Gaza ontwaakt in stof en puin
Gaza ontwaakt in stof en puin
Gaza ligt grotendeels in puin, de wederopbouw gaat miljarden kosten. De woede van de Palestijnen lijkt zich te richten op Israël, niet op Hamas.
De dag in Gaza begint opnieuw met geknal. Doffe artillerie-explosies galmen over de Middellandse zee. De buitenlanders, vooral hulpverleners en journalisten, raken in lichte paniek. De Palestijnen blijven kalm.
De schoten zijn geen schending van het bestand dat enkele dagen geleden werd afgekondigd, maar moeten de vissers uit Gaza afschrikken, zodat ze uit de buurt blijven van de Israëlische fregatten. Er vallen maar twee gewonden. Niets om je druk over te maken, gebaart een Palestijn die vanaf het strand toekijkt.
Als de stad ontwaakt uit een sinds weken ongekende rust, valt op hoe de mensen de draad van hun vooroorlogse leven weer oppakken. Uit de gebombardeerde gebouwen worden bruikbare spullen gered. Het puin wordt op een hoop geveegd. De winkels openen de luiken weer, met of zonder ramen. En anders begint men een stalletje op straat.
„Tijdens de oorlog was het een dodenstad; niemand waagde zich op straat”, vertelt Rami, een jonge Gazaan die dan wel rookt en een vriendinnetje heeft, maar achter Hamas staat. „We zijn wel wat gewend. Israël krijgt ons niet klein.”
Veel Palestijnen zijn trots en voorzichtig optimistisch, al staat hun een enorme klus te wachten. De Verenigde Naties voorspellen dat de wederopbouw miljarden gaat kosten. Een VN-delegatie aanschouwt de resten van de Amerikaanse Internationale Universiteit. Het ruikt er naar houtskool. Robert Serry, VN-coördinator voor het vredesproces in het Midden-Oosten, snapt niet waarom de universiteit het doelwit was voor Israël. „Dit is een van de weinige plekken in Gaza waar kinderen goed worden opgeleid”, vertelt de Nederlander. „Met één klap zijn alle ambities van de studenten weggevaagd.”
Overheidsgebouwen, politiestations, elektriciteitscentrales en moskeën zijn nu hopen beton, staal en stof. Vele woningen ook. Het huis en de bakkerij van de familie Al-Amassi is een skelet van geblakerd beton. Vier broers zitten voor de uitgebrande pui, met een tiental van hun kinderen. Tijdens de bombardementen vluchtte de familie. Eenmaal terug bleek dat Israëlische soldaten zich hadden verschanst in hun huis. Ze lieten afval en graffiti in het Hebreeuws achter. Zakken suiker van de bakkerij deden dienst als zandzakken; de veranda als wc. De broers zijn boos, maar niet op Hamas. „Het was onmogelijk met Kalasjnikovs weerstand te bieden tegen F-16’s.’
Ruim 18.000 Palestijnen zitten in opvangcentra. In basisschool ’Nieuw Gaza’ zitten nog 200 mensen, van de 650 die oorspronkelijk naar de school zijn gekomen om te schuilen. Zestig mensen per klaslokaal, één wc voor iedereen. De zussen Soehaila en Khitan Aboe Lahia zijn wanhopig. „We kunnen niet terug”, vertelt Khitan (20), omringd door haar vier kinderen. „Ons huis is weg. In het dorp is geen elektriciteit en geen water.” Maar morgen moeten ze weg, omdat de school weer begint. „We belanden op straat. Niemand kan ons helpen. God sta ons bij.”
© Trouw 2009, 23-01-2009
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
|