12/12/13, 05u37 − Bron: Belga
Er zit een groot beveiligingslek in het communicatienetwerk van de politie en de hulpdiensten. Dat bevestigt operator Astrid in De Tijd. Liefst 15.000 'biepers' zijn niet versleuteld.
"Politie afluisteren weldra onmogelijk", titelde het persagentschap Belga tien jaar geleden al. Op dat moment stonden alle politiediensten op het punt over te schakelen op het digitale radiocommunicatienetwerk van 'Astrid', de gespecialiseerde telecomoperator voor de veiligheidsdiensten die in 1998 was opgericht.
Vandaag gebruiken de veiligheidsdiensten al ruim 55.000 radioterminals van Astrid. En die zijn inderdaad optimaal versleuteld: zowel de data als de gesprekken zijn vertrouwelijk. Want zowel de communicatie als de authenticatie van de terminals gebeurt vercijferd.
Maar in een lijvige brochure over de werking van Astrid, dat volledig in handen is van de federale overheid, geeft de operator zelf toe dat er een groot gat gaapt in de beveiliging. De achilleshiel zijn de 15.000 'pagers', of biepers en semafoons, die zowel de brandweer, de civiele bescherming als verschillende medische diensten gebruiken. Die worden over heel België gebruikt om personeel op te roepen bij incidenten. Ook de noodcentrales sturen elektronische berichten naar de terminals van de brandweerdiensten, die ze op hun beurt doorspelen naar pagers.
In 2012 hebben de veiligheidsdiensten zo meer dan 1,854 miljoen pagingberichten verstuurd. Maar in tegenstelling tot de digitale radiocommunicatie zijn die pagingberichten helemaal niet versleuteld of geëncrypteerd. Ze zijn zo te ontcijferen voor wie via scanners de communicatie van de hulpdiensten wil onderscheppen. "Ze kunnen inderdaad onderschept en gelezen worden", bevestigt Astrid-woordvoerder Frederik Langhendries.
Bron: De Morgen:
http://www.demorgen.be/dm/nl/989/Bi...pdiensten.dhtml
(geraadpleegd op 12/12/2013)
Mening: Veiligheidsdiensten gebruiken al ruim 55.000 radioterminals die optimaal versleuteld zijn. Data en gesprekken zijn vertrouwelijk. 15.000 biepers daarentegen zijn niet versleuteld. Deze worden zowel door de brandweer en civiele bescherming gebruikt, als door de medische diensten. Langs de ene kant vraag ik mij af of deze afluisterbare radiocommunicatie zo een grote bedreiging vormt voor onze samenleving. Ik denk dat dit eerder gaat om het recht op privacy. Gesprekken in verband met de medische sector bijvoorbeeld zijn vertrouwelijk. Langs de andere kant is ook de communicatie van de civiele bescherming en politie niet voldoende beveiligd. En dan gaat het niet alleen over de privacy. Hulpdiensten en politie zouden gewoon goed beveiligd moeten zijn. We moeten de hulpdiensten en politie moeten kunnen vertrouwen en de veiligheid moet bevorderd worden. Men geeft daarbij zelf toe dat er een groot gat gaapt in de beveiliging.