Het Slachtofferfonds keert jaarlijks gemiddeld bijna 10 miljoen euro uit aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden. Dat blijkt uit het antwoord van minister van Justitie Annemie Turtelboom op een parlementaire vraag van senator Guido De Padt (Open VLD).

Sinds 1985 kunnen slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en hun nabestaanden onder bepaalde voorwaarden de federale staat om financiële hulp verzoeken. Dat is vaak het geval wanneer de dader onbekend is of niet in staat is tot het vergoeden van slachtoffers. De wet voorziet niet in volledige schadeloosstelling.

Tussen 2008 en 2012 dienden ruim 6.500 slachtoffers zo’n verzoek tot financiële ondersteuning in. ‘De laatste vijf jaar werd net geen 48 miljoen euro uitbetaald’, zo leerde De Padt uit de parlementaire vraag.

De Padt stelde echter ook vast dat de dader, indien hij later alsnog wordt gevat, niet steeds verplicht wordt om het geld terug te betalen dat via het fonds is uitgekeerd. ‘Op langere termijn is deze situatie onhoudbaar’, merkt de senator op. ‘De overheid zal aldus uitermate waakzaam moeten optreden wat betreft de recuperatie van haar uitkeringen.’

Datum: 12 mei 2013
Bron: De Standaard

Ik vind het niet meer als normaal dat deze slachtoffers vergoed worden door de overheid als de dader onbekend is. Heel vaak hebben deze slachtoffers medische, psychologische zorg nodig. Dit zorgt voor bedragen dat de meeste gewone gezinnen niet kunnen betalen. Ik vind het wel niet kunnen dat als ze de dader vatten, dat hij niet verplicht is om het geld terug te betalen. Hij heeft verschrikkelijke daden gedaan dus moet hij hier ook voor opdraaien en niet de overheid. Voor de overheid is deze situatie op lange termijn onhoudbaar om alle uitkeringen te blijven betalen.