actualiteitsforums  

Ga Terug   actualiteitsforums > ACTUALITEITSFORUM > MILIEU / GEZONDHEID / MENSENRECHTEN > Voedsel/Voeding
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Home FORUMS Registreer Arcade Zoeken Posts van vandaag Markeer Forums als Gelezen

Antwoord
 
Onderwerp Opties Zoek in onderwerp Waardeer Onderwerp Weergave Modus
  #1  
Oud 29th May 2022, 21:39
bijlinda's Avatar
bijlinda bijlinda is offline
Administrator
 
Geregistreerd op: Nov 2004
Locatie: Hasselt
Posts: 1,804
Exclamation De Repelsteeltjes van onze economie

De Repelsteeltjes van onze economie: onbekend maar oppermachtig


Olie en gas kaapten alle aandacht, maar Poetin heeft een nog cynischer en krachtiger oorlogswapen: graan. Om het in te zetten, kan Rusland niet om de hulp van internationale bedrijven heen. Maar wie zijn die machtige Repelsteeltjes van onze economie die ons elke dag voeden, maar waarvan we de naam niet kennen? Portret van de vier grote bedrijven die onze voedselketen in handen hebben.



Op 1 april verklaarde de Russische expresident Dmitri Medvedev op Telegram dat zijn land ‘alleen nog voedsel zou leveren aan zijn vrienden’. Hij noemde voedsel zelfs ‘een stil wapen’ in de oorlog. Dat was geen grap. Rusland verstikt Oekraïne niet alleen economisch door de graanexport daar onmogelijk te maken. Het is zelf een graanmacht. Maanden voor de oorlog schreef de Financial Times nog over de succesvolle ‘tarwediplomatie’ van Rusland.

Toen Vladimir Poetin in 2000 aan de macht kwam, sloeg hij bleek uit toen hij vernam dat zijn land de helft van al zijn voedsel invoerde. Dat moest veranderen. In 2017 was Rusland voor het eerst het grootste exportland van tarwe ter wereld. Niet alleen gas en olie zijn een oorlogswapen, dat besef dringt langzaam door. Vanuit Davos zei de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, deze week dat ‘Rusland nu ook voedsel hamstert om het als chantagemiddel te gebruiken’. Het doel: de prijzen opdrijven of handel drijven in ruil voor politieke steun.


Kalasjnikov of waterpistool

De klok die tikt om het graan uit Odessa te halen, de dreigende honger, de politieke spelletjes van Poetin ... Meestal is dat waar het verhaal en de aandacht stoppen. Onterecht, want de piekende graanprijzen zijn niet alleen goed voor de Russische oorlogskas. Ook de internationale handelaars in graan winnen. Meer nog: zonder hen zou die alternatieve kalasjnikov van Poetin een waterpistooltje zijn. Voor de critici zijn die bedrijven handlangers van Poetin. Want zij alleen zijn in staat om gewassen het land uit te krijgen. Haast onzichtbaar zitten ze in de coulissen van de wereldeconomie, terwijl ze ongelooflijk machtig zijn.

Vier bedrijven zijn heer en meester van de handel in ons voedsel. Negentig procent van alle tarwe die wereldwijd verwerkt wordt, gaat door hun handen. Een opvallende marktconcentratie voor een gewas dat samen met rijst en maïs goed is voor 60 procent van alle calorieën die op planeet aarde gegeten worden. Hun namen? Archer Daniels Midland (ADM), Bunge, Cargill en Louis Dreyfus, kortweg: ABCD. Nog nooit van gehoord? Zonder dat u het weet, schuiven ze nochtans elke dag mee aan tafel.

De vier bedrijven hebben diepe wortels. Van A naar D werden ze opgericht in 1902,1818, 1865 en 1851. Ook in ons land hebben ze kantoren, pakhuizen in de havens of fabrieken.

Het Amerikaanse Bunge heeft een belachelijk korte Wikipedia-pagina voor een bedrijf met een stamboom tot in de 19de eeuw. Het werd opgericht in Amsterdam, maar de zoon van de oprichter, Edouard Bunge, verhuisde de graanhandel naar Antwerpen, om van daar langzaam de wereld te veroveren. Met zijn fortuin financierde Bunge de activiteiten van Leopold II in Belgisch-Congo. In de oude statige hoofdzetel om de hoek van de Graanmarkt in Antwerpen, zijn vandaag de kantoren van modemerk Essentiel gevestigd. Bunge is inmiddels een Amerikaans beursgenoteerd bedrijf, dat zijn koers in een half jaar tijd stevig omhoog zag gaan. Net als het eveneens Amerikaanse ADM. Het Franse Louis Dreyfus is dan weer in handen van de Russische weduwe van een van de historische erfgenamen van het bedrijf, dat vanuit Rotterdam opereert. In 2011 verkocht ze haar aandelen in de Luikse voetbalclub Standard aan Roland Duchâtelet.

Ze beheersen de volledige voedselketen, van veld tot fabriek, zitten in hefboomfondsen, bezitten schepen en verhandelen alles van granen, vlees, koffie, suiker, zoetstoffen, veevoeder, meststoffen tot katoen en nog veel meer.


Zwarte doos

Het interessantste bedrijf van de vier is het Amerikaanse Cargill. De erfgenamen van het grootste familiebedrijf ter wereld behoren al generaties tot de rijksten van hun land. Geen familie ter wereld bestaat uit meer miljardairs dan hun geslacht. Het is gissen en gokken hoeveel Cargill echt waard is. Het gesloten bedrijf en de familie blijven ver weg van rode lopers en de beurs. Daardoor sijpelen cijfers schaars door. Vorig jaar achterhaalde Bloomberg dat Cargill, wellicht het grootste privébedrijf van de Verenigde Staten, een boerenjaar achter de rug had. ‘De grootste miljardenwinst in 156 jaar’, klonk het. Deze week dook de naam van de agroreus op in een rapport van Oxfam over de winnaars van de crisis met de kop ‘profiteren van pijn’.

In zijn indrukwekkend boek The world for sale schrijft Javier Blas, grondstoffenexpert van Bloomberg, dat de handelaars altijd winnen. Ze leven op in dolle tijden en ruiken kansen op plekken waar de weekhartigen al lang vertrokken zijn. Het is hoe ze rijk en machtig werden. De schaduw is hun habitat. En zeker Cargill staat erom bekend een zwarte doos te zijn.

We probeerden in kaart te brengen wat het bedrijf in ons land allemaal doet door de nummers van de vestigingen in Mechelen, Moeskroen, Vilvoorde en Izegem af te bellen. Een interessante oefening. In Izegem kregen we het telefoonnummer van de verantwoordelijke van de site. ‘U begrijpt dat ik eerst moet navragen wat ik u mag vertellen’, luidt het. We krijgen alleen een e-mailadres van een communicatieverantwoordelijke, ‘een telefoonnummer mag ik niet geven’. De andere vestigingen stuurden ons door naar de hoofdzetel in Mechelen, maar daar hadden ze nog niet van een communicatieverantwoordelijke gehoord. ‘Bedoelt u marketing?’ Die dienst krijgen we aan de lijn, waar ze beloven ons te laten terugbellen door de communicatieverantwoordelijke. We horen niets meer. Ook de hoofdzetel in Wayzata, Minneapolis geeft geen teken van leven.


Pralines en McNuggets

Wat puzzelen en googelen levert dit op: u kunt niet aan Cargill ontsnappen. Het laagje chocolade rond uw Magnum-ijsje, de McNuggets bij de frietjes, de plantaardige olie van Vandemoortele, pralines van Neuhaus, ontbijtgranen, koekjes bij de koffie of ons dagelijks brood: voedingsbedrijven, supermarkten of ambachtelijke bakkerijen kunnen niet om de gigantische leverancier heen.

Of dat een probleem is? Sophia Murphy, de directeur van het Institute for Agriculture and Trade Policy – een Amerikaanse denktank die de grote vier volgt – vindt van wel. ‘Er ligt te veel macht in te weinig handen’ zegt ze aan de telefoon, vanuit Minneapolis.

‘Die bedrijven beheersen de hele keten. Het zijn handelaars én speculanten en ze hebben een forse marktkennis. Er is een groot gebrek aan transparantie. We hebben bijvoorbeeld geen zicht op de omvang van hun voorraden. Het gaat nochtans om cruciale gewassen. Een bedrijf als Cargill is bovendien niet eens beursgenoteerd. Het moet zelfs geen rekenschap aan aandeelhouders afleggen.’

Volgens Murphy zet de oorlog de problemen met de grote vier nog eens in de verf. Cargill bijvoorbeeld lieten weten geen nieuwe investeringen in Rusland te doen, maar blijft er wel aan de slag. De activiteiten van die bedrijven zijn sowieso niet onderhevig aan sancties. Of het niet erger zou zijn als ze, in een krappe markt, geen granen meer konden verhandelen? ‘Kijk, op zich is het goed dat ze er nog voedsel wegkrijgen, want dat moet je die bedrijven nageven: ze werken vaak op moeilijke plekken. Ik zeg dus niet dat ze Rusland moeten verlaten. Het probleem is dat ze niet te sturen zijn. Zij bepalen of er nog graan weggeraakt. Ze hoeven zich geen zorgen te maken over hun merk, want niemand kent hen. Ze staan niet op de etiketten van wat we eten.’ Soms stroken hun bedrijfsbelangen met politieke belangen, maar ze kunnen de politiek ook stokken in de wielen steken. ‘Denk aan de sancties tegen Iran. Grondstoffenhandelaars hielpen dat land in het verleden in het geniep om die te ontwijken.’

Murphy stelt vast dat vroeger de angst heerste dat overheden de marktwerking zouden verstoren. Onder druk van de Wereldhandelsorganisatie doekten landen als Canada en Australië na de eeuwwisseling daarom hun eigen tarwetoezicht op.

Down-under viel de bewuste overheidsinstelling waarlangs de tarwe ging, een jaar later al in handen van één bedrijf: Cargill.


Monopoly-geld

In zijn boek beschrijft Javier Blas hoe de Amerikaanse gigant in een ver verleden al onder vuur kwam door zaken te doen met Rusland. Of toch met wat toen nog de Sovjet-Unie was. In de jaren 50 subsidieerde de Amerikaanse overheid gul de graanexport omdat de schuren overvol zaten. Cargill begon als eerste uit te voeren naar wat in volle Koude Oorlog de vijand was. De strategie leverde woekerwinsten op, maar viel slecht in Washington. Op een bepaald moment weigerden havenarbeiders zelfs om nog graan op schepen richting de Sovjet-Unie te laden. Politici probeerden de akkoorden tevergeefs te verbieden. ‘Het was een van de eerste keren dat duidelijk werd hoe politiek de grondstoffenhandel was en hoeveel macht de pioniers van de internationale handel aan het vergaren waren. Bedrijven stonden in voor een dooi in een handelsrelatie waar de politiek nog niet klaar voor was’, klinkt het.

Maar het meest waanzinnige verhaal had Zimbabwe als decor. Toen het land in 2003 in een inflatiestorm terechtkwam, kon de centrale bank niet snel genoeg geld bijdrukken om de devaluaties van de munt bij te houden. Dat was slecht nieuws voor de katoenbusiness van Cargill. Het bedrijf kon de boeren niet langer cash uitbetalen. Cargill haalde inspiratie bij Monopoly: het begon zelf geld te drukken met het eigen bedrijfslogo. Anders gezegd: het bedrijf nam de rol van de centrale bank over. Al snel werd er in de straten van Harare met de briefjes betaald. Uit Wikileaks-documenten bleek dat het bedrijf aan Amerikaanse diplomaten toegaf dat het zo veel geld verdiende. ‘We are making a killing.’


Opbreken die handel?

Het is opvallend hoe de marktmacht van Big Oil en Big Tech almaar meer onder vuur ligt, maar Big Food buiten schot blijft. Waarom is er debat over het opbreken van Facebook, maar niet over Cargill? Het helpt dat de namen van de bedrijven zo onbekend in de oren klinken. Maar dat is niet alles, laat professor Jennifer Clapp van de Canadese University of Waterloo in een e-mail weten. ‘Er is almaar meer aandacht voor de manier waarop die bedrijven de voedselketen domineren, maar tegelijk geven politici in de VS aan dat die ABCD-reuzen “too big to fail” zijn. Met andere woorden: je raakt ze maar beter niet te hard met meer regels en toezicht. Het is zorgwekkend dat onze voedselzekerheid valt of staat met een handvol bedrijven. Zeker nu blijkt dat ze zich ook nog eens kunnen verrijken door de stijgende prijzen, op een moment dat miljoenen mensen hongerlijden.’


DS, 28-05-2022 (Annelien De Greef)
Met citaat antwoorden
Antwoord


Onderwerp Opties Zoek in onderwerp
Zoek in onderwerp:

Uitgebreid Zoeken
Weergave Modus Stem op dit onderwerp:
Stem op dit onderwerp::

Posting Regels
Je mag niet nieuwe onderwerpen maken
Je mag niet reageren op posts
Je mag niet bijlagen posten
Je mag niet jouw posts bewerken

vB code is Aan
Smilies zijn Aan
[IMG] code is Aan
HTML code is Uit
Forumsprong



Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 19:50.


Powered by: vBulletin Version 3.0.6
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.