SP.A en Horeca Vlaanderen willen dat economieminister Johan Vande Lanotte een onderzoek opent naar de ‘wurgcontracten' tussen brouwerijen en cafébazen.
Een groot deel van de 12.000 cafés in Vlaanderen is eigendom van een bierbrouwer of een drankenhandelaar. De zogenaamde ‘gebonden' cafébazen die deze cafés huren, hebben in hun contract een bepaling dat ze hun drank moeten afnemen bij de bewuste brouwer of drankenhandelaar.

‘Deze situatie bestaat al langer', zegt SP.A-Kamerlid David Geerts, zelf ook een ‘gebonden' cafébaas.

Wurgcontracten

Geerts rekende gisteren voor dat hij zo'n 140 euro betaalt voor een vat van 50 liter bier. ‘Een particulier of een vrije cafébaas die naar de supermarkt trekt, moet voor dezelfde hoeveelheid bier – in flesjes – 85 euro neertellen. Ik versta dat er een bepaalde meerkost is omdat de brouwers als eigenaar het café en de installaties onderhouden, de drank ook aan huis komen leveren. Maar een verschil van zo'n 60 procent is toch wel overdreven. We betalen tenslotte ook nog huur.'

Geerts krijgt steun van Horeca Vlaanderen. ‘Sommige brouwers of drankenhandelaars gaan te ver en dringen hun cafébazen echte wurgcontracten op', zegt afgevaardigd bestuurder Danny Van Assche. ‘Zo weten we dat er cafébazen zijn die zelfs hun toiletpapier bij hun brouwer moeten kopen, opnieuw tegen prijzen die niet marktconform zijn. Zo wordt het cafébazen onmogelijk gemaakt om te ondernemen, want alle prijzen liggen vast. Van vrije concurrentie is totaal geen sprake meer.'

Checklist

Om startende cafébazen te sensibiliseren rond dergelijke huurcontracten heeft Horeca Vlaanderen nu een checklist ontwikkeld. ‘We willen vermijden dat cafébazen zich door de eigenaar van het café een contract laten opdringen waarin bepalingen staan die veel te ver gaan. Want we zien te veel drama's gebeuren in de sector.'

Zowel Geerts als Van Assche vragen aan economieminister Johan Vande Lanotte (SP.A) om een onderzoek te openen naar deze huurcontracten. Beiden pleiten voor een loskoppeling: cafébazen moeten bij een brouwer een café kunnen huren zonder verplicht te worden bij die brouwer hun dranken te kopen.

‘Er zijn al regels'

De brouwers zelf reageerden gisteren niet verrast op het initiatief van de SP.A en Horeca Vlaanderen. ‘Wij verlenen graag onze medewerking aan zo'n onderzoek', beklemtoont Sven Gatz, directeur van de Unie van Belgische Brouwers. ‘Maar het is te kort door de bocht om te stellen dat brouwers hun cafébazen wurgcontracten opdringen. De brouwers hebben vaak zwaar geïnvesteerd in het kopen en onderhouden cafés. Het is maar normaal dat die kosten voor een stuk worden doorgerekend aan de cafébaas.'

Gatz waarschuwt ook dat zonder de brouwers het nog moeilijker zou zijn om in ons land een café open te houden. ‘Banken geven gewoon geen leningen meer om een café te beginnen.'

Bron : Nieuwsblad.be op 26/11/2012

Mening : Waar het normaal gezien een voordeel zou moeten zijn dat je als cafébaas een vaste brouwer hebt, is dit al lang het geval niet meer. De grote prijsverschillen maken het de zogenaamde 'gebonden' caféhouders zeer lastig. Een onderzoek naar deze situatie is dan niet meer dan normaal. Het is logisch dat een drankenhandelaar zijn diensten doorrekent, maar zoals het nu is, hebben deze de cafébazen klem gezet. De prijzen bij een brouwer liggen opvallend hoger dan in de supermarkt. Als men een loskoppeling doorvoert, krijgt de café-uitbater weer ruimte om eigen keuzes te maken, wat financieel interessanter zal zijn. Zonder brouwer blijkt het tevens zeer moeilijk om een eigen café te beginnen, omdat de banken geen leningen geven. Kortom, het is vandaag de dag niet makkelijk om een eigen café te hebben.