Enkele post bekijken
  #1  
Oud 10th December 2012, 10:08
Wim.Caers Wim.Caers is offline
Registered User
 
Geregistreerd op: Sep 2010
Locatie: Ravels
Posts: 100
Wie niet gezond is, wordt gestraft. Wie niet ziek is, is gezien

Ignaas Devisch, professor medische filosofie en ethiek aan de Universiteit Gent en de Arteveldehogeschool, over 'de zorgwekkende nieuwe wetten van onze gezondheidszorg'.

Het hing al een tijdje in de lucht: verzekeringsmaatschappijen zullen strenger toezien op de gezondheid van hun klanten. Hoe ongezonder je leeft, hoe hoger de premie zal zijn. Kortom, wie op criteria zoals Body Mass Index (BMI) slecht scoort, dreigt financieel te worden afgestraft. Een onrechtvaardige maatregel.

Heel wat maatschappelijke instellingen interesseren zich al even voor onze leefstijl. Dat uit zich in aandacht voor gezond eten, fysieke fitheid en andere factoren. Ook de politiek, gezondheidszorg en private verzekeringsmaatschappijen promoten sport, fitness en een gezonde leefstijl.

Dat klinkt niet alleen goed, er zijn ook positieve aspecten aan verbonden: er is nu eenmaal nood aan meer preventie in de gezondheidszorg. Preventie is zinvol om vroegtijdig bepaalde erfelijke belastingen op het spoor te raken waardoor we ziektes te vroeg af zijn. Vervolgens zijn vele hart- en vaatziektes, diabetes, obesitas en andere 'leefstijlgerelateerde' aandoeningen te vermijden wanneer we onze levenswijze aanpassen.

En dat is nodig, getuige daarvan een voorspelling die het Internationale Rode Kruis vorig jaar maakte in zijn rapport: in 2015 zal vermoedelijk het aantal mensen dat ziek wordt van overvoeding, de bovenhand halen op het aantal mensen dat ziek wordt van ondervoeding. Dat is een kolossaal probleem, samengevat met de term 'globesitas'.

Tot daar het positieve, want de keerzijde van deze medaille is niet mis. Vooreerst is het de vraag of de aandacht van verzekeringsmaatschappijen voor onze leefstijl is ingegeven door die zorg voor onze gezondheid, dan wel door een winstlogica. Laat ik even naïef zijn en vooronderstellen dat hun focus onze gezondheid is, dan nog zijn er kanttekeningen te maken bij deze evolutie. Als we mensen gezonder willen doen leven, dan moeten we een bredere context in overweging nemen dan alleen de individuele verantwoordelijkheid. De meest prangende vraag luidt dan hoe we verantwoordelijkheid kunnen versterken met andere principes of ondersteunende mechanismen, in plaats van individueel gedrag te bestraffen. Natuurlijk zijn wij degenen die besluiten te eten, te roken, te drinken, maar we doen dat niet in een sociaal vacuüm. Kortom, we zijn altijd persoonlijk aansprakelijk, maar zijn we ook individueel verantwoordelijk?

Pervers
Zolang de maatschappij zo is ingericht dat de ongezonde keuzes makkelijker en goedkoper zijn dan de gezonde, is het licht pervers om de rekening daarvan volledig in de schoenen van het individu te schuiven. Obesitas bijvoorbeeld is een probleem van de hedendaagse samenleving. Omdat 'slecht' voedsel alomtegenwoordig en goedkoop is en de maatschappij zo is ingericht dat het maar weinig fysieke activiteit stimuleert, maakt het de gezonde keuzes moeilijker dan de ongezonde. Onze BMI is het kristallisatiepunt van deze evolutie, maar ook niet meer dan dat. Hoe kun je dan de verantwoordelijkheid hiervoor beperken tot het individu? Terwijl de maatschappij niet verandert, moeten wij meer verantwoordelijkheid dragen. Dat is een eenzijdige benadering waarvan vooral de zwaksten de dupe zullen worden.

Vervolgens heeft de zorg voor onze gezondheid een wankele basis: indien het gezonde gedrag wordt beloond en het ongezonde gedrag wordt afgestraft, dan zou je verwachten dat we objectieve criteria hiervoor hebben. Bij vele aspecten van ons gedrag kunnen we echter niet objectief vastleggen wat een goeie gezondheid is. We weten wat zeer ongezond is, maar voor de rest is het vaak koffiedik kijken. Gezondheid blijft een complex gegeven.

Nooit fit genoeg
Kortom: wie niet gezond is, wordt gestraft, maar helaas houdt het hiermee niet op: eens de vraag naar gezondheid is gesteld, zijn we allemaal potentieel ziek verklaard. Dan gaat het ook om 'wie niet ziek is, is gezien': door de bewijslast voor een gezonde leefstijl bij het individu te leggen, zijn we voortaan ziek tot zolang we niet kunnen aantonen dat we gezond zijn. Aantonen dat je gezond bent, is in absolute zin onmogelijk: wij zijn nooit fit of slank genoeg en we moeten er daarom altijd blijven aan werken en aan nieuwe normen beantwoorden. Juist doordat we onze gezondheid moeten najagen, bevinden we ons in permanente staat van ziek zijn.

Daarom dreigt de zorg voor de gezondheid te resulteren in een almaar groter wordende afhankelijkheid van het individu ten overstaan van instellingen, overheden en experten en een inmenging van deze instellingen in onze keuzes. Als de overheid preventief het gedrag van mensen wil bijsturen in de richting van gezond gedrag, moet ze meer mensen onderzoeken om op die manier de kans op een ziekte te voorspellen. Het risico op overdiagnose is sprekend maar dit alles is maar mogelijk vanuit een steeds groter wordende beschikking van onze levensomstandigheden door 'het toneel van de instellingen': mutualiteiten komen inderdaad tussen bij ons fitnessabonnement, bedrijven stimuleren werknemers tot start to run, ziekteverzekeraars peilen steeds nadrukkelijker naar onze leefstijl... De grens tussen stimuleren en verplichten is dun.

En tot slot valt het te voorspellen dat zodra er normen worden gesteld, deze steeds verder zullen opschuiven. Wie normen stelt, doet vaak beroep op gemiddeldes en wie zich onder het gemiddelde begeeft, moet meer naar het midden opschuiven om niet financieel te worden afgestraft. Met als gevolg dat het gemiddelde mee opschuift, ad infinitum.

Het debat over leefstijl en verantwoordelijkheid moet worden gevoerd maar dan graag met aandacht voor alle factoren. De persoonlijke verantwoordelijkheidsbenadering van voeding en fysieke activiteit laat vele belangrijke levenswaarden gerelateerd aan eetpatronen en sociaal gedrag buiten beschouwing. Als we alleen daarover praten, zien we andere oorzaken over het hoofd, met een grote onrechtvaardigheid tot gevolg. Zoals voormalig nobelprijswinnaar en econoom Amartya Sen het ooit heeft geformuleerd: "Wat vooral onrechtvaardig is, is het gebrek aan mogelijkheden van sommigen om een goede gezondheid te bereiken omwille van inadequate sociale voorzieningen.


De Morgen
10/12/2012


Mening:
Tot op heden betaalden vrouwen gemiddeld minder premie voor een overlijdensverzekering, omdat hun levensverwachting hoger ligt dan bij mannen. Nu willen de verzekeringsmaatschappijen dat onderscheid weg, maar kijken ze naar de gezonheidstoestand van de mensen. Hoe ongezonder je leeft, hoe meer premie je zal moeten betalen. Enerzijds kan ik begrijpen dat ongezonde mensen meer tot de risicogroep behoren. Anderzijds denk ik dat het moeilijk is om objectief te gaan beoordelen wie tot die groep behoort, m.a.w. hoe gaat men beoordelen of iemand gezond is of niet? Welke criteria gaat men gebruiken? Gaan de mensen een doktersattest moeten voorleggen? Blijft het beperkt tot een verklaring op erewoord? Of dient men zelf een vragenlijst in te vullen?

Wie is gezond en wie niet? Iemand kan door aanleg een hogere BMI hebben, maar daarom nog wel veel aan sport doen en trachten zo gezond mogelijk te leven. Terwijl iemand met een lage BMI ook heel ongezond kan leven.

De leeftijd en het geslacht van iemand zijn gemakkelijk te controleren; de gezondheid niet...
Met citaat antwoorden