Enkele post bekijken
  #1  
Oud 26th February 2011, 14:16
Hanne.Hofkens Hanne.Hofkens is offline
Registered User
 
Geregistreerd op: Sep 2009
Locatie: Weelde
Posts: 70
Topsportschool levert te weinig topprestaties

54 procent van alle Vlaamse topsporters die ooit de top 8 van Europa hebben bereikt, heeft aan een topsportschool gestudeerd. De impact van de scholen is nog te beperkt, blijkt uit nieuw onderzoek van de VUB.
Topsportscholen, ze bestaan 12 jaar en zijn er om zoveel mogelijk atleten af te leveren die topprestaties kunnen bereiken en als het even kan op de Olympische Spelen een medaille kunnen behalen. Maar de zes topsportscholen in Vlaanderen blijken niet doorslaggevend te zijn voor topprestaties, zo blijkt uit onderzoek van de Vrije Universiteit Brussel.

Sinds 2005 behaalden 35 topsporters ooit de top acht van Europa. 19 atleten (54 procent) kwamen van een topsportschool, de overige 16 hebben nooit aan een topsportschool gestudeerd. De verschillen worden enigszins belangrijker als we alleen kijken naar wie ooit de top drie op een wereldkampioenschap heeft behaald: 9 atleten volgden een parcours via de topsportschool, slechts 2 atleten deden het zonder de topsportschool.

'De cijfers zijn al hoger dan enkele jaren geleden, waar 33 procent van de topsporters naar de topsportschool ging. Dat toont aan dat de topsportscholen groeien. Toch mag hun impact niet worden overschat', zeggen onderzoekers Veerle De Bosscher en Stefanie De Croock.

Hoe komt dat?

'66 procent van de topsporters vindt dat de begeleiding op de topsportscholen volstaat om het hoogste niveau te bereiken. Wie aan de topsportschool studeert, heeft beduidend meer sportieve, medische en psychologische begeleiding. Dat zit dus goed.'

'We mogen best kritisch zijn over de kwaliteit van de topsportscholen. Zij kunnen zeker nog beter werken. Maar andere verklaringen zijn minstens even belangrijk', aldus De Bosscher.

Eén ervan is dat de topsporters gemiddeld slechts 2,8 jaar aan een topsportschool doorbrengen (2 jaar voor wielrennen tot 4,3 jaar voor tafeltennis), terwijl ze zich al zes jaar in hun sporttak aan het specialiseren zijn voor ze naar een topsportschool trekken.

'Voor de meeste sporttakken kan je pas vanaf de tweede of derde graad naar de topsportschool. Het niveau van de leerlingen die instromen, is vaak te laag. Het is dan al te laat om hen goed te trainen', aldus De Bosscher.

'Het antwoord is niet om de talentvolle jongeren vroeger naar de topsportschool te sturen. Dat zou niet goed zijn voor het welbevinden van de kinderen, omdat ze dan al op heel jonge leeftijd uit hun omgeving worden weggeplukt. Daarom is het cruciaal dat de kwaliteit van de sportclubs omhoog gaat, omdat zij met heel jonge kinderen werken.'

De Bosscher ziet vooral heil in lokale talentenclubs, naar het voorbeeld van Nederland. 'Het gaat om pilootclubs in een regio die meer subsidies krijgen als ze betere begeleiding geven. Zo worden de talenten ook sneller goed gecoacht. Dat is vooral goed voor sporten zoals zwemmen, tennis en gymnastiek, waar sporters al op jonge leeftijd de technische vaardigheden onder de knie moeten krijgen. De gymnastiekfederatie doet dit al goed, met succes overigens. Andere federaties doen het te weinig.'

Ook de relaties tussen de sportclubs en de topsportschool moeten nog beter. Meer dan één op de drie topsportatleten merkt dat de relatie tussen de topsportschooltrainers en hun persoonlijke trainer stroef loopt. 'Clubs zien hun leden niet graag vertrekken. Dat kan je hen niet eens verwijten.'

Paul Rowe, voorzitter van de Taksforce Topsport van Bloso, heeft de studie al bekeken. 'Topsportscholen kunnen nog op alle terreinen progressie boeken', zegt hij. 'Per sporttak proberen we voorbeelden aan te reiken, zoals Aagje Vanwalleghem in het turnen of Dirk Van Tichelt in het judo. Dat zal elk jaar groeien.'

'Eerst en vooral moeten we ervoor zorgen dat de beste talenten naar de topsportschool komen. Maar het gebrek aan studierichtingen is een probleem. Zo kunnen atleten aan de topsportscholen geen Latijn-Wiskunde volgen. Dat is een rem', aldus Rowe.

'De topsportschool kan ook een fantastisch traject uitstippelen, maar als de atleten daarna niet evengoed worden opgevangen, dan stromen ze uit.'

Bloso heeft aan de Vlaamse minister van Sport, Philippe Muyters (N-VA), adviezen gegeven om het topsportbeleid bij te sturen. In het voorjaar wordt verwacht dat hij beslissingen neemt.


Bron:
http://www.destandaard.be/artikel/d...ikelid=K336S2DI

Eigen mening:
De topsportscholen leveren te weinig topsporters af. Is dit niet normaal? De school bestaat nog maar 12 jaar. Wanneer men start met de school is alles nog nieuw, alles verloopt nog zeer afwachtend. Wat zullen de resultaten zijn? Wat kan er verbeterd worden. Eens ze deze periode voorbij zijn, waren ze waarschijnlijk al een vijftal jaar verder. Een analyse over een school maak je immers niet over 1 jaar! Nu is men bezig met het verbeteren van de topsportscholen. De studenten, leerkrachten en trainers aan de topsportscholen zullen hun uiterste best doen om op de atleet op een zo hoog mogelijk niveau te brengen maar er moet natuurlijk rekening gehouden worden met een aantal factoren:
- Beschikken we over de juiste infrastructuur?
- Worden alle atleten even goed begeleid?
- Is het onderwijs in de scholen optimaal?
Concurreren met landen zoals Rusland, China, .. zal steeds moeilijk blijven!
Ook stel ik mij de vraag bij het feit dat atleten pas naar een topsportschool mogen wanneer ze in de tweede of derde graad zitten. Ik begrijp het argument dat ze anders te snel uit hun omgeving worden weggerukt volledig maar daarna stelt men voor om de atleten voordat ze naar de topsportschool komen, beter te begeleiden. Mijn opmerking is dan: worden ze dan ook al niet deels uit hun omgeving weggerukt? Ze zullen natuurlijk altijd nog in hun omgeving kunnen verblijven maar een betere begeleiding brengt ook een aantal zaken met zich mee. Ze moeten meer trainen, minder tijd voor vriendjes en familie, school is een logisch gevolg. Worden ze dan niet weggerukt uit hun omgeving? Doordat ze een betere begeleiding krijgen zal de druk om te moeten winnen er veel sneller komen. Kunnen jonge atleten met deze druk om? Leert men aan de kinderen hoe om te gaan met (wedstrijd)druk?
Is het combineren van school en topsport mogelijk?
In het artikel staat dat Latijn - wiskunde niet wordt aangeboden in de scholen. Wat is hier de reden voor? Welke richtingen worden dan wel aangeboden in de topsportscholen? Vinden de toekomstige atleten dan wel een richting die aansluit bij hun interesses want een diploma behalen is ook een belangrijk element in hun leven. Niemand kan de atleten verzekeren dat ze voor de rest van hun leven, of toch een deel ervan, aan topsport zullen kunnen blijven doen. Wat als ze niets aan hun sport kunnen verdienen of dat hun inkomen door middel van sport plotseling wegvalt wegens blessure, te oud, schorsing, ... Op welk inkomen kunnen de atleten dan terugvallen?
Met citaat antwoorden