|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
Vlaamse grond niet overal even vruchtbaar voor extreemrechts
Vlaamse grond is niet overal even vruchtbaar voor extreemrechts
Vlaams Belang wist afgelopen zondag 22,66% van de stemmen voor het Vlaams Parlement te ronselen. Dat gemiddelde maskeert grote verschillen tussen regio’s en gemeenten onderling. Terwijl de partij 11,4% groter werd in het Vlaams-Brabantse Glabbeek ging ze er op sommige plaatsen (lichtjes) op achteruit: in Gent, maar ook zowaar in Ninove en Denderleeuw. De verkiezingen van 9 juni 2024 zullen de geschiedenisboeken ingaan als die van de overwinningsnederlaag van Vlaams Belang. De peilingen stelden een score tot 30% in het vooruitzicht, maar met uiteindelijk 22,66% bleef de partij onder de historische score van 2004, toen ze 24,2% van de Vlaamse kiezers wist te overtuigen. Binnen de partij valt die uitslag loodzwaar. Tom Van Grieken droomde luidop van het einde van het cordon sanitaire en het Vlaams minister-presidentschap. Boegbeelden als Barbara Pas, Chris Janssens en Tom Vandendriessche mogen hun ministeriële ambities weer in de koelkast stoppen. Toch blijft 22,66% een bijzonder hoge score voor een extreemrechtse partij die zich weliswaar salonfähig presenteert maar intern haar inktzwarte wortels koestert. Op sommige plekken haalt de partij tot bijna 40% van de stemmen binnen voor het Vlaams Parlement, maar er zijn ook minder vruchtbare plaatsen voor het extreemrechtse verhaal. Een zeldzame keer gaat de partij er zelfs op achteruit. West-Vlaanderen boven De voorbije dagen werd de analyse gemaakt dat vooral fors bemeste Vlaamse grond vruchtbaar zou zijn voor Vlaams Belang. De stikstofcrisis zou de partij in de kaart hebben gespeeld. Scores zoals in Mesen (29,8%), Langemark-Poelkapelle (33,5%) en Vleteren (34,9%) geven aan hoe sterk Vlaams Belang op sommige plaatsen in West-Vlaanderen scoorde bij de Vlaamse verkiezingen. Toch is de doorbraak van de partij op het platteland minder nieuw dan ze lijkt. In de provincies West-Vlaanderen en Limburg scoorde Vlaams Belang al in 2019 bovengemiddeld hoog, toen met respectievelijk 20,2% en 20,1% van de stemmen terwijl de partij toen gemiddeld 18,5% scoorde. Die groei ging afgelopen zondag wel in crescendo. In West-Vlaanderen groeide de partij verder met 5,3% tot 25,5%. In Limburg was er 4,8% winst en haalde Vlaams Belang 24,9% van de stemmen. Misschien nog opvallender is dat de winst van Vlaams Belang in Limburg en West-Vlaanderen hand in hand gaat met een (beperkte) groei voor N-VA. Waar N-VA in Vlaanderen gemiddeld 0,9% verliest, wint ze in West-Vlaanderen (+2,1%) en in Limburg (+1,8%). De zogenaamde V-partijen groeiden in West-Vlaanderen (met 7,4%) en in Limburg (met 6,6%) tot een gezamenlijke score van respectievelijk 47,3% en 48,8%. Dat is meer dan de gemiddelde gezamenlijke score (46,6%) van beide partijen in heel Vlaanderen. Kempenland van N-VA naar Vlaams Belang De provincie Antwerpen toont een heel ander beeld. Daar ging Vlaams Belang er met 4,2% gemiddeld bijna even fors op vooruit als in West-Vlaanderen en Limburg, maar anders dan in de meer landelijke provincies verloor N-VA in de provincie Antwerpen 3,8%. De groei van Vlaams Belang lijkt in Antwerpen dus grotendeels betaald door N-VA. Helemaal onlogisch is dat niet: de partij van Bart De Wever haalde in 2019 met 31,8% van de stemmen een absolute monsterscore die (veel) hoger lag dan de 24,8% die de partij toen in heel Vlaanderen haalde. In gemeenten ten noordoosten van Antwerpen groeide het Vlaams Belang en wordt die winst - bijna één op één betaald door N-VA Vooral in de (Noorder)kempen verliest N-VA soms heel fors aan Vlaams Belang. In gemeenten ten noordoosten van Antwerpen zoals Brecht (+7,9%), Schilde (+7,1%), Kapellen (+6,5%) en Stabroek (+6,5%) groeide het Vlaams Belang afgelopen zondag fors. Die winst wordt bijna één op één betaald door N-VA, dat er gelijkaardige verliescijfers noteert. De (extreem)rechtste nationalistische stem in de villawijken boven Antwerpen omschreef Filip Dewinter ooit als de “verdedigende stem” tegen de “oprukkende stad”. In de landbouwrijke gebieden in het noordoosten en in de buik van de provincie wordt het gelag dan weer nauwelijks of niet door N-VA betaald. Daar verliest vooral CD&V kiezers aan Vlaams Belang. In gemeenten zoals Ravels (+7,8%), Merksplas (+6,6%), Baarle-Hertog (+11,0%), Kasterlee (+5,4%) en Hulshout (+7,1%) boekt Vlaams Belang (zeer) forse groei. De grote uitzondering op de groei van Vlaams Belang in de provincie Antwerpen is de stad Antwerpen zelf. In de stad, ooit de bakermat van voorloper Vlaams Blok, haalt Vlaams Belang 15,8% van de stemmen. Dat is 7,1% minder dan het Vlaamse gemiddelde. Die relatief beperkte groei in de stad Antwerpen (+1,9% tegenover +4,2% gemiddeld in Vlaanderen) sluit aan bij het aanzienlijke verlies van N-VA in de stad. De partij van burgemeester De Wever verloor in 'eigen stad' afgelopen zondag 3,5% van de kiezers. Samen met Open Vld (-3,5%) en CD&V (-0,5%) verloor centrumrechts er dus aanzienlijk. De scores staan in schril contrast met de grote winst van PVDA (+11,3%) in de stad. Vlaams Belang verliest ook (weinig) In Gent is Vlaams Belang nog een stuk kleiner dan in Antwerpen. De Oost-Vlaamse hoofdstad is zelfs een van de weinige plaatsen in Vlaanderen waar Vlaams Belang afgelopen zondag (lichtjes) verloor. Met 12% van de stemmen duikt Vlaams Belang in Gent meer dan 10% onder de gemiddelde score voor Vlaanderen. N-VA blijft in Gent status quo. In Denderleeuw en Ninove verloor Vlaams Belang licht waar het al enkele jaren monsterscores boekt Samen halen de V-partijen in Gent 28,2% van de stemmen voor het Vlaams Parlement. Net als in Antwerpen gaan de linkse partijen er in Gent (gezamenlijk) flink op vooruit. Het verlies van Groen (-3%) wordt aan de linkerzijde ruimschoots gecompenseerd door Vooruit (+7,5%) en PVDA (+2,6%). Ook de andere gemeenten waar Vlaams Belang afgelopen zondag licht verloor situeren zich in Oost-Vlaanderen. Al valt de dynamiek daar in niets te vergelijken met die in Gent. Gent toont dat Vlaams Belang klein kan blijven op een plek waar de partij van oudsher kleiner is. In Denderleeuw (-1,5%) en Ninove (-0,5%) verloor Vlaams Belang dan weer waar het al enkele jaren monsterscores boekt. Met respectievelijk 33,2% en 39,2% van de stemmen deed Vlaams Belang het er net een tikje minder goed dan in 2019 en breekt ze met de hoge winstmarges elders in Vlaanderen. Van Ninove tot Houthulst Het zou zeer voorbarig zijn te besluiten dat de bovengrens in de Denderstreek daarmee is bereikt, maar dat Vlaams Belang afgelopen zondag, uitgerekend in het Ninove van boegbeeld Guy D’haeseleer lichtjes achteruitging, terwijl de partij elders met gemiddeld 4,2% groeide, is toch opmerkelijk. Zeker omdat Vlaams Belang afgelopen zondag ook forse winsten kon boeken op plaatsen waar de partij al opvallend sterk stond. Niet even sterk als in Ninove, maar toch. Dat is bijvoorbeeld het geval in het eerdergenoemde Hulshout waar de partij met 7,1% groeide van 27,6 tot 34,7%. Maar ook in het West-Vlaamse Houthulst waar de partij met 7,8% groeide, van 29,9% tot 37,7%. Het verschil met Ninove (39,2%) is niet zo groot. Nochtans loopt in Houthulst geen volksmenner van het type D’haeseleer rond. In het diepe West-Vlaanderen wonen nauwelijks nieuwe Belgen. Wel speelt de ontvolking – het dorp loopt leeg – en tot op zekere hoogte ook het boerenprotest: CD&V verliest er meer dan het Vlaamse gemiddelde en ook Open Vld boert er slechter dan elders in Vlaanderen. Minder in provinciesteden De vaststellingen geven aan hoe de dynamiek achter de hoge (en lage) scores van Vlaams Belang, verspreid over Vlaanderen, sterk verschilt van gemeente tot gemeente. Of het nu om Oostrozebeke (34,1%), Stabroek (34,7%), Leopoldsburg (31,3%) of Balen (33,7%) gaat, telkens is het verhaal anders, met andere lijsttrekkers of bekende lokale kandidaten en concurrerende partijen die al dan niet fors verliezen. In Gent maar ook Leuven blijft Vlaams Belang ver beneden de Vlaamse score Maar ook met telkens andere lokale manifestaties van thema’s die de kiezer beroeren, zoals veiligheid en migratie, vaak aangewakkerd door bovenmatige media-aandacht voor fait divers. Meer op de achtergrond spelen wellicht ook minder gemediatiseerde thema’s zoals plattelandsvlucht, mobiliteit of betaalbaar wonen die lokaal heel verschillend kunnen zijn. Vlaams Belang slaagt er als geen ander in om de bestaande onvrede daarover te vatten en verder op te poken. De meest opvallende vaststelling is dat die aanpak in de provinciehoofdsteden beduidend minder vruchten afwerpt. Daar zien we dat Vlaams Belang veel lager scoort dan het Vlaams gemiddelde: Brugge (19,8%), Hasselt (17,6%), Antwerpen (15,8%), Gent (12%) en zeker Leuven (8,9%). Die vaststelling staat in schril contrast met de situatie in een aantal andere centrumsteden zoals Turnhout (25,8%), Roeselare (28,1%), Oostende (24,9%) en Aalst (27,9%) waar Vlaams Belang net fors boven het Vlaamse gemiddelde scoort. Genk (20%), Mechelen (16,9%) en Kortrijk (20,3%) sluiten eerder aan bij de situatie in de provinciehoofdsteden. In de dertiende Vlaamse centrumstad, Sint-Niklaas, haalde Vlaams Belang met 22,7% zowat exact het Vlaamse gemiddelde. Leuvense kring Tot slot is er de provincie Vlaams-Brabant. Die springt uit de band omdat het de enige provincie is waar het aantal gemeenten waar Vlaams Belang afgelopen zondag de bovenhand haalde zichtbaar lager ligt dan in de andere provincies. Bovendien situeren de gemeenten waar Vlaams Belang de eerste partij is geworden zich uitsluitend in het oosten van de provincie. In een aantal gemeenten geprangd tussen Tienen, Landen, Aarschot en – aan de andere kant van de provinciegrens – Sint-Truiden boekte Vlaams Belang een monsterwinst: Scherpenheuvel (+6,3% tot 30,7%), Bekkevoort (+9% tot 27,0%), Kortenaken (+8,8% tot 28,9%), Glabbeek (+11,4% tot 25,1%), Zoutleeuw (+8,3% tot 29,8%) en Geetbets (+8,8% tot 31%). Het verschil met de omgeving rond Leuven is bijzonder groot. In omliggende gemeenten van de universiteitsstad, zoals Oud-Heverlee, Bierbeek of Holsbeek schommelen de door Vlaams Belang behaalde scores tussen 10% en 15%. Dat is minder dan de helft van de scores die de partij nauwelijks twintig kilometer verderop in de provincie neerzet met exact dezelfde lijsttrekkers. Wie de scores in de regio naast de kaartjes met het gemiddeld inkomen legt, kan niet naast het parallel zien: in de gemeenten rond Leuven ligt het gemiddelde inkomen beduidend hoger dan in het oosten van de provincie Vlaams-Brabant waar Vlaams Belang afgelopen zondag spectaculair groeide. Het voegt een extra element toe aan de brede waaier mogelijke verklaringen voor de zeer uiteenlopende scores van Vlaams Belang, verspreid over Vlaanderen. Apache, 12-06-2024 (Tom Cochez) |