#1
|
||||
|
||||
De lange mars van Elchardus
De lange mars van Elchardus
M. Elchardus, Reset, 2021. Met een turf van 608 pagina’s gaat Mark Elchardus voor een reset van de sociaaldemocratie, zegt Ruud Goossens. Conner Rousseau kan niet zwijgen. Toen de voorstelling van Reset, het nieuwe boek van Mark Elchardus, ten einde liep, sprak de Brusselse socioloog een cryptisch zinnetje uit. Hij zei dat de communautaire sociaaldemocratie die hij voor ogen heeft, met grote aandacht voor de ‘soevereiniteit van het volk’, niet alleen in Denemarken is terug te vinden, bij Mette Frederiksen. Elchardus wees ook op de (weliswaar mislukte) poging van Sahra Wagenknecht om rood in Duitsland een flinksere, anti-elitaire koers te laten varen. En hij zei, zonder dat te specificeren, dat men ‘ook bij Vooruit’ steeds meer oren heeft naar zijn analyses. Wie afgaat op de prille receptie van Reset, zou op het verkeerde been gezet kunnen worden. Linkse twitteraars en Walter Zinzen brandden het boek meteen af, terwijl Elchardus de hemel werd ingeprezen vanuit N-VA-hoek. In De Afspraak verklapte ondervoorzitter Lorin Parys dat hij Reset dringend moet lezen van Bart De Wever. De voorzitter zelf sprak in De Tijd zeer lovende woorden. Het kan de indruk wekken dat Reset, overigens uitgegeven door de Vlaamsgezinde uitgever Karl Drabbe, vooral rechts moet beroeren. Dat is niet zo. Het is logisch dat De Wever het boek van Elchardus als een cadeau onthaalt. Het verschaft legitimiteit aan zijn strijd. Het bewijst dat pleiten voor meer soevereiniteit voor het (Vlaamse) volk geen zaak van asociale scherpslijpers is. Toch zit de energie van Elchardus op links. Hij vecht allereerst voor een reset van de Vlaamse sociaaldemocratie. Daarom verklaarde hij deze week, in tal van gesprekken, dat hij rood blijft. Hij is kritisch voor de koers van zijn partij, al jaren, maar slaat de deur niet dicht. Hij wil wegen. Hij is bezig aan een lange mars, een die hij zelfs zou kunnen winnen. Open zenuw Elchardus wil, voor er misverstanden ontstaan, niet opnieuw aan de knoppen zitten. In de jaren 90, toen Louis Tobback nog de sterke man was bij de Vlaamse socialisten, tekende hij mee de koers uit. Het is in die periode dat men hem de ‘huisideoloog’ begon te noemen. Dat bleef niet duren. Toen Elchardus op migratievlak steeds forser uit de hoek kwam, leidde dat tot een verwijdering. Maar daarmee was hij niet weg. Hij bleef, in columns in De Morgen en in interviews, onvermoeibaar op dezelfde nageltjes kloppen. Af en toe leek John Crombez hem te volgen, maar een volgehouden inspanning was dat nooit. Nu legt de socioloog een boek op tafel dat niet te negeren valt. Achttien maanden werkte hij aan een interessante, erudiete en polemische klepper van precies 608 pagina’s. Een partijpolitiek manifest is Reset niet, maar Elchardus duwt er wel mee op de zenuw die al een paar decennia open ligt bij Vooruit. Is de partij onder invloed van progressieve kosmopolieten te ver afgedreven van haar klassieke aanhang? Verloor ze de zorgen van ‘het volk’, bijvoorbeeld op integratievlak, uit het oog? Moet ze opnieuw meer aandacht besteden aan ‘gemeenschapsdenken’? Of zou dat net een capitulatie voor identitair rechts zijn die ook electoraal niets uithaalt? Elchardus vindt van niet. Hij schrijft dat de samenleving in de jaren 70 in de greep van het laissez-faire-denken raakte. Christen- en sociaaldemocraten verloren het belang van de gemeenschap uit het oog. Ze werden liberaler. Toen hun kiezers niet volgden, begonnen ze hen te wantrouwen, zelfs buitenspel te zetten. Niet alleen via een cordon sanitaire, maar ook door de rechtsstaat voorrang te geven op de wil van het volk. Zo sloegen we de weg in van een ‘ondemocratisch liberalisme’. Verontrustend gemorrel Het is een analyse waar heel wat Vooruit-kiezers, -leden en -politici een eind in zullen meegaan. In Reset zie je naar welke vergaande, ronduit radicale voorstellen ze Elchardus drijft. Op migratievlak wordt hij immer flinkser. Hij wil reguliere immigranten via een puntensysteem triëren en sluit niet uit dat daarbij ook rekening gehouden wordt met ‘culturele en identiteitsbepalende kenmerken’. Hij overweegt om boten met vluchtelingen te weigeren aan land te komen, zodat er op zee een preselectie kan worden uitgevoerd. Hij wil gezinshereniging afschaffen in het geval van onbegeleide minderjarigen. Hij noemt illegale migratie ‘een vorm van agressie’ en ‘een gebrek aan respect’. Het frustreert Elchardus mateloos dat pogingen om het migratiebeleid te verstrengen zo vaak stuklopen op ‘activistische’ rechters. Dat is ‘ondemocratisch’. Hij schrijft dat we in een ‘juristocratie’ zijn aanbeland waarin rechters het laatste woord hebben. Elchardus vindt het verkeerd dat instellingen als het Grondwettelijk Hof, het Europees Hof in Luxemburg of het Mensenrechtenhof in Straatsburg wetten ongedaan kunnen maken. Daarom stelt hij een ‘burgerlijk beroep’ voor. Een tweederdemeerderheid in het parlement moet zo’n beslissing kunnen terugdraaien. Het is gemorrel aan de scheiding der machten dat verontrust, gebaseerd op een verkeerde premisse bovendien. Het is te eenvoudig om te zeggen dat rechters ‘boven’ politici staan. Als een parlement het oneens is met een rechterlijke uitspraak, kan het proberen om (grond)wetten of internationale verdragen te veranderen. Dat is soms frustrerend, maar het is beter dan de tirannie van de meerderheid die dreigt wanneer politici, zoals Elchardus voorstelt, het laatste woord krijgen. Je hoeft, in een tijdsgewricht waarin Donald Trump via de kiezer aan de macht kwam, geen voorzitter van Open VLD te zijn om dat een beetje beangstigend te vinden. Het wijze volk Dat argument zal weinig indruk maken op Elchardus. Hij betoont in Reset een bijna grenzeloos vertrouwen in de wijsheid van ‘het volk’. Er is hem veel aan gelegen om het zijn soevereiniteit terug te geven. Hij plaatst het tegenover ‘een kaste van rechters, een groep experts, een financiële elite of een beweging van activisten’. Die tegenstelling zou je, als Elchardus vroeger niet zulke slimme teksten tegen populisme had geschreven, populistisch kunnen noemen. Hij stelt ook voor om een instituut op te richten dat ‘de wensen, zorgen en opvattingen van de burgers’ monitort. Zo wordt het minder evident voor het beleid om van de ‘volkswil’ af te wijken. Die ‘volkswil’ duwt hem trouwens ook in de richting van het nationalisme, want gemeenschappen hebben – zoals hij op de boekvoorstelling zei – ‘handen en voeten’ nodig. Daarvoor kijkt Elchardus in de eerste plaats naar de natiestaat. Het verklaart meteen waarom zoveel N-VA’ers nu zo enthousiast zijn. Het gemeenschapsdenken van Elchardus, dat je ook als een nationalistische vervelling kunt omschrijven, betekent niet dat de EU wordt afgeserveerd. Omdat tal van uitdagingen supranationaal zijn, heeft het volk ook dat beleidsniveau nodig om soeverein te zijn. Maar Elchardus bepleit wel een Unie die zich ver houdt van moreel universalisme. Hij vindt het problematisch dat vanuit Brussel een ‘welbepaalde liberale, kosmopolitische interpretatie van gedeelde waarden wordt opgelegd’. Hij is, pagina’s lang, vernietigend voor de hybris waarmee Polen en Hongarije worden aangepakt. Europa moet beter leren om te gaan met diversiteit, schrijft Elchardus. Dat zal wel, maar in zijn model worden Orban en Kaczynski wel met erg fluwelen handschoenen benaderd. Ideologische vloer Conner Rousseau zei deze week dat Elchardus in Reset ‘heel overtuigend beschrijft waarom we meer socialisme nodig hebben’. Wellicht heeft de Vooruit-voorzitter ook dat boek nog niet gelezen. Dat is zo kort na publicatie niet eens zo gek. Maar zijn quote wekt wel nieuwsgierigheid op. Betekent het dat de socialisten nu voluit voor het gemeenschapsdenken gaan? Is het liberalisme voortaan de grootste vijand? Wordt de pacificerende blik van Elchardus op de relatie tussen sociaaldemocratie en nationalisme de norm? In Sampol, het blad dat nauw aanleunt bij Vooruit, stond onlangs een commentaar dat haaks stond op de analyses in Reset. Om verkiezingen te winnen, moet zeker niet voor een ‘links-nationalistische’ koers gekozen worden, luidde het. In het middenkader van de partij kan die analyse ongetwijfeld op steun rekenen, maar ook de koers van Elchardus heeft er tractie. In Antwerpen wordt nu al drie jaar bestuurd met de N-VA. Dat geeft, ondanks al het grove geschut van de campagne in 2018, nauwelijks frictie. Je kunt zeggen dat in Reset een ideologische vloer onder die coalitie wordt gelegd. Onduidelijk is of Rousseau hem ook in de rest van Vlaanderen zou willen uitrollen. Maar als het ooit tot een fusie zou komen, kunnen N-VA en Vooruit hun huisideoloog alvast poolen. DS, 23-10-2021 (Ruud Goossens) |