|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
Wie sterke richting kiest, studeert later sneller af
Wie uit ‘sterke’ richtingen in het middelbaar komt, doet minder lang over zijn hogere studies. Sommige aso-richtingen leggen een minder palmares voor dan de goed scorende uit het tso. Dat valt te lezen in de nieuwe Onderwijskiezer, meldt De Standaard in zijn ochtendeditie.
Studenten die uit als ‘sterk’ betitelde richtingen komen in het secundair onderwijs, doen minder lang over hun studies hoger onderwijs. Dat blijkt uit de cijfers over het studierendement, die voor het eerst toegevoegd zijn aan de Onderwijskiezer van het ministerie van Onderwijs en Vorming. Op de website kun je nagaan hoe het slaagcijfer – of beter: het studierendement – is van de afgestudeerden uit de verschillende richtingen van het secundair, opgesplitst per richting aan de universiteit of de hogeschool. Daaruit valt voor het eerst af te lezen of de afgestudeerden van de verschillende richtingen een academische of professionele bachelor halen, en hoelang ze daarover doen. Binnen het aso, dat voorbereidt op voortstuderen, zijn de verschillen groot. Van de studenten die uit de richting Grieks-wiskunde komen, halen meer dan zeven op de tien een academische bachelor (alle richtingen samen) in de normale drie jaar. Bij de collega’s van Latijn-wiskunde is dat net geen zes op de tien. Bij de jongeren uit wetenschappen-wiskunde haalt net niet de helft het in drie jaar. Bij economie-moderne talen zakt dat naar 11,38 procent en bij humane is het niet één op de tien. Bij de afgestudeerden van die laatste richting haalt meer dan één op de vier geen bachelordiploma na vijf jaar. Vergelijk die resultaten met de studenten uit het technisch onderwijs (tso). Bij de afgestudeerden van industriële wetenschappen, het paradepaardje van het tso, haalt 27,45 procent een academische bachelor in drie jaar. In de professionele bachelor doen de tso’ers het ook prima met bijvoorbeeld elektriciteit-elektronica, waar net niet de helft zijn diploma al na drie jaar haalt. Datum: 16 mei 2014 Bron: De Standaard Mening Ik ben het helemaal niet eens met dit artikel. Het is logische dat mensen uit een richting Grieks-Latijn sneller een bachelor halen. Toch heb ik al veel mensen in mijn omgeving gezien die gestopt zijn en dat zijn niet alleen de mensen die uit TSO komen. Ik denk dat we ook moeten kijken naar de niveauverschillen tussen dezelfde richting in verschillende scholen. Normaal gezien mogen hier geen grote verschillen tussen zijn. Ik heb toch al gemerkt dat dit wel zo is. Elke school legt andere accenten. Ik denk dat de mensen die een richting kiezen volgens hun interesses, mogelijkheden en talenten sneller zullen afstuderen. Een vooropleiding ASO, TSO of BSO bepaalt niet alles. Ook doorzettingsvermogen is een belangrijke factor die we niet mogen vergeten. Laatst aangepast door C*arlotte Lodewyckx : 16th May 2014 om 12:05. |
#2
|
|||
|
|||
Ik vind ook dat je geen appels met peren kan vergelijken. Het lijkt me kort door de bocht om te zeggen dat "aantal leerlingen die afstuderen binnen de drie jaar" ligt aan welke studierichting je gekozen hebt in het secundair onderwijs. Zoals Charlotte aanhaalt zijn er nog heel wat andere factoren, zoals: 'thuissituatie, doorzettingsvermogen, interesse,...'
Ook kan je ASO en TSO niet vergelijken met elkaar, omdat deze twee richtingen zich op totaal andere aspecten richten. In het TSO leren de studenten met hun handen werken, terwijl in het ASO de leerlingen worden gedrild, worden getraind op 'studeren'. Het is dus ook niet eerlijk om deze uitspraken te doen... |
#3
|
|||
|
|||
Wie sterke richting kiest, studeert later sneller af
Ik ben het totaal niet eens met dit krantenartikel. Het is niet waar dat wanneer je uit een hogere richting komt, je sneller gaat afstuderen. Ik denk dat het afstuderen afhangt van je motivatie en niet van je studierichting in het middelbaar. Ik ken voldoende personen die niet uit het aso komen, gestart zijn aan een masteropleiding en deze met succes beëindigt hebben. Ook ken ik personen die uit een hoge richting in het middelbaar komen, die niet slagen wanneer ze verder studeren. Ik kan er dus zelf niet zo goed mee om dat dit krantenartikel weer een stempel drukt op het ASO, TSO en het BSO.
|
#4
|
|||
|
|||
Ik ben het niet helemaal eens met dit artikel. Ikzelf kom uit een 'zogenaamd sterkere ASO-richting', maar heb sinds ik afstudeerde aan het middelbaar nog steeds geen bachelordiploma. Een grote hoop vrienden uit mijn klas van vroeger zitten in het zelfde schuitje. Motivatie is dé belangrijkste factor als je naar het hoger onderwijs gaat. Ikzelf heb tijdens het middelbaar nooit echt gestudeerd/willen studeren en geraakte er op één of andere manier op het einde van de zaak altijd nét door. Dit had echter wel tot gevolg dat ik totaal met mijn hoofd tegen de muur liep toen ik naar het hoger onderwijs ging. In het middelbaar kon ik het me namelijk veroorloven het studeren uit te stellen tot de examens zelf, maar dit talent is slecht weinigen gegeven vanaf ze naar het hoger onderwijs gaan.
Uiteraard moet je iets of wat studiebasis opgebouwd hebben in het middelbaar, maar motivatie is een kernelement tot succes. Ik geloof echter wel dat ASO-richtingen de leerlingen echt klaarstomen om verder te gaan in een zeer theoretische richting. Deze leerlingen zullen dus beter hebben 'leren blokken' en dit kan een voordeel opleveren bij bepaalde universitaire richtingen. |
#5
|
|||
|
|||
Ik denk niet dat een sterke richting iets te maken heeft met het al dan niet sneller afstuderen. Persoonlijk kom ik ook uit een sterkere aso richting, maar ik heb een nog altijd geen bachelor diploma. Ik heb zelfs ook twee verschillende richtingen gevolgd, nu zit ik in het tweede jaar van die tweede richting. Het is vooral belangrijk dat je je juiste richting vindt. Er zijn veel mensen rondom mij, inclusief ikzelf die het eerste jaar niet de juiste richting gekozen heeft. Ik ben het dus volledig niet eens met deze uitspraak.
|