|
|
Onderwerp Opties | Zoek in onderwerp | Waardeer Onderwerp | Weergave Modus |
#1
|
||||
|
||||
Uw ecologische voetafdruk: statussymbool of taboe?
Uw ecologische voetafdruk: statussymbool of taboe?
Arne Daneels ziet dat veel Vlamingen er prat op gaan dat ze milieubewust zijn, zolang ze hun gedrag maar niet moeten veranderen. Als je hen daarop wijst, begeef je je op glad ijs. Meer en meer mensen zijn best trots op hun milieuvriendelijke levensstijl, dat kunnen we al een tijd vaststellen. Uitspraken als ‘we hebben onze auto amper nodig’, ‘mijn tuin zit vol met bijen en vlinders’ of ‘we wonen in een gerenoveerd passiefhuis’ hebben op sommige plekken een hogere statuswaarde dan een nieuwe sportwagen. Steeds meer milieubewuste Vlamingen willen daarnaar handelen. Als je het de Vlamingen vrijblijvend vraagt, zeggen zeven op de tien milieu belangrijk te vinden. Het milieubeleid naar de burger was tot nu toe vrijblijvend en optioneel, maar nu zie je een verschuiving naar ingrijpendere maatregelen. Denk maar aan de kilometerheffing, de betonstop, de boskaarten of de lage-emissiezones. Die maatregelen (of voorgestelde maatregelen) wijzen de Vlaming erop dat hun gedrag een milieu-impact heeft en sturen aan op verandering. En daar knelt het schoentje. Want een steeds grotere groep mensen voelt zich door dat soort beleid buitengesloten, met de vinger gewezen of te min bevonden. Hun zelfbeeld – dat ze milieu belangrijk vinden – komt in conflict met de boodschap dat hun gedrag een grote milieu-impact heeft. Toch maar over het weer praten De psychologen weten het al. Mensen stemmen hun meningen, hun zelfbeeld en hun gedrag altijd op elkaar af. Als ze geen mogelijkheid zien om hun gedrag te veranderen, dan passen ze hun mening wel aan. Dat is wat we zien gebeuren als het gaat over mobiliteit, woongedrag, vleesconsumptie of vliegreizen. Je kunt jarenlang sensibiliseren, maar de wil om milieuvriendelijk te handelen wordt met de nodige schwung bij het huisvuil gezet als mensen er dreigen op achteruit te gaan, als ze hun leven te drastisch moeten aanpassen. Als je in zo’n debat toch wijst op de gevolgen van bepaalde keuzes, begeef je je op gevaarlijk terrein. Vraag uw medeburger met een mobiscore van 4,7 maar eens wat hij van het instrument vindt. Vraag de eigenaar van een oude dieselauto of hij luchtkwaliteit belangrijk vindt. Of vraag uw sportvriend naar de voetafdruk van zijn geplande reis met het vliegtuig. Moeilijk te bespreken, niet? Toch maar over de kinderen of het weer praten dan? En zo is er een nieuw taboe ontstaan. Veel Vlamingen kunnen niet meer spreken over hun milieu-impact zonder dat er ruzie van komt. Gedaan met de stellingenoorlog Maar hoe gaan we de milieuproblemen ooit oplossen als ze onbespreekbaar zijn? Hoe maken we een einde aan de stellingenoorlog? Dat zal alleen gaan als we niet alleen benoemen en bestraffen wat misgaat, maar ook volop inzetten op hoe het beter kan. De transitie moet voor iedereen haalbaar zijn. We moeten nadenken hoe we het openbaar vervoer op niveau kunnen brengen, de leefkwaliteit in de dorps- en stadskernen kunnen verbeteren, alternatieven voor vlees breed beschikbaar kunnen maken, hoe we overal veilige en comfortabele fietspaden kunnen aanleggen en hoe we iedereen kunnen laten meegenieten van hernieuwbare energie en betaalbare elektrische auto’s. Daarnaast moeten we onpopulaire maar noodzakelijke ontradende maatregelen nemen, zoals een lastenverschuiving naar vervuiling, circulatieplannen of een betonstop. Ook de milieubewuste Vlamingen dragen daarbij een verantwoordelijkheid. Zij zullen hun veroordelende houding moeten loslaten en empathie moeten tonen voor de behoeften en bezorgdheden van iedereen. Net als de burgers die nu in het defensief zitten. Zij moeten durven te praten over de keuzes die ze maken en durven in te zien dat die een slechte zaak zijn voor het milieu en de planeet. Zo kunnen we samen een nieuw verhaal voor onze maatschappij schrijven. Eentje waarbij milieu geen statussymbool is voor sommigen, maar gemeengoed voor iedereen. Arne Daneels, beleidsmedewerker voor het departement Omgeving DS, 27-06-2019 |