#1
|
||||
|
||||
Onhoudbare verschillen
Onhoudbare verschillen
Op de valreep heeft de aftredende paarse federale regering dan toch haar doelstelling gehaald. Er zijn in haar regeerperiode 200.000 banen bijgekomen. Ook al valt er op de telling wat af te dingen en is de invloed van regeringsbeleid op de jobcreatie in het beste geval onrechtstreeks, toch is het een goed cijfer. De oranje-blauwe onderhandelaars zijn het nog over veel oneens, maar onder liberale impuls hebben ze voor de komende periode opnieuw een doelstelling van 200.000 bijkomende jobs ingeschreven. 150.000 van die banen komen er bij gelijkblijvend beleid toch, voor de overige 50.000 moeten nieuwe maatregelen zorgen. De robuuste banengroei kan in de komende dagen nog tot forse discussies aanleiding geven. Als onze economie zoveel bijkomende werkplaatsen kan bieden, heeft ze dan nog wel een loonkostenhandicap? Volgens de vakbonden is met de jongste cijfers het bewijs geleverd van niet. Er is dus geen nieuwe loonmatiging nodig en al zeker geen inhaalbeweging van 2 procent tegenover onze belangrijkste handelspartners, stellen ze. De internationale ontwikkelingen lijken hen gelijk te geven. Bij onze buren is de jongste tijd de teugel wat gevierd, na een periode van strengere matiging dan bij ons. Toch moeten we voorzichtig blijven. De hoeveelheid nieuwe jobs die er zijn bijgekomen, is één ding. Een andere kwestie is het aantal mensen op actieve leeftijd dat aan het werk is. Dat moet, volgens de Europese doelstelling, tegen 2010 70 procent bedragen. Dat is nodig om de vergrijzingskosten op te vangen. Vorig jaar zaten we amper op 61 procent, terwijl de oudste 15 EU-landen een gemiddelde van 66 procent haalden. Dat schept een heel ander perspectief. We slagen er veel te weinig in om mensen aan het werk te zetten en te houden. Zelfs 200.000 nieuwe banen tegen het einde van deze regeerperiode is ruimschoots onvoldoende als doelstelling. Vlaanderen benadert het Europese gemiddelde, maar Wallonië (56,1 %) en vooral Brussel (53,4 %) scoren barslecht. De kosten die met die hoge graad van inactiviteit gepaard gaan, wegen zwaar op de Belgische federatie. Ze zijn de belangrijkste bron van noord-zuidtransfers. Die toestand is niet houdbaar. Loonkostenmatiging, al dan niet in combinatie met lastenverlagingen, is een belangrijke voorwaarde om dit probleem aan te pakken. Maar het volstaat niet banen te creëren. Ze moeten ook ingevuld geraken. Nergens komt zo duidelijk de noodzaak aan een beleid dat rekening houdt met regionale verschillen, tot uiting. Vlaanderen kampt op vele plaatsen met een gebrek aan inzetbare krachten, Wallonië en Brussel krijgen te weinig mensen aan het werk. Die twee problemen aanpakken vereist een doelgericht beleid én samenwerking tussen regio's. Het een is niet tegengesteld aan het ander. Het is hoog tijd dat iedereen dat inziet. DS, 03-11-2007 (Bart Sturtewagen)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you down to their level and beat you with experience." (c)TB |
#2
|
|||
|
|||
Met de toekomstige maatschappelijke verschuivingen in gedachten, zal er inderdaad gesnoeid moeten worden in de uitgaven van de sociale zekerheid.
Dat Wallonië en Brussel slecht scoren is niet nieuw, dat is gewoon het gevolg van jaren PS-staat. Is de kritiek van de Vlamingen over de zgn. "transfers" dan toch niet ongegrond? |