Nederlands bevat "heel wat grammaticale overbodigheden"
Wat is de meerwaarde van het woordje "het" in "het regent"? Niet veel, zo blijkt. En zo zijn er wel meer "overbodige grammaticale regels" in onze taal. Uit een onderzoek van taalwetenschapper Sterre Leufkens, waar Onze Taal over bericht, blijkt het Nederlands een van de minst efficiënte talen te zijn.
Leufkens analyseerde voor haar doctoraatsstudie 22 talen op het voorkomen van niet-noodzakelijke grammaticale elementen en regels. Ook het Nederlands werd onderzocht, als enige Indo-Europese taal. Haar bevindingen stelt ze pas later deze maand voor, maar de belangrijkste punten worden nu al opgesomd in het magazine Onze Taal.
Uit dat onderzoek kwam het Nederlands als minst efficiënte taal naar voren. Een bewijs daarvoor is het verschil tussen "de" en "het", terwijl ze in het Engels enkel "the" kennen. "Dat verschil is verwaarloosbaar", zegt Leufkens. "Als je voor je vierde levensjaar niet met het verschil in contact bent gekomen, zal je het nooit meer perfect onder de knie krijgen."
Overbodigheden
Het verschil tussen "de" en "het" zal in de toekomst dan ook verdwijnen, verwacht de onderzoekster. "Als een taal wordt gesproken door heel veel mensen die een andere moedertaal hebben, leidt dat tot grammaticale vereenvoudiging. Vroeger waren er ook meerdere vormen voor "the" in het Engels, maar die zijn door de jaren heen verdwenen."
Maar er zijn nog andere overbodigheden in het Nederlands, zo blijkt. Het feit dat sommige zelfstandige naamwoorden op "-en" of "-s" eindigen, bijvoorbeeld. Of de verschillende vormen voor een bijvoeglijk naamwoord.
Bovendien zitten er ook heel wat "overbodige woorden" in onze taal. Zo is het woordje "het" in "het sneeuwt" betekenisloos. Beter zou de constructie "sneeuw valt" zijn. En ook "er" in "er zit een vlieg op de muur" voegt niets toe aan de zin.
Werkwoorden
Nog een puntje van "kritiek", is de vervoeging van onze werkwoorden. Die veranderen namelijk naar gelang de persoonsvorm. Niet nodig, zo blijkt. "In een transparantere taal zou je "hij loop" of "hij lopen" zeggen", klinkt het. De werkwoordsvorm zit namelijk al in het woordje "wij".
De onderzoekster benadrukt wel dat het Nederlands als enige Indo-Europese taal onderzocht werd. Een vergelijking met talen als het Duits, Frans of Engels is dus niet mogelijk.
Bron: De Redactie,
http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/wetenschap/1.2198057
Datum: 02/01/2015
Mening: Als leerkracht Nederlands in spe zijnde vind ik het zeer belangrijk dat ik ook genoeg bezig ben met 'taal'. Ik heb dus ook een abonnement op dat tijdschrift van 'Onze taal'. Ik heb het artikel van Berthold Van Maris ook gelezen waarnaar verwezen werd in het artikel van De Redactie. Ik merk dat het Afrikaans, dochtertaal van het Nederlands, wel slechts één lidwoord heeft en één soort van werkwoordvervoeging. Ik merk ook dat het Nederlands een zeer moeilijke taal is, dus ik kan me erin vinden dat de taal later evolueert naar een taal met één lidwoord. Anderzijds moeten wij ons er ook van bewust zijn dat een ontwikkeling van een taal soms tientallen, zelfs honderden jaren kan duren. We zouden over enkele eeuwen misschien zeggen 'die hond loop door die bos' in de plaats van 'de hond loopt door het bos'. Het zou zo nog niet eens zó verkeerd klinken, al zouden we onze dochtertaal (het Afrikaans) na-apen als we ook zo zullen evolueren. Misschien is het Afrikaans ons wel voor met haar evolutie, en lopen wij een beetje achter.
Lang leve (?) één van de minst efficiënte talen! (Of wordt het: lang leef één van die minst efficiënte talen?)