'Sociale revolutie op internet'
Voor het eerst brachten laagopgeleide Nederlanders dit jaar meer tijd door op internet dan hoogopgeleiden. Dat blijkt uit een onderzoek naar internetgebruik in 2010 van de Universiteit Twente, dat vandaag wordt gepresenteerd. De onderzoekers spreken van een sociale revolutie op het wereldwijde web.
Nederlanders met een lagere opleiding besteden per dag gemiddeld drie uur en vier minuten aan internet. Dat is bijna een halfuur langer dan hoogopgeleiden, zo blijkt uit het onderzoek.
Verder concluderen de onderzoekers dat vooral laagopgeleiden gebruikmaken van tijdrovende internettoepassingen als chatten, online gamen en het bekijken van filmpjes op YouTube. Nederlanders met een hbo- of universitaire opleiding zetten internet primair in als informatiebron.
Het verschil in internetgebruik tussen mannen en vrouwen is anno 2010 nagenoeg verdwenen. De onderzoekers schrijven dat toe aan de invloed van sociale media als Hyves, Facebook en Twitter. Gemiddeld besteden mannen dagelijks drie uur en achttien minuten op internet. Voor vrouwen geldt twee uur en 54 minuten als gemiddelde.
Het wereldwijde web wordt nog steeds vooral gebruikt als informatiemedium, maar (sociale) communicatie, ontspanning en entertainment en het doen van transacties zijn bezig aan een opmars. Bovenaan de top tien van meest gebruikte internettoepassingen staat e-mail (96 procent), gevolgd door zoeken (93 procent) en internet bankieren (76 procent). Nieuwsdiensten worden door 62 procent van de internetgebruikers online geraadpleegd, 61 procent gebruikt het web vooral voor 'vrij surfen'. Kranten en omroepen raadplegen, doet 56 procent, social networking 43 procent en 30 procent gebruikt internet voor kopen en verkopen via Marktplaats. De top tien wordt afgesloten met producten zoeken (29 procent) en online gamen (26 procent).
Inmiddels hebben bijna alle Nederlanders (93 procent) thuis toegang tot internet. Daarmee gaat Nederland, samen met IJsland, aan kop in Europa. Ongeveer 44 procent van de 65-plussers maakt geen gebruik van internet.
De gevaren op internet worden volgens het onderzoek onderschat, waardoor Nederlanders erg onvoorzichtig zijn op het net. Bij jongeren ligt dat vaak aan naïviteit, bij ouderen is het veelal onkunde.
Bron:
www.eos.be
bespreking:
Dit bewijst dat internet toegankelijker aan het worden is voor de hele samenleving. Langs de andere kant is het volgens mij juist deze groep van de bevolking die niet weet wat de gevaren van het internet zijn. Naast de positieve ontwikkeling zijn er toch enkele negatieve gevolgen. MIsschien zou het
goed zijn dat er gratis infosessies komen vanuit de overheid waar de gevaren van het internet toegelicht worden. Zo blijft internet een medium dat voor iedereen zowel toegankelijk als veilig is.