De expertencommissie Pensioenhervorming, die mede door oud-minister Frank Vandenbroucke geleid wordt, heeft vragen bij de pensioenhervorming die in het centrumrechtse regeerakkoord wordt aangekondigd.
De experts drukken erop dat de hervorming gepaard moet gaan met "geduldig sociaal overleg" en dat enkel met een "krachtig en vernieuwend werkgelegenheidsbeleid, met name voor oudere werknemers" langer werken mogelijk gemaakt kan worden. Die elementen vinden ze onvoldoende terug in de regeringsteksten.
Ten gronde mist de commissie-Vandenbroucke een "structurele hervorming op langere termijn". Ze betreurt dat de nadruk is komen te liggen op 'leeftijdscriteria' (een verhoging van de pensioenleeftijd tot 67). De commissie is niet per se tegen zo'n verhoging, maar meent dat prioriteit moet gaan naar de lengte van de loopbaan. Afschaffing van de pensioenbonus, zoals de regering-Michel wil, gaat volgens de commissie in tegen het streven om mensen langer aan het werk te houden.
Op de VRT-radio verduidelijkte Vandenbroucke dat hij zich "niet in de plaats wil stellen van de politiek". Zich in de plaats stellen van de politiek wil Vandenbroucke niet doen. "Verwacht van mij dus noch applaus, noch boegeroep", zei hij in De Ochtend op Radio 1. "Het regeerakkoord is geen kopie van ons rapport en dat moet je ook niet verwachten", aldus de socialist, die niettemin heel wat overeenstemming ziet tussen beide documenten.
Bron: De Morgen 10/10/2014 http://www.demorgen.be/binnenland/c...koord-a2081782/
Mening: De Commissie Pensioenen heeft natuurlijk wel een punt. Iedereen weet dat het niet anders kan dan de pensioenleeftijd te verhogen. Mensen leven langer, zullen ook langer fit zijn, en dus is het ook logisch dat mensen langer zullen moeten werken. Maar als men voor iedereen 67 als pensioenleeftijd kiest, is het natuurlijk wel zo dat sommigen al langer aan het werken zijn dan anderen. Dit is dan ook weer niet eerlijk vindt de Commissie Pensioenen. Persoonlijk vind ik het al goed dat de pensioenleeftijd verhoogd wordt, zo zal de economie en het economisch welzijn van de werkende mens goed in evenwicht blijven.