De bouwsector heeft dinsdag een oproep naar de overheid gelanceerd om 'dringend' maatregelen te nemen tegen de sociale dumping in de sector. Er staat in elk geval een rondetafeloverleg gepland met de staatssecretaris voor Sociale Fraude, Bart Tommelein. Zonder extra maatregelen vreest de sector het verlies van 40.000 banen op het einde van de legislatuur. Momenteel stelt de bouw nog meer dan 200.000 mensen tewerk.
De vooruitzichten voor de bouw zijn niet echt rooskleurig te noemen. De afgelopen tweeënenhalf jaar gingen bijna 12.400 jobs in rook op. De recentste conjunctuurprognose van de Confederatie Bouw schat het verlies aan jobs in de bouwsector tegen eind volgend jaar nog eens op 6.000. Het globale verlies aan banen tijdens deze legislatuur, dus tot 2019, wordt zonder bijkomende maatregelen zelfs geschat op 40.000.
'Dat is niet alleen slecht nieuws voor ons, maar ook voor de overheid', wierp gedelegeerd bestuurder van de Confederatie Bouw Robert De Mûelenaere op. Bedrijven en werknemers betalen immers RSZ-bijdragen en belastingen: met het verlies van tienduizenden banen loopt de overheid 2,1 miljard euro mis, berekende hij. En daar zijn extra kosten zoals werkloosheidsvergoedingen nog niet bijgerekend.
Momenteel profiteert de sector nog van de lage rente en van het feit dat heel wat mensen die bouwen of verbouwen strengere fiscale en energiemaatregelen. Ook het uitzonderlijke goede weer in 2014 zorgde voor een heropleving in de bouw in 2014, plus 2 procent tegenover een daling van 1,3 procent in 2013.
Er is echter een grote 'maar' voor de nabije toekomst. 'Het gebrek aan economische groei en het fenomeen van de sociale dumping blijven wegen op onze sector. Wij hopen dat de regering de ernst van de situatie zal inzien. Anders zal de bouwsector er binnen dit en tien jaar fundamenteel anders uitzien in ons land', zegt Robert de Mûelenaere, gedelegeerd bestuurder van de Confederatie Bouw. 'Het overleven van de Belgische bouw staat vandaag op het spel', luidde het dinsdag bij de sectorfederatie.
'Situatie escaleert'
De bouwsector ziet het aantal buitenlandse krachten die werken uitvoeren in ons land jaar na jaar toenemen. 'De situatie escaleert', aldus De Mûelenaere. In 2014 verloren niet minder dan 8 op de 10 aannemers een opdracht aan een buitenlands bedrijf dat goedkoper was. Dat blijkt uit een recente enquête van de Confederatie Bouw bij haar leden. Vier op de tien bouwbedrijven moesten om deze reden al mensen afdanken.
De afgelopen twaalf maanden werden in de sector 305.000 Limosa-meldingen gedaan (melding van gedetacheerde arbeiders, red.). Dat is zes keer meer dan in 2007. 'We schatten dat het aantal gedetacheerden overeenkomt met 32.000 voltijds equivalenten, een verdubbeling tegenover 2011.'
Naast het uitblijven van groei veroorzaakt het toenemend aantal buitenlandse bedrijven en werknemers voor ernstige concurrentieproblemen op de Belgische bouwmarkt. Belgische aannemers klagen dat ze niet met dezelfde wapens kunnen strijden als deze buitenlandse bedrijven.
Deze evoluties moeten ook de overheid zorgen baren. Door de verdere verschuiving van arbeid in de richting van buitenlandse bedrijven en werknemers zal de schatkist immers een pak inkomsten mislopen.
Vier concrete maatregelen
De Confederatie Bouw wil dat de regering optreedt en stelt vier concrete maatregelen voor. 'Die zijn trouwens gedragen door werkgevers én vakbonden', aldus de gedelegeerd bestuurder.
De erkenning van aannemers die geldt bij overheidsopdrachten moet verplicht worden voor álle onderaannemers. Nu geldt dat enkel voor de hoofdaannemer die het contract afsluit. Ook het aantal onderaannemers zou moeten worden beperkt.
Opdrachtgevers die een abnormaal lage prijs aanvaarden, moeten bestraft kunnen worden. Bij particulieren zou de toekenning van fiscale voordelen gekoppeld moeten worden aan het feit dat de aannemer de vestigingsregeling respecteert en geen sociale of fiscale schulden heeft.
Er moet een doorgedreven beleid van preventie en sancties komen. Werknemers op de werf moeten zich verplicht kunnen identificeren. Bovendien moeten de gerichte controles tegen fraude fel opgedreven worden.
Tot slot vraagt ze voor de sector 'specifieke maatregelen' om de loonkosten te verminderen. 'We zijn zeer arbeidsintensief, de loonkost maakt 40 à 50 procent van de prijs van werken uit', illustreert De Mûelenaere. Hij merkt op dat de bouwsector bijna niet profiteert van de loonkostmaatregelen uit het jongste regeerakkoord.
Bron: De standaard 18/11 14:25u
http://www.standaard.be/cnt/dmf20141118_01381923
Mening: Het is zonder twijfel tijd om aan de alarmbel te trekken als we dit lezen. Dit is niet alleen slecht nieuws voor de bouwsector zelf maar het is ook nefast voor de overheid. Het bedrag dat de overheid misloopt is enorm en daar zijn nog niet alle bijhorende kosten bijgerekend. Door de concurrentie van onder andere buitenlandse bedrijven die abnormale lage prijzen beloven kunnen Belgische bedrijven minder werk aannemen en zijn ze genoodzaakt om werknemers te laten gaan. Ik ben met de vier maatregelen akkoord zodat de Belgische bouwsector een opflakkering kan krijgen en dat de sector kan herleven. Als de regering de ernst van deze zaak niet inziet kan dit nare gevolgen hebben voor ons land, de Belgische bouw staat op het spel.