|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
|||
|
|||
Experts waarschuwen voor langere celstraffen
Voortaan kan de strafrechter zelf de minimumduur van de celstraf bepalen. Daarover hebben de meerderheidspartijen een wetsontwerp goedgekeurd. Maar er is veel kritiek. "Zonder voorbereiding vrijkomen na een volledige straf is veel gevaarlijker dan vervroegd vrijkomen onder voorwaarden."
Op dit moment kunnen gedetineerden na een derde van hun straf vrijkomen. Bij recidivisten is dat twee derde. Dat moet strenger, oordeelden de meerderheidspartijen, en dus komt er voor de zwaarste misdrijven een zogenoemde "beveiligingsperiode". Het gaat onder meer om terreurmisdrijven, moord op politieagenten en ontvoering van minderjarigen. In die gevallen kan de rechter bepalen hoe lang iemand minstens in de cel moet blijven. Bij straffen tussen drie en dertig jaar mag de beveiligingsperiode maximaal twee derde van de straf zijn, vanaf 30 jaar mag de beveiligingsperiode maximaal 25 jaar bedragen. De nieuwe wet doet bij professor strafrecht Kristel Beyens (VUB) de wenkbrauwen fronsen. "Dit is een motie van wantrouwen ten opzichte van de strafuitvoeringsrechtbanken", zegt ze. Beyens wijst erop dat amper tien jaar geleden, in 2006, de beslissing over de invrijheidstelling bij de strafuitvoeringsrechtbank werd gelegd, een gespecialiseerd orgaan dat zich buigt over de voortgang van de gedetineerde, en nagaat of die klaar is om terug in de samenleving te komen. "De beslissingsruimte van de strafuitvoeringsrechtbank, die gespecialiseerd is en zicht heeft op het detentietraject, wordt nu beperkt ten voordele van de strafrechter die daar veel minder zicht op heeft." Niet lichtzinnig De strafuitvoeringsrechter die vandaag over vervroegde vrijlating moet beslissen, doet dat nochtans niet lichtzinnig, zegt ook Stefaan Van Hecke van oppositiepartij Groen. "Die rechters laten een Marc Dutroux of een Freddy Horion niet zomaar vrij. Maar voor alle anderen neem je een stuk perspectief weg. Die vervroegde vrijlating is een wortel die wordt voorgehouden, die gedetineerden motiveert om aan hun problemen te werken." Van Hecke vreest dan ook dat de beveiligingsperiode contraproductief zal werken. "Als die wortel wegvalt, waarom zou je dan nog je best doen?" Ook Beyens ziet het gevaar. "Nochtans blijkt uit onderzoek dat de voorwaardelijke invrijheidstelling een waarborg is voor een veilige reďntegratie in de maatschappij." Gedetineerden die voorwaardelijk vrijkomen, worden strikt opgevolgd, zegt ook Liesbeth Wyseur, woordvoerster van de Vlaamse justitiehuizen. "De ex-gedetineerden worden door middel van voorwaarden gecontroleerd, ze worden opgevolgd en begeleid. Het zijn de justitieassistenten die samen met hen bekijken welke voorwaarden ze hebben, en welke inspanningen ze leveren om aan die voorwaarden te voldoen. Zij rapporteren daarover aan de strafuitvoeringsrechtbanken." Rekensom Die opvolging kan tot tien jaar of langer duren. Beyens denkt dan ook dat met de nieuwe wet heel wat mensen langer in de gevangenis zullen blijven. "Hoe dichter gedetineerden bij de einddatum van hun straf komen, hoe minder ze geneigd zullen zijn om voor voorwaardelijke invrijheidstelling te kiezen. Op het moment dat iemand nog vier jaar moet uitzitten, maakt hij de rekensom: 'Als ik blijf zitten tot het einde, kom ik daarna vrij zonder voorwaarden, en heeft justitie niets meer over mij te zeggen'. Maar dat betekent ook dat je die gedetineerden kwijt bent als ze vrijkomen, en zonder voorbereiding vrijkomen na een volledige straf is veel gevaarlijker dan vervroegd vrijkomen onder voorwaarden." Justitieminister Koen Geens (CD&V) denkt niet dat het zo'n vaart zal lopen. Op zijn kabinet wordt benadrukt dat de beveiligingsperiode facultatief is, en de strafrechter dus vrij is om ze al dan niet op te leggen. Bovendien geldt die enkel voor de allerzwaarste misdrijven. "De strafuitvoeringsrechtbank wordt niet buiten spel gezet," onderstreept Geens nog, "ze wordt enkel iets later gevat. Daarna kan ze haar rol perfect spelen." Bron: De Morgen, 29/11/2017 Eigen mening: Ik kan mij voorstellen als slachtoffer dat je opgelucht zou zijn dat de dader een bepaalde periode in de gevangenis zit, zonder dat er kans is op vervroegd vrijkomen. Anderzijds lijkt het mij ook eerder een risico dat deze personen vrijkomen zonder voorwaarden. Het lijkt mij juist goed dat zij, ook voor zichzelf, deze structuur opgelegd krijgen: wat kan en wat kan niet in onze maatschappij? Daarom vind ik het ook heel belangrijk dat zij goed worden begeleid in de gevangenis om eventueel te re-integreren in onze maatschappij. Met recidivisme heb je namelijk niets bereikt. Ik stel mezelf ook de kritische vraag wat deze beveiligingsperiode over het algemeen zal doen met de reeds overvolle gevangenissen? Laatst aangepast door Kato L*anslots : 29th November 2017 om 09:42. |
#2
|
|||
|
|||
Eigenlijk ben ik wel een voorstander van dit wetsvoorstel. Ik heb het altijd al vreemd gevonden dat gedetineerden hun straf niet moeten uitzitten. Als je vijf jaar hebt gekregen, dan zit je gewoon vijf jaar in de cel. Dat vervroegd vrijkomen slaat dus volgens mij nergens op. Ook het feit dat levenslang eigenlijk maar 25 jaar is, is vreemd. Ik ben van mening dat sommige criminelen de gevangenis nooit meer moeten verlaten en onder levenslang versta ik dan ook tot de dood en niet tot dat ze 25 jaar hebben gezeten.
Ik begrijp de bezorgdheid van Beyens wel. Ik vraag me alleen af of dit niet gemakkelijk op te lossen is. Als je elke gedetineerde nu eens verplicht om zich te laten begeleiden bij hun vrijlating, dan is dat probleem meteen opgelost. Dat zou trouwens in het algemeen niet slecht zijn. Als je vervroegd wil vrijkomen moet je begeleiding volgen en dat is niet meer dan normaal, maar dat die verplichting wegvalt als je je straf helemaal uitzit, gaat er bij mij niet in. Deze gedetineerden zullen volgens mij evenveel problemen ondervinden bij hun re-integratie en zouden dus ook begeleidingstraject moeten volgen na hun vrijlating. |