Twee weken nadat twee dammen instorten bij een Braziliaanse ijzerertsmijn, heeft de giftige modderstroom die daarop volgde de Atlantische Oceaan bereikt. De modder legde meer dan 500 kilometer af, en stroomt nu door de riviermonding van de Rio Doce recht de oceaan in. Wetenschappers waarschuwen voor een van de grootste natuurrampen ooit.
Van onder andere het lagere schooltje in Bento Rodrigues bleef na de modderstroom niet veel over. ©REUTERS
De modderstroom veegde op 5 november het mijnwerkersdorpje Bento Rodrigues volledig van de kaart, en begon daarna zijn lange weg richting de oceaan. 11 mensen kwamen om, 12 zijn nog vermist. De bruine substantie bestaat uit allerhande gevaarlijke en giftige stoffen zoals kwik, arsenicum, chroom en mangaan. Een kwart miljoen mensen heeft geen drinkwater meer. Toch zegt Samarco, de eigenaar van de getroffen mijn, dat de modder geen gevaar betekent.
Het bedrijf heeft al 245 miljoen euro aan schadevergoeding betaald aan de overheid en probeert de planten en dieren langs de oevers van de rivier te beschermen met oliedammen. Arbeiders haalden de rivieurgeul leeg zodat de modder sneller de zee in kon stromen en zich kon verspreiden en minder schade zou aanrichten aan de precaire natuur rond de rivier en in de monding. In totaal stroomde 60 miljoen kubieke meter modder weg, goed voor 25.000 Olympische zwembaden.
Impact
Een lokale bioloog vertelde aan de BBC dat hij vreest voor het leven van de fauna en flora in de regio. De monding van de Rio Doce is een gebied met brak water waar veel dieren zoals dolfijnen, walvissen maar ook schildpadden komen om hun jongen te voeden en te paren. Volgens hem is de voedselvoorziening in een derde van de hele zuidoostelijke regio van Brazilië en in de helft van de Zuidelijke Atlantische Oceaan getroffen voor minimaal 100 jaar.
Ook in de rivier zelf is de impact groot, zo zegt Aloysio da Silva Ferrao Filho, onderzoeker in het vakblad Chemistry World. "De biodiversiteit is compleet verloren, verschilende soorten zijn volledig uitgeroeid." Burgerbewegingen hebben de afgelopen week volop vissen gevangen en schildpadeieren verzameld om ze te beschermen. De vrees is onder andere dat de modder, die ook vol ijzererts en silica zit, zo hard als beton wordt eens ze opdroogt.
Ondertussen staan bij de ijzermijn nog twee andere dammen op springen, zegt Samarco. Daarbij zouden reservoirs met afvalwater kunnen leeglopen. Mogelijk stortten de dammen in als gevolg van lichte aardbevingen, maar dit is niet bevestigd.
bron:
http://www.demorgen.be/buitenland/t...meter-b08c7540/
Mening:
De term milieuramp is hier wel van toepassing. Al is het niet enkel door de mens, maar ook door de natuur dat deze ramp zoveel schade heeft aangericht. Ik vraag me enkel af in welke mate deze schade had kunnen voorkomen worden. Een modderstroom die meer dan 500 kilometer heeft afgelegd op 2 weken tijd, moet toch enigszins kunnen afgeremd worden?
Ik besef maar al te goed wat de vernietigende kracht van zo'n modderrivier is. Wagens en huizen worden meegesleept alsof ze papiertjes in een beek zijn. De invloed van zo'n toxische stroom op alle ecosystemen waar ze passeert is enorm. Sommige dierensoorten zijn volledig verdwenen, waardoor anderen ook niet meer kunnen overleven.
Nu de stroom is uitgemond in de oceaan, vrees ik ervoor dat de gevolgen veel meer uit de hand zullen lopen. De visvangst zal kelderen, de plaatselijke fauna zal jaren tot decennia nodig hebben om zich te herstellen en mogelijk zullen zieke of vluchtende dieren verder reizen en andere ecosystemen in de war brengen.