#1
|
||||
|
||||
Ontrouw
‘Liegen knaagt aan je zelfbeeld, je wordt bijna de leugen zelf’
Ontrouw is het enige verbod dat twee keer in de tien geboden voorkomt: het is verboden overspel te plegen, zelfs ernaar te verlangen. Saskia de Coster verliet haar vriendin na een affaire en vindt dat schuld over je eigen geweten gaat, niet over de blik van anderen. ‘Het komt mij niet toe om mezelf te vergeven, het is aan de ander om dat te doen.’ Toen ik Saskia de Coster (45) in het najaar op een borrel van een uitgeverij tegenkwam, vertelde ze dat ze op de website van De Standaard de oproep naar verhalen over schuld en schaamte had gezien. Ze overwoog te reageren, maar ‘niemand geeft graag toe een dader te zijn’. Toen we elkaar later toch voor een interview troffen, vertelde ze: ‘Maatschappelijk ligt er momenteel een sterke nadruk op slachtofferschap en dat is ook heel goed. Maar waar slachtoffers zijn, bestaan ook daders. Dat klinkt nu heel zwaar, want je associeert het meteen met misdaad, straf en boete. Toch zit er een waarheid in dat ik een dader ben.’ De schrijfster en haar partner waren tien jaar samen, toen De Coster een affaire begon. Waar heeft jouw schuld betrekking op, vind je? ‘Je hebt relaties die op sterven na dood zijn, waarin vreemdgaan misschien logisch is, maar wij hadden een heel goeie monogame relatie met verbondenheid op alle vlakken. Er is nooit gesproken over het opengooien van die relatie. De schuld zit voor mij in dat eenzijdige opzeggen, zonder de ander erbij te betrekken. We plaagden elkaar wel met vreemdgaan. Zo van: ik heb dit gedaan met die en die. Maar op een bepaald moment ben ik gestopt met die grappen, omdat ik echt ben beginnen vreemdgaan.’ Je kon geen grappen over de waarheid maken. ‘Ik ging ondergronds. Natuurlijk creëer ik als schrijver constant parallelle werelden, maar dit was gewoon iemand compleet belazeren. Ik vond het heel choquerend om vast te stellen: ik ben dus zo iemand die dat doet.’ ‘Ik denk dat ik er erg genoeg ook wel talent voor heb, in de zin dat ik goed dingen kan verbergen. Verhalen en smoezen verzinnen. Daar zit ook een gevoel van avontuur en overwinning in, de kick dat je dat kunt.’ Wat maakte het spannend dan? ‘Het verbodene. Iets doen wat niet mag waar je toch mee wegkomt, dat is opwindend. Overspel heeft vaak te maken met nachtelijke taferelen, verborgen plekken. Ja, je hebt affaires waar iedereen van weet. In vroegere tijden had in welstellende kringen de maîtresse gewoon een huisje in de tuin. Bij mij was het helemaal afgesloten van de rest van de wereld, mijn geheim.’ ‘Mijn idee was: pas met woorden, met de taal, komt voor mij de werkelijkheid. Doordat ik het aan niemand vertelde, voelde het alsof het niet echt bestond. Zolang het onuitgesproken bleef, kon ik het rechtvaardigen en voelde ik ook geen schuld. Ik vond dat ik er recht op had. Mijn partner probeerde zwanger te worden en was heel erg gefocust op de zwangerschap en alle moeilijkheden die daarbij kwamen vanuit medische hoek. Ik voelde me buitengesloten, maar ik slaagde er niet in dat te verwoorden. Ik dook onder in mijn eigen wereld.’ Je hebt de affaire lang verborgen gehouden. Hoe hield je dat vol? ‘De focus als je aan het liegen bent, is: kom ik hiermee weg? Je wordt een manager van verschillende werkelijkheden. Het maakt ook dat je zelf niemand meer vertrouwt, omdat je de hele tijd sommetjes in je hoofd maakt en berekent wat je tegen wie gezegd hebt en waar je toen volgens die versie was. Door daarin in herhaling te vallen word je zelf kleiner en kleiner. Liegen knaagt aan je zelfbeeld, je wordt bijna de leugen zelf.’ ‘Als je één keer een scheve schaats rijdt, kan het nog een accident de parcours zijn. Je weet dat je het thuis waarschijnlijk wel kunt opbiechten. Maar de tweede keer is cruciaal. Komt er een derde keer of vertel je het? Vanaf die derde keer denk je: nu is het om zeep.’ Wat is er dan om zeep? ‘Je kunt niet meer komen aandraven met belachelijke clichés – het betekende niks of het was onschuldig.’ Wat was het moment dat je je eigen excuses doorzag? ‘Een vriendin heeft me op een feestje in de toiletten gesleurd en gezegd: wat ben jij eigenlijk aan het doen? Zij voelde dat er iets gaande was en confronteerde mij. Maar mijn reactie was er een van totale minimalisering. Doen alsof het niet bestond en weer verdergaan, in de hoop dat niemand er ooit nog over zou beginnen, want ik wou niet met mezelf of de werkelijkheid geconfronteerd worden. Pas toen de bom barstte, ontstond, door de confrontatie met wat ik had aangericht, een schuldgevoel. Ik zag: ik heb iemand enorm gekwetst en alles ontwricht wat we opgebouwd hebben.’ Wanneer en hoe is de bom gebarsten? ‘Ik stond onder de douche en wist: ik ga het vertellen. Ik zei heel sec: ik heb iemand ontmoet. Mijn vriendin vroeg: “Zijt ge verliefd?” Waarop ik antwoordde: “Ja, pfff, ja of nee of allee, dat is moeilijk vast te stellen. Ik denk het wel.” En toen zei mijn ex: “We gaan dat hier aanpakken.” Zij wilde niet alles overboord gooien. Het was niet onvergeeflijk voor haar. Maar voor mij was het zo duidelijk: ik heb hier zo’n puinhoop aangericht, dit krijg ik niet meer goed. Dus ben ik gevlucht. De gedachte dat alles toch al kapot was, gaf me bijna permissie of verplichtte me om weg te gaan, waardoor ik mijn avontuur kon beleven. Dat is een gigantische stommiteit geweest. Daarin ben ik afschuwelijk mislukt.’ ‘Mijn ex zei enkele weken later: “Toen ik van de affaire hoorde, had ik het gevoel dat al mijn draden met de wereld losgeknipt waren en dat ik in het donkere heelal eindeloos verloren was.” Dat vond ik heel choquerend. Dat ik dat aangericht had bij de belangrijkste persoon in mijn leven. Ik had heel weinig woorden. Eigenlijk geen. Omdat ik wist: dat is ook mijn grootste angst, zo weggeworpen te worden in het heelal. Ik vind het nog altijd een van de lelijkste dingen die je iemand kunt aandoen.’ Wat kon jij op dat moment met haar pijn? ‘Zij had van mij nabijheid nodig, maar ik was helemaal weg. Er viel geen open gesprek met me te hebben. Ik werd gek genoeg kwaad, dat is waarschijnlijk niet het juiste woord, maar … ik voelde totale onmacht over de gevolgen van wat ik onherstelbaar had veroorzaakt met mijn keuzes. Dat is mijn grote falen, dat ik het niet trok daarbij te blijven zitten en daar samen doorheen te gaan.’ Als je nu terugkijkt, zou je het anders doen? ‘Ik kan het amper geloven als mensen zeggen: ik zou alles hetzelfde doen in mijn leven. Je zoekt toch altijd alternatieve paden? Ik kan zonder bitterheid of zelfbeklag zeggen: daar heb ik een foute afslag genomen en daar heb ik spijt van. Daarin heeft schuldgevoel denk ik wel degelijk nut. Het is de noodzaak in jezelf om niet zomaar los te raken van wat je gedaan of aangericht hebt. Een preventiemiddel om te voorkomen dat je alle perken te buiten gaat. Een van de belangrijkste functies lijkt mij dat je voorkomt dat je in herhaling valt. Ik weet nu heel zeker: dit wil ik nooit meer.’ ‘In het begin, toen ik met zo’n diep schuldgevoel rondliep, moest ik vaak denken aan The scarlet letter, een boek over overspel van Nathaniel Hawthorne uit 1850. Die scarlet letter is de letter A die een vrouw zichtbaar moest dragen, zodat iedereen kon zien dat zij overspel gepleegd had. Toen de bom gebarsten was en iedereen wist dat ik een affaire had gehad, voelde het alsof ik met die letter rondliep. Ik dacht: iedereen ziet het, iedereen beoordeelt me. Ik dacht het te kunnen zien aan de manier waarop iemand mij, weet ik veel, koffie inschonk in het café. Ik voelde mij totaal afgeschreven. Dat is schaamte.’ Wat is het verschil tussen schaamte en schuld? ‘Schuld is een feitelijk vast te stellen daad. Schuldgevoel is: ik heb bij iemand anders iets aangericht en voel me daar slecht over. Schaamte is in de ogen van anderen niet goed genoeg zijn. De blik van de ander. Bij mij is de grootste pijn niet dat ik iets heb gedaan wat maatschappelijk niet zou mogen, want dan zijn er in mijn leven genoeg keuzes geweest die niet op de goedkeuring van anderen, zoals mijn ouders, konden rekenen.’ Je bent katholiek opgevoed. Hoe heeft dat jouw beeld van schuld gevormd? ‘Mijn moeder had een ongelooflijk plichtsbesef, waardoor ze het bijna niet aankon als dingen niet perfect waren. Als we ziek waren, bijvoorbeeld, dan was dat onze eigen schuld. Als kind leerde ik dat er allerlei slechte invloeden waren waarvan wij weg moesten blijven. En ikzelf was ook een bron van schaamte voor mijn ouders. Dat ik kunstenaar wilde worden en mijn geaardheid, dat waren “foute” keuzes. Het was mijn eigen schuld dat ik het verkeerde … ja, hoe zeg ik dat?’ Begeerde? ‘Begeerde, ja, het ging over verlangens. Schuld was voor hen vooral verbonden met het beeld van de anderen. Dat heeft mij heel erg gestoord, omdat dat voor mij nu juist niet de essentie van schuld en schuldgevoel is.’ Wanneer heb je je kunnen losmaken van de schaamte en het oordeel van je ouders? ‘Dat ging geleidelijk. Op mijn 24ste besefte ik dat er behalve het weer niks meer was waar we over konden praten, want ik moest alles verbergen. Toen heb ik na een aantal jaar besloten om geen contact meer te hebben. Dat is natuurlijk de ideale voedingsbodem voor schuldgevoel.’ Je ging uiteindelijk bij je ex weg voor een ander. Kon je je gevoelens in die nieuwe relatie delen? ‘Nee, ik schaamde me dat ik verdriet voelde over het verlies van mijn ex. Ik was mentaal nog bij mijn vorige relatie, bij mijn zoontje en het verdriet. Eigenlijk leefde ik wéér op twee sporen, want ik had de neiging dat te verstoppen. Maar het bleek uit alles. Ik was heel onzeker, omdat er van je zelfbeeld weinig overblijft als er constant spoken van het schuldgevoel in je rondwaren. Op die manier kun je je niet geven in een nieuwe relatie. Je kunt niet doen alsof het een nieuw begin is. Eigenlijk was op voorhand al duidelijk dat het niet kon werken. Ik kon amper ademen.’ ‘Het stapelde zich op en werd alleen maar erger. Je zit met zo’n grote zelfhaat, een gevoel van complete waardeloosheid omdat er zoveel mislukt is. Pas toen mijn nieuwe relatie ook voorbij was, kon ik alles een plek beginnen te geven.’ Hoe heb je dat gedaan? ‘Therapie. Hoe cliché het ook is, vanaf die rockbottom kun je opnieuw beginnen op te bouwen. Mijn motto is heel vaak geweest: elke dag wordt het beter en beter. Ik wil een soort vooruitgangsoptimisme in mijn leven.’ Tolstoj schrijft in Oorlog en vrede: ‘Alles begrijpen is alles vergeven’. Kon je door jezelf beter te begrijpen jezelf uiteindelijk ook vergeven? ‘Nee, dat is voor mij ook niet de bedoeling van therapie. Die vraag hoort niet bij mij te liggen, maar bij degene die onrecht is aangedaan. Het komt mij niet toe om mezelf te vergeven, omdat ik er zelf voor heb gekozen. Ik kan het nu wel met een mildheid plaatsen en begrijpen waarom ik toen gedaan heb wat ik deed, misschien kon ik niet anders, maar het uitwissen kan ik niet. De pijn van je eigen keuzes aanvaarden is minder makkelijk dan leren te leven met iets dat je is overkomen. Het is aan de ander om mij te vergeven. Of aan God.’ God? ‘Ja, ik denk dat wij als maatschappij een vorm van geloof missen. Voor mij gaan schuld en vergeving ook over een verbondenheid met iets groters. God is voor mij een heel positieve nabije aanwezigheid en daar ligt troost en vergeving, als iets dat me gegeven of gegund wordt. Ik vind het moeilijk om daarover te praten omdat het heel abstract lijkt. Eigenlijk is het gewoon een heel warme aanwezigheid.’ Een gevoel van onvoorwaardelijkheid ook? ‘Ja, zeker niet een straffende, alziende God die zegt: gij, kleine mier, zijt schuldig omdat gij bestaat. Nee, het tegenovergestelde. Ik vind het leven iets waarin je opbouwend te werk moet gaan. In die zin kun je ook niet blijven hangen in de gedachte: ik voel me schuldig en ik ben slecht. Dat is bijna de makkelijke keuze.’ Heeft je ex je vergeven? ‘Zij zei na een goed halfjaar tegen me: “Ik heb het je vergeven.” Ik dacht: dit kan niet. Dat voelde bijna alsof ze mij niet au sérieux nam, want je kunt dat toch niet zomaar vergeven? Ik zou mijzelf niet na een halfjaar hebben kunnen vergeven. Vergeving heeft iets van een wensdroom. De illusie terug te keren naar toen de weegschaal in evenwicht was. Doen alsof er niks gebeurd is.’ ‘Soms denk ik weleens dat het gemakkelijker is als je een echte straf krijgt, waarvan je het eindpunt kent en bijvoorbeeld heel duidelijk weet: ik moet 500 zakken verslepen van A naar B. Dan is het voor jezelf ook symbolisch afgesloten. Als je besluit samen te blijven als koppel na overspel, zal er denk ik een periode nodig zijn van, laten we zeggen, de complete vernedering en de totale onderwerping, zoals in studenten*dopen of het carnaval. Het lijkt me dan heel zinnig om daar tijdelijk compleet in onder te gaan. Bij mij blijft er nu vooral een leegte.’ De straf is het verlies? (valt even stil, slikt) ‘Ja, het grote gemis, dat is uiteindelijk de straf.’ DS, 29-01-2023 (Roos van Ees) |