De economische crisis lijkt voorbij voor de rijkste Britten. In 2011 is het gezamenlijke vermogen van de 1.000 rijksten in Groot-Brittannië met 4,7 procent gegroeid tot een record van 414 miljard pond (508 miljard euro). Ondanks de zware besparingen in het land.
Roman Abramovitsj staat op nummer 3 in de lijst.
Dat blijkt uit de jaarlijkse "Rich list" van de Britse krant de Sunday Times. Het gezamenlijke vermogen van de 1.000 rijkste Britten heeft nu opnieuw het niveau bereikt van voor de financiële crisis. In de lijst staan 77 miljardairs, twee meer dan in 2008, het vorige recordjaar.
De rijkste Britten lijken de crisis dus intussen verteerd te hebben. Voor hun minder begoede landgenoten is dat minder het geval. Groot-Brittannië zit in een economische recessie en de regering van premier David Cameron legt harde besparingsmaatregelen op.
Bovenaan de lijst staan drie Britten met buitenlandse roots. De nummer 1 is staalmagnaat Lakshmi Mittal, goed voor 12,7 miljard pond (15,6 miljard euro). Nochtans daalde zijn vermogen vorig jaar met meer dan een kwart. De familie Mittal staat al sinds 2005 bovenaan de lijst van de Sunday Times.
Op twee staat zakenman Alisher Usmanov (15,1 miljard euro), de eigenaar van het Russische mediabedrijf Kommersant en een belangrijke aandeelhouder van de voetbalclub Arsenal.
Roman Abramovitsj, de eigenaar van een andere roemrijke Britse club, Chelsea, staat op drie met 11,6 miljard euro. Dat geld verdiende hij vooral in de Russische olie-industrie. De schrijfster van "Harry Potter", J.K. Rowling, staat op nummer 148, met bijna 700 miljoen euro.
VRT - Deredactie.be zo 29/04/2012 - 11:34
Bron
Na gisteren nog gepost te hebben over de recessie in het Verenigd Koninkrijk, vandaag dus het bericht dat de rijkste Britten alleen maar rijker worden. Of hoe geld, geld maakt. Een bericht dat waarschijnlijk aan de meeste mensen voorbij gaat, maar wel een stille getuige van hoe de crisis de onderste lagen van de bevolking hard treft en de "sterke schouders" die de economie zouden kunnen dragen, buiten schut blijken te staan.
Is het maatschappelijk wel verantwoord dat keiharde besparingen de gehele bevolking van een land treffen, maar een kleine groep blijkbaar boven die maatschappij staat?