wilde vermijden op zijn mooie uniform. Bloedvlekken, doch evenzeer andere vlekken. Dat wist Mehmet Ali Agça al lang. ,,Ik wil sterven voor u.'' Het blijft een vreselijke mededeling. Gênant ook, wanneer geen enkele concrete omstandigheid een mensenoffer vraagt. Gênant, maar lang niet altijd folkloristisch. Zelfmoordaanslagen, wurgende wijsheid, onmenselijke trouw om het principe, eventueel ten koste van de partner die vrij wil zijn. De compromisloze idealist is het vaak niet om mensen te doen, maar om morele superioriteit. Het mag misschien net iets minder. Ik ben al erg tevreden met idealisten van tweede categorie, met mensen die individuele keuzes maken zonder daarbij telkenmale in de valstrik van het egoïsme te trappen. De tien geboden moeten niet altijd en overal strikt worden gevolgd, maar ze mogen evenmin alle tien tegelijk worden overtreden. Hier schuilt een kans. Als idealisten gebreken mogen hebben, komen zelfs BV's voor deze mooie eretitel in aanmerking. Een BV is altijd een beetje ijdel. Zo beseft hij te weinig dat de stilte doorgaans zijn sterkste wapen is. Verder legt hij niet voldoende wilskracht aan de dag bij het streven naar onbekendheid. Hij mist bescheidenheid. Terzijde: niet iedereen die onbekend is, heeft deze prestatie aan zijn bescheidenheid te danken. ,,Pretentie, brevet van domheid'', schreef Phil Bosmans jaren geleden al. Juist natuurlijk. Pretentie is lachwekkend. Nederigheid van haar kant kan is misschien net een tikkeltje gevaarlijker. Zij kan verwoestend zijn. Uriah Heep, de kruiperige bediende uit David Copperfield van Charles Dickens, beroemde er zich telkens weer deemoedig op dat hij nederig was, very 'umble', terwijl hij zijn alcoholverslaafde baas aanspoorde om nog meer te drinken, in een poging om hem zowel zijn geld als zijn ongerepte dochter afhandig te maken. Nederigheid moest dienen als dekmantel voor de meestermoord. Zoiets zal een BV niet overkomen. Hij is niet subtiel genoeg om zichzelf te vernederen. Zijn ijdelheid verraadt een ongevaarlijke onvolwassenheid, die vooral bij mannen wel vaker voorkomt. Dat maakt een BV natuurlijk nog niet tot een idealist. Maar zijn gebreken blijven sympathiek genoeg om op zijn minst die mogelijkheid open te laten. Van mijn broodje met krab resten nog slechts kruimels, alsmede een spatje mayonaise op een beleidsnota uit 2004. Maar een antwoord op de door mijn collega zo vakkundig gestelde vraag blijf ik schuldig. Wel heb ik de hele tijd koortsachtig nagedacht. Helaas, wat een mens niet ziet, weigert hij te geloven. Dus vraag ik maar wat anders: ,,En bij de politici uit vroegere tijden, beste collega, waren daar idealisten te vinden?'' ,,Ja'', zegt hij terstond. ,,Leo Tindemans.'' Deze uitspraak smeekt om een diepgaande analyse. Maar zie, de pauze is voorbij. En een column is, gelukkig voor de lezer, per definitie in omvang beperkt. Rik Torfs is hoogleraar kerkelijk recht. DS, 26-01-2006
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |