Leerlingen in de eerste graad van het secundair onderwijs moeten naast klassieke talen voor techniek kunnen kiezen. Dat is een van de hervormingen die het katholieke onderwijs voorstelt. 'We willen een brede algemene vorming', klinkt het.

In de discussie rond de hervorming van het secundair onderwijs (SO) stelt het Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs (VVKSO) een nieuwe structuur voor.

'Eén van de grootste knelpunten van het huidige secundair onderwijs is dat veel leerlingen te laat of helemaal niet terechtkomen in de studierichting die het best past bij hun mogelijkheden', zegt Chris Smits, secretaris-generaal van het VVKSO.

Daarom wil het katholieke onderwijs de 'hiërarchische perceptie' van studierichtingen wegwerken. 'Enerzijds wordt het aantal studierichtingen gereduceerd en anderzijds maximaal tegemoetgekomen aan leerlingenprofielen.'

In de toekomstvisie wordt de gradenstructuur behouden, maar de basisopties en beroepenvelden in de eerste graad worden afgeschaft. 'We willen daar een brede algemene vorming, die wel gedifferentieerd aangeboden moet worden, maar niet langer een specifieke voorbereiding is op studierichtingen van de tweede graad', zegt Smits.

Leerlingen met een hoog abstractievermogen kunnen in het nieuwe systeem bijvoorbeeld voor techniek kiezen naast klassieke talen.

In de tweede en derde graad wil men de onderwijsvormen ASO, TSO, BSO en KSO vervangen door de vijf studiedomeinen Taal en cultuur, Kunst en creatie, Maatschappij en welzijn, Economie en maatschappij en Wetenschappen en techniek.

Daarin onderscheidt men vier types studierichtingen, die voorbereiden op een brede academische doorstroming, professionele bachelors, hoger beroepsonderwijs of de arbeidsmarkt.

Bron
http://standaard.be/artikel/detail....DMF20120508_102

Mening
Ik vind dit systeem een goed voorstel, aangezien leerlingen inderdaad in de eerste graad vaak nog niet weten wat ze later willen worden en welke studies voor hen dus handig zouden kunnen zijn. Ikzelf heb verschillende studierichtingen uitgeprobeerd alvorens ik in een richting zat die mij echt lag en waar ik me goed in voelde. Ook is het volgens mij belangrijk dat het verschil tussen ASO, KSO, TSO en BSO minder groot wordt. Leerlingen voelen zich vaak geviseerd omdat ze in een bepaald hokje worden geduwd, waardoor ze minder zelfzekerheid krijgen en zich dus niet altijd goed in hun vel voelen. Ook kijken mensen uit bepaalde studierichtingen vaak neer op mensen uit andere richtingen en ontstaan er hierdoor pestsituaties o.w.v. een gekozen studierichting. Wel zal er nog steeds begeleiding nodig zijn om leerlingen de juiste richting te laten kiezen voor hun toekomst.

Ik ben het er mee eens dat de eerste graad moet hervormd worden naar een algemenere richting. Ik vind het persoonlijk jammer dat ik nooit de kans heb gekregen om meer technische dingen uit te proberen en op deze manier weet ik dus niet of ik goed ben in één van deze dingen. Ook heb ik gemerkt dat veel van mijn vriendin in het middelbaar verkeerd hebben gekozen met als gevolg dat deze verschillende keren gewijzigd zijn van richting. Dit kan verholpen worden in de eerste graad door het nieuwe systeem. Waar ik nog niet helemaal achter sta is het systeem voor de tweede en derde graad. Misschien is dit omdat het nogal vaag voorkomt in het artikel. Als ik het juist begrepen heb kan je op deze manier ook geen nieuwe richtingen 'creëren' zoals bijvoorbeeld de combinatie tussen kunst en taal. Ik vind dat hier nog verder over nagedacht moet worden. Een systeem zoals in Amerika lijkt mij wel een goed idee. Op deze manier kunnen de leerlingen vele verschillende vakken nemen en zitten ze naargelang hun niveau in klas 1, 2, 3 of 4 voor dat bepaalde vak. Dit zou er bijvoorbeeld al voor kunnen zorgen dat een leerling die minder goed in wiskunde is nog wel talen zou kunnen volgen op een moeilijker niveau. Deze leerling zou dan bijvoorbeeld voor Wiskunde in niveau 1 zitten en voor talen in niveau 3. Het niveau kan aangepast worden naargelang de inzet van de leerling. Momenteel is dit nog niet mogelijk in het onderwijs en als een leerling moeilijkheden heeft met wiskunde moet deze bijna automatisch een ook lager niveau van talen bestuderen.

Alle goede intenties ten spijt vrees ik dat een naamsverandering slechts een tijdelijke optie is. Het onderscheid blijft: Sommige leerlingen worden klaargestoomd voor het hoger onderwijs, anderen bereiden zich voor op de arbeidsmarkt. Zolang het eerste beter toekomstperspectieven blijft bieden zal er neergekeken worden op de laaggeschoolden. Of je het nu BSO noemt of maatschappij en welzijn, de reputatie zal snel weer hetzelfde zijn.

Wat de gevolgen zijn voor de tweede en de derde graad vind ik zelf ook nog wat onduidelijk. Als de verschillende richtingen inderdaad worden onderverdeeld in interessegebieden, kun je dan vanuit eender welke stroming doorgroeien naar eender welke richting in de tweede graad?

Een mooi alternatief is volgens mij de uitbreiding van het systeem dat we in het hoger onderwijs gebruiken. Je kiest voor een pakket vakken en behaald credits. Rond je dat pakket af, dan krijg je een attest voor dat pakket dat als toegangskaartje tot het hoger onderwijs of de arbeidsmarkt kan dienen. Eventueel kan je nadien nog extra vakken opnemen om zo extra diploma’s te halen. Een soort ba-na-ba in het secundair onderwijs.

Ik heb, net als Nico, het idee dat ze hetzelfde verkopen onder een andere benaming. Volgens mij moeten ze ook eens verder kijken waar de problemen beginnen: volgens de peilingstesten (vd overheid) 'verliezen' we al heel veel leerlingen in het vierde leerjaar! Misschien zouden daar de vakken ook eens moeten herbekeken worden zodat de kinderen daar al wat meer in aanraking komen met bv techniek. Zodat ze daar al eens proeven van de studierichtingen in het middelbaar en dat ze niet kiezen voor iets wat hun leuk 'lijkt'. Aan elk systeem zullen wel voor- en nadelen verbonden zijn, zo ook aan het systeem met credits => uren die overlappen en daardoor de lessen niet kunnen volgen.