8 augustus 1914: heftig geweld tegen Duitsers
In de drukte viel de adelaar aan stukken
Honderden Duitse bewoners zijn uit Antwerpen vertrokken, op bevel van de krijgsgouverneur. Een Duitser heeft zich daarbij van het leven beroofd. Ondertussen is beslist dat een tachtigtal betrouwbare Duitse families mag blijven. De angst voor spionage neemt toe.
In het Nachtegalenpark heeft de Antwerpse burgerwacht een groep Duitsers en Oostenrijkers aangetroffen die zich daar verscholen. In Zurenborg is een honderdtal Duitsers onder grote belangstelling door de politie uit hun huizen gezet.
Een Duitser heeft zichzelf door het hoofd geschoten toen hij te horen kreeg dat hij het land moest verlaten.
Al op 4 augustus heeft de Antwerpse krijgsgouverneur Dufour bevolen dat alle Duitse en Oostenrijks-Hongaarse onderdanen de stad dienden te verlaten voor 6 augustus middernacht. Vele honderden zijn per spoor of per schip vertrokken, de meesten onder hen naar het neutrale Nederland. Antwerpen is een van de vestingsteden die de vijand moeten tegenhouden. Die kan zich dan maar beter niet binnen de muren bevinden.
In de joodse wijk heerst de grootste verwarring, omdat veel Antwerpse joden uit Duitsland of Oostenrijk-Hongarije komen. Zij voelen zich het slachtoffer van een oorlog die niet de hunne is. Extra pijnlijk is dat de Russische joden mogen blijven.
A la frontière!
De nervositeit nam eerder al toe toen Antwerpse Duitsers in het Duitse leger gemobiliseerd werden. Een groep dronken gemobiliseerden trok op 2 augustus strijdliederen zingend door de stad. Het kwam tot een botsing met de politie. Op 4 augustus hebben zich rellen voorgedaan in de handelsbeurs. Het nieuws van de inval raakte daar om 15 uur bekend. Onder het roepen van ‘à la frontière!’ werden Duitse kooplieden er met harde hand verdreven.
Diezelfde dag is er een toeloop in het centrum ontstaan, waarbij verontwaardigde burgers de Brabançonne en andere vaderlandslievende liederen ten gehore gaven bij het Koninklijk Paleis en de Banque de France op de Meir. Ze hadden zich met Belgische, Franse en Britse vlaggen getooid.
Boegeroep
Tegen zes uur ’s avonds zag de Meir zwart van het volk. De meute stortte zich onder boegeroep en oorverdovend gefluit op gebouwen die bekend staan voor de grote Duitse aanwezigheid in de stad. Het warenhuis Tietz moest zijn vlaggenstok, getooid met een rijksadelaar, neerhalen. In de drukte viel de adelaar aan stukken. Die werden als trofee door de straten meegedragen.
Bij Hotel Weber op de De Keyserlei bleef de schade beperkt, omdat de eigenaar zijn gevel met Belgische vlaggen had getooid. Een cafébaas op de Kunstlei, die de Duitse vlag weigerde in te trekken, zag zijn hele herberg aan diggelen geslagen.
Om 19 uur heeft de politie de *betoging ontbonden, maar die nacht is het opnieuw tot rellen gekomen. Overal zijn Duitse horecazaken aangevallen. Togen, buffetten en piano’s werden de straat opgesleept en geheel versplinterd. De volgende ochtend heeft de bevolking die cafés leeggeplunderd.
Hongerrel
Een Duitse slager in de Lange Dijkstraat wekte bijzondere toorn bij de massa, omdat hij het gewaagd had de vleesprijzen op te trekken. Wat als een politieke protestmars begon, is dus in plunderingen en hongerrellen geëindigd. In De Nieuwe Gazet staat op 6 augustus te lezen: ‘Al het schuim van de bevolking is naar boven gekomen, en voert het gestolene, met gansche armvollen, om niet te zeggen met stootwagens, weg. Dat de herbergen en winkels aan de Duitschers toebehooren, is maar een voorwendsel meer.’
Zulke rellen hebben zich overal in het land voorgedaan, maar nergens zo erg als in Antwerpen, waar zich een grote Duitse kolonie heeft gevestigd. Velen wonen al heel lang in de stad.
Op 6 augustus keurt de krijgsgouverneur een lijst goed van ruim tachtig betrouwbare Duitse families die toch in Antwerpen mogen blijven. Een dag later beslist hij dat de uitzonderingsmaatregel ook geldt voor families die een zoon in het Belgisch leger hebben.
De Antwerpse politieagent Rousseau krijgt van de gevangenis*directeur van Antwerpen te horen dat hij moet stoppen met het aanhouden van Belgische echtgenotes van Duitsers, en weet het ook niet meer: ‘Eerst wit, dan zwart! Wat is het nu?’
Fotografie
Uit Oudenaarde wordt de Duitse fotograaf Joseph Rammlinger samen met zijn vrouw en twaalf kinderen verdreven. Hij woonde er al zestien jaar en heeft ‘heel Oudenaarde’ geportretteerd. Zijn inboedel wordt op straat gegooid. Fotografie wordt nu gezien als een mogelijk middel tot spionage.
De woede slaat om in angst. Diverse overheden hebben laten aanplakken dat spionage streng zal worden bestraft. Onder meer in Brussel krijgt de politie honderden anonieme meldingen over vermeende spionnen. Velen daarvan blijken na onderzoek onterecht. Het zijn de meest intense geweldplegingen en verdachtmakingen tegen vreemdelingen sinds België bestaat.
DS, 08-08-2014 (Veerle Beel)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
|