|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
'Zolang we elkaar maar verstaan'
'Zolang we elkaar maar verstaan'
BRUSSEL - De inwoners van de Lage Landen vinden het fijn dat er meerdere varianten van het Nederlands zijn. Maar de toekomst is aan de 'omgangstaal', een vlottere versie van het AN. Van onze redacteur Vier soorten Nederlands onderscheidt het onderzoek, dat de Nederlandse Taalunie liet uitvoeren. Die verschillende talen zijn de standaardtaal (zoals op de VRT), de omgangstaal (vlot, niet regionaal te duiden), de regionale taal (toewijsbaar aan een streek) en het dialect (typisch voor een stad of dorp). Omdat niemand al die talen beheerst, is het noodzakelijk dat iedereen er meer dan één beheerst. Communicatie is immers een kwestie van aanpassen, en daarom schuift het taalgebruik mee met de situatie of de leeftijdsgroep waarin we ons bevinden. Vlamingen beheersen gemiddeld 2,6 van die talen, Nederlanders 2,5. De cijfers werden gisteren gepresenteerd op de Taaldag, een jaarlijks initiatief van de Nederlandse Taalunie. De grote trend is de groeiende populariteit van de omgangstaal. Nederlanders gebruikten in familiekring tot dusver vooral de standaard- en omgangstaal, maar de jeugd kiest steeds resoluter voor de omgangstaal. De helft van de Vlamingen gebruikt thuis een dialectische taalvariant, maar jongeren schuiven door naar omgangstaal (of regionale taal). Markant: buiten het gezin spreken we steeds minder dialect. Tegelijk wordt de oude droom van een eenmakende standaardtaal, zoals die in de jaren 1970 leefde, verder ondergraven. Driekwart van de ondervraagden vindt het vooral belangrijk dat Nederlandssprekenden elkaar blijven verstaan. Het is niet nodig om te streven naar een grotere eenheid, wel is het beter te vermijden dat er nog meer diversiteit komt. Die diversiteit zou kunnen komen van subculturele talen, zoals de sms-taal en de straattaal, die als een bedreiging gezien worden door wie hen niet beheerst. Jongeren vinden ze dus geen probleem. Het valt in dit onderzoek trouwens op dat jongeren meer taalvarianten beheersen dan ouderen. Dialecten worden evenmin als een probleem ervaren. Een grote meerderheid vindt dat dialecten mogen blijven bestaan. In Vlaanderen is die overtuiging heel sterk ingeworteld, en daar leeft ook het sterkst het gevoel dat we de échte dialecten kwijtspelen. Vlamingen zijn duidelijk dialectgevoeliger dan Nederlanders. De televisie speelt een grote rol in de discussie over taalvariatie. Vlamingen begrijpen Nederlandse series iets minder makkelijk zonder ondertitels dan omgekeerd, maar grosso modo kan de helft zich redden. Eén op vijf vindt series van over de grens zonder ondertitels niet begrijpelijk. Nederlanders achten het niet nodig meer streektaal in te lassen, een derde van de Vlamingen is daar wel voor te vinden. Een andere belangrijk taalnest is de klas. Leerkrachten spreken geen algemeen Nederlands meer, vindt één op de drie ondervraagden. Is het een optie om leerlingen in de klas dialectischer te laten spreken? De dialectminnende Vlaming vindt overwegend van niet, de Nederlander weifelt. Hier zit een debat in. U kunt Taalpeil, de krant van de Nederlandse Taalunie, bestellen via de website Bron: De standaard 28/10/2009, auteur: Peter Vantyghem Motivatie: Ik vind dit een interessant artikel, omdat dit toch ook aansluit bij de lerarenopleiding die ik volg. Zelf vind ik het heel belangrijk om voor een klas AN te spreken en vind het spijtig te moeten lezen dat 1/3 van de leerkrachten dit toch niet doet. Daarbij stel ik mij dan ook de vraag, hoe moeten leerlingen dan AN leren als de leerkrachten niet het goede voorbeeld geven. Ook al vind ik het beheersen van AN belangrijk, het dialect mag niet verdwijnen. Dialecten geven een deel van de geschiedenis weer en ik vind dat we die zeker niet mogen verbannen. Ik ben blij te horen dat zoveel mensen toch het dialect willen behouden, ik had dit niet verwacht. Ik vind het ook een goed idee om dit in de school in te voeren, maar dan als een onderdeel bij het vak Nederlands. Ik zelf heb in het 6 de middelbaar lessen gekregen over die onderwerpen. Dit was moeilijke leerstof, maar leerrijk en ik ben blij dat ik die leerstof heb gekregen. |