|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
De ’ettertjes’ zelf zijn de schuldigen
De ’ettertjes’ zelf zijn de schuldigen
De criminaliteit onder de Nederlands-Marokkaanse jongeren loopt de spuigaten uit. Wat de inwoners van Slotervaart (Amsterdam), Veldhuizen (Ede), Kanaleneiland (Utrecht) en andere wijken in grote en middelgrote steden al jaren wisten, is nu ook tot de Tweede Kamer doorgedrongen. Er moet, zo vindt het overgrote merendeel van de politieke partijen, hoognodig iets aan worden gedaan. En hier wringt de schoen. De Tweede Kamer moet eerst de hand in eigen boezem steken. De landelijke politiek heeft te lang de ogen gesloten gehouden voor de Marokkaanse jongerencriminaliteit. Sterker, zij heeft de noodsignalen uit de Marokkaanse gemeenschap zelf naast zich neergelegd. De teneur van de reacties was – een paar uitzonderingen daargelaten – altijd dezelfde: „Het valt wel mee en het lost zich vanzelf wel op”. Dat de Kamer nu eindelijk tot de conclusie is gekomen dat actie dringend gewenst is, stemt tot vreugde. Beter laat dan nooit. Maar wat viel het laatste debat over de Nederlands-Marokkaanse jongerencriminaliteit in Gouda tegen! Had je niet beter had geweten, dan had je de indruk gekregen dat alle Nederlandse jongeren van Marokkaanse afkomst crimineel en gewelddadig zijn. Voor nuancering was in het debat – op een paar uitzonderingen na – geen plaats. Waar was de zo geroemde Nederlandse nuchterheid? Sommige parlementariërs wilden zelfs de Nederlandse troepen uit Afghanistan terughalen om de overlast te bestrijden. Je vraagt je af waar het naar toe moet met de discussie over de Nederlands-Marokkaanse crimineeltjes. Bezinning lijkt me de enige remedie. We moeten en mogen niet vergeten dat het op een bevolkingsgroep van ruim 350.000 Nederlanders van Marokkaanse afkomst om een paar honderd ettertjes gaat. We moeten met z'n allen toch mans genoeg zijn om die paar honderd jongens onder de duim te houden? Juist de Nederlands-Marokkaanse gemeenschap, moet hierbij een rol spelen. Als er een gemeenschap is die schade ondervindt dan is het deze groep wel. Nederlanders van Marokkaanse afkomst worden door toedoen van deze criminelen inmiddels voor tweederangsburgers versleten. Maar criminaliteit onder Marokkaanse jongeren los je niet op met rapporten, maar alleen met beleid en visie. En juist hier schort het aan in de landelijke politiek. Te veel wordt er teruggegrepen op de traditionele welzijnsaanpak en daarmee bereik je deze jongeren niet. Ze hebben maling aan praatgroepen, buurtvaders en goedwillende welzijnswerkers. De Marokkaanse jongerencriminaliteit kan alleen worden opgelost als de Marokkaanse gemeenschap zelf erbij wordt betrokken. Deze gemeenschap is te lang buiten spel gezet. Haar inbreng werd in het verleden ten onrechte grotendeels genegeerd. Juist hier is de expertise aanwezig om de criminele jongeren en hun ouders aan te pakken. Het idee om de totale Marokkaanse gemeenschap op het wangedrag van de Marokkaanse criminelen aan te spreken, gaat mij veel te ver. Hiermee wekt de politiek de indruk dat de hele groep medeverantwoordelijk is voor het criminele gedrag van een kleine minderheid. De verantwoordelijkheid ligt bij de criminelen zelf en hun ouders. Meningen uit wetenschap en politiek dat het gedrag van Nederlands- Marokkaanse jongeren etnisch bepaald is moeten in dit verband ook naar de prullenbak worden verwezen. Sommigen suggereren zelfs dat de criminaliteit onder jongeren van Marokkaanse afkomst te wijten is aan de ’Marokkaans-Riffijnse’ cultuur waar geweld en agressie min of meer normaal zijn. Dit is onzinnig en een grove vertekening van de werkelijkheid. Alsof de Marokkaanse probleemjongeren een stelletje genetisch bepaalde apen zijn: ’eenmaal een Rif-bewoner, altijd een Rif-bewoner’. De problematiek van de Marokkaanse crimineeltjes heeft niets met hun afkomst te maken. In tegendeel. De ouders – vooral de gescheiden moeders – zijn hun greep op deze jongeren kwijtgeraakt. De ’moraal’ van de straat is daarvoor in de plaats gekomen zoals de onlangs gepromoveerde criminoloog Jan Dirk de Jong stelt. En het is deze ’moraal’ die keihard moet worden aangepakt. Trouw, 24-10-2008
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |
#2
|
|||
|
|||
Waarom altijd "hun" schuld
Er moet duidelijk wel iets aan gedaan worden om de situatie te verbeteren maar het moet stoppen om steeds de schuld in dezelfde schoenen te schuiven. Van een "buitenlander" ziet men altijd eerder de schuld in dan iemand die hier al heel zijn leven werkt, woont, "één van ons".
De schuldigen onder hen moeten gestraft worden, zeker en vast, maar net zo goed de schuldigen onder ons. Hierbij moet de Marokaanse gemeenschap inderdaad meer betrokken worden bij de situatie, want als politie of sociale werkers zich ermee gaan bemoeien, voelen deze jongeren zich nog meer geviseerd omwille van hun uiterlijk en zal de kans op hervallen groter zijn dan als we iemand uit hun eigen omgeving het woord laten voeren. Het verbaast me wel dat de problematiek hieromtrent nu pas de Tweede Kamer bereikt. Ik woon in België en zelfs ik weet dat de situatie daar soms vrij hard uit de hand loopt. Het wordt hoog tijd dat de Regering zich terug meer gaat bezig houden met het volk, eens eindelijk de ogen opent voor de problemen van het land en zich gaat inzetten om een oplossing te zoeken |