Enkele post bekijken
  #1  
Oud 16th January 2009, 18:16
Barst's Avatar
Barst Barst is offline
Administrator
 
Geregistreerd op: Jun 2004
Locatie: L'burg
Posts: 16,562
Question Snelheidsbeperking van 30km/u een farce?

Is de wet dan dwaas?


> Slechts 4 procent houdt zich aan zone 30 > Voetgangers zijn kansloos tegen snelle wagens > Flitsen en beboeten blijven nodig.



'Het is gewoon moeilijk. 30 km/u is een snelheid die ergens tussen mijn tweede en derde versnelling ligt. Omdat milieuverenigingen zeggen dat we best zo vlug mogelijk naar een hogere versnelling schakelen, rij ik in derde en dan is 30 km/u gewoon heel moeilijk.'

Het is een redenering als een andere en de collega die zo eerlijk zijn rijgedrag opbiechtte, is alvast niet alleen. We rijden met z'n allen te snel in de zone 30.

Metingen van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) uit 2007 leren het: slechts 4 procent van de automobilisten houdt zich aan de beperking. Vier procent; dat is haast niemand.

Een regelrechte ramp is het misschien niet. 82 procent, de overgrote meerderheid van de overtreders, rijdt tussen de 30 en 40 km/u. Bijgaande grafiek leert dat de zone 30 zelfs de best nageleefde beperking is, als we een tolerantiegrens inbouwen van 10 km/u te snel. Het percentage dat veel te snel rijdt in een zone 30 ligt lager dan in welke zone ook.

Tot daar het goede nieuws. Want het blijft een feit dat 96 procent eigenlijk een overtreding begaat. En dat 14 procent werkelijk veel te snel rijdt. Dat er bovendien echte snelheidsduivels bij zijn, leert de gemiddelde snelheid. Die bedraagt liefst 51,9 km/u in een zone 30.

Bijgaande grafiek leert nog iets: ook op wegen waar beperkingen gelden tot 50, 70 of 90 km/u rijden we vaak te snel. Maar hoe hoger de toegelaten snelheid ligt, hoe meer we er ons aan houden. De best gerespecteerde snelheidsbeperking is dus die van 90 km/u, weet het BIVV.

Terug naar die 30 km/u. De snelheidsbeperking ligt al onder vuur sinds de inrichting van de allereerste zone 30. 'Een slakkengangetje!' 'Overdreven!' 'Belachelijk!' 'Niet afdwingbaar!' Maar de zones zijn gebleven en er zijn er nog een hele rist bijgekomen. Elke week staat ergens op de regionale pagina's van deze krant een bericht over een nieuwe zone 30. Niet enkel in de schoolomgeving trouwens - waar het eigenlijk al geregeld moet zijn - maar hele stadscentra worden zone 30. In Brugge, Kortrijk, Gent, Diest, Hasselt bijvoorbeeld.

Terecht. Bovendien is het in het centrum van pakweg Brugge haast onmogelijk sneller te rijden, doordat de straten smal zijn, kronkelen, door de vele fietsers en voetgangers en - we zijn in Brugge - door de koetsen.

Maar net zo goed kennen u en ik voorbeelden van straten waar de verkeersinfrastructuur neergepoot is om snel verkeer mogelijk te maken. Of plaatsen waar u en ik niet helemaal overtuigd zijn van het nut van een sterke beperking tot 30 km/u.

Dus hoe zit dat met die metingen van het BIVV? Heeft men de snelheid gemeten op een recht stuk weg, op momenten dat er toch geen verkeer was?

'Deels,' zegt Werner De Dobbeleer. 'De metingen vonden plaats op rechte, doorlopende weggedeeltes waar het verkeer weinig hinder ondervindt. Het zijn wegen zonder speciale verkeersremmers of andere infrastructuuraanpassingen.' Maar de metingen gebeurden niet op, wat we maar onlogische plaatsen zullen noemen. 'Ze vonden plaats in de omgeving van scholen. En zelfs als we enkel kijken naar de metingen bij het begin en het einde van de schooluren, bedroeg de gemiddelde snelheid er nog altijd 47 km/u.'

Er is iets met verplichtingen die niet of nauwelijks worden nageleefd. Ofwel is de verplichting dwaas, ofwel wordt de verplichting onvoldoende afgedwongen.

Laat ons zeggen dat de verplichting dwaas is. Misschien staan er inderdaad snelheidsbeperkingen tot 30 km/u opgesteld op plaatsen waar geen goed argument voor te bedenken valt. Maar in schoolomgevingen? Niemand mag eraan twijfelen dat traag rijden in de omgeving van de school op tijdstippen dat de schoolgaande jeugd op straat is, belangrijk is.

En als u er toch aan twijfelt, leest u best voort. Als een voetganger wordt aangereden door een voertuig dat 30 km/u rijdt, dan heeft de voetganger 95 procent kans om het ongeval te overleven. Gebeurt het ongeval met een snelheid van 50 km/u, dan is de overlevingskans slechts 55 procent. Met 65 km/u dalen de kansen om in leven te blijven tot 15 procent. Daarna is haast elk ongeval dodelijk.

Nog een simpel voorbeeld: met 30 km/u kan een opmerkzame bestuurder nog net stoppen voor een kind dat 13 meter verder plots de straat oploopt. Met 40 km/u heeft hij 19 meter nodig om te stoppen en bedraagt zijn snelheid op het moment dat hij het kind aanrijdt, nog 36 km/u.

Twee conclusies dringen zich op.

Eén: alleen een bord zetten dat voortaan een snelheidsbeperking geldt, is niet goed genoeg. Als het de wetgever menens is, moet hij ook de verkeersinfrastructuur aanpassen. De weg moet als het ware 30 km/u afdwingen. (En dat is, laat ons eerlijk zijn, ook niet altijd fijn. Een snelheidsbeperking kan bijvoorbeeld enkel geldig zijn op schooldagen, een aangepaste wegeninfrastructuur ligt er ook in het weekend en tijdens de vakantie.)

Twee: controleren en beboeten is en blijft de boodschap. Ook al levert dat aanvankelijk veel boetes op en dus veel extra werk. Hopen dat we vanzelf wat trager gaan rijden, is ijdele hoop.

Bart Dobbelaere is adjunct-hoofdredacteur.


DS, 16-01-2009
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
Met citaat antwoorden