"Plan Smet om studiekeuze uit te stellen is nutteloos"
De studiekeuze uitstellen tot 14 jaar, zoals minister van Onderwijs Pascal Smet (sp.a) wil, is nutteloos en hypothekeert de toekomst van jongeren. Dat zegt Dirk Van Damme, een van de toplui bij de OESO als het op onderwijs aankomt.
Vlaanderen focust te veel op kansengroepen, terwijl vooral de doorsnee- en topleerling het alsmaar minder doet. Een onderwijshervorming die daaraan voorbijgaat zou nefast kunnen zijn. Dat is de mening van Dirk Van Damme. Van Damme is niet de eerste de beste. Voor hij naar de OESO vertrok als hoofd van het Centrum voor Onderwijsonderzoek en -vernieuwing was hij onder meer afgevaardigd bestuurder van het gemeenschapsonderwijs en adjunct- kabinetschef bij toenmalig onderwijsminister Luc Van den Bossche (sp.a).
Hij wil de hervorming van het secundair onderwijs, die Smet plant, niet van tafel vegen - "met veel aspecten ben ik het eens, denk maar aan het afschaffen van BSO/TSO/ASO" - maar hij is "erg bezorgd".
Zeker in het licht van de cijfers die hij bij de OESO ziet passeren. Het probleem van ons onderwijs zit momenteel vooral bij de goed presterende leerlingen en niet zozeer bij de zwakkeren, zegt Van Damme. Uit een internationale leestest bleek dat in 2009 12,5 procent van de leerlingen het hoogste niveau behaalden. In 2000 was dat nog bijna 16 procent. "Ondertussen blijft de laagste groep nagenoeg stabiel, maar ook de middenmoot gaat erop achteruit", zegt hij. "Daar maak ik mij echt zorgen over. En dat is geen argument tegen gelijke kansen, maar wel tegen het invoeren van structuren die dienen om louter kansengroepen te stimuleren. Want vergis je niet: de zwakste groep doet het in Vlaanderen internationaal gezien nog altijd goed, in tegenstelling tot wat je vaak hoort."
Voor zover bekend wil Smet kinderen van alle niveaus zo veel mogelijk mixen om tot heterogene klassen te komen. "Het is een romantisch ideaal om iedereen samen te zetten, maar studies hebben aangetoond dat het in merendeel van de gevallen niet werkt", zegt Van Damme. "Idem voor het uitstellen van de studiekeuze van 12 naar 14. Dat is in Vlaanderen nutteloos."
"Wij hebben al een vrij grote gemeenschappelijke eerste graad", vervolgt Van Damme. "Geen enkel ander land maakt de beweging die wij nu willen maken. In plaats van een brede eerste graad is het zaak te zoeken naar een slimme manier om kinderen vroeg in de juiste richting te krijgen. Tegelijkertijd moet je ervoor zorgen dat kinderen wel nog van de ene richting naar de andere kunnen switchen."
Velen vrezen door de ingrepen ook dat het niveau zal dalen. "Als je iedereen tot op 14 jaar hetzelfde traject laat volgen, verkort je de tijd om tot een bepaald excellentieniveau te geraken", zegt Van Damme. "Wat je nu doet, lukt niet op vier jaar."
Wat we wel moeten doen is inzetten op goede leerkrachten en onze scholen confronteren met de realiteit. "Uit een analyse van de cijfers blijkt dat schoolkeuze in Vlaanderen erg bepalend is. Het verschillen tussen scholen is heel erg groot en er is in feite geen manier om hun kwaliteit te meten. Centrale examens zullen in Vlaanderen niet aanvaard worden, maar interne peilingtoetsen zijn al een stap in de goede richting."
Pascal Smet wil zelf niet uitgebreid reageren op de visie van Van Damme, die hij 'interessant en genuanceerd' noemt. Hij laat wel weten om met de opmerkingen rekening te houden.
bron: de morgen, 09/10/2012
Ik vrees inderdaad ook voor een daling van het niveau en van de kwaliteit. De focus wordt meer en meer op de zwakkere student gelegd. Natuurlijk moet deze begeleid woren. Maar gewone leerlingen of sterkere leerlingen moeten ook voldoende ondersteund worden, zodat bij hen het onderste uit de kan kan worden gehaald en hun talenten ten volste kunnen benut worden.
|