Ondanks alles en juist daarom
Ondanks alles en juist daarom
Leo Bormans is verbaasd over de scherpe reacties na het artikel 'De school als muilezel van de samenleving' (DS 29 april). 'Lesgeven, de corebusiness van het onderwijs? Daar ben ik het niet mee eens.'
We praten voor TV.Klasse met een meisje van 21. Ze is nog altijd in behandeling. 'Ik heb toen ik vijftien was dikwijls zelfmoord willen plegen', zegt ze. 'Gelukkig was er op het juiste moment die éne leraar die gezien had dat ik mezelf aan het krassen was. Hij heeft me gered en doorverwezen. Zelf zou ik nooit naar een leraar zijn gestapt. Meer moet dat vaak niet zijn: de juiste aandacht op het juiste moment.'
Brecht (9) is ernstig depressief. Zijn moeder vertelt ons hoe moeilijk het is die diagnose te aanvaarden, maar het moeilijkst zijn de reacties van de omgeving: 'Je moet je niet zo aanstellen!'
Ze zitten op school: meer dan driehonderdduizend jongeren die kampen met psychische problemen. Eén op de vier Belgen heeft zo'n probleem. De helft daarvan worstelt met een ernstige psychische ziekte. We staan aan de wereldtop inzake zelfmoorden. Bovendien is de schaamte groot: maar één op de drie volwassenen-in-nood zoekt hulp. Jongeren geven vaak signalen op school: aan hun vrienden of leraren. Soms merkt niemand dat op. Klasse brengt nu een stappenplan uit om daar als leraar, begeleider, ouder of vriend gepast op te kunnen reageren. De meeste leraren zijn daar blij mee. Ze gebruiken de dossiers uit de reeks De Eerste Lijn als onderbouw voor een preventieve aanpak van probleemgedrag. En dat is inderdaad nogal wat: pesten, faalangst, drugs, agressie, spijbelen, depressie, noem maar op.
Bovendien legt Klasse het werk en de verantwoordelijkheid voor al die problemen niet op de schouders van de leraren en de school. Via de tijdschriften en websites voor ouders, tieners en jongeren worden ook zij geresponsabiliseerd. Zo maken we samen school.
Meteen pakt de krant uit met de stelling dat scholen en leraren overvraagd worden: 'Ze zijn er niet voor opgeleid en ze kunnen toch niet alle problemen van de samenleving oplossen.' Gelijk heeft de krant: de school kan de muilezel van de samenleving niet zijn. Op het forum volgen vele tientallen reacties. Ik zou ze niet door de betrokken jongeren durven laten lezen. Uit respect. Ze zingen variaties op bekende thema's: vroeger was het beter, meer orde en tucht en de zaken zullen rap opgelost zijn, ouders besteden ofwel geen aandacht aan hun kinderen ofwel verwennen ze hen rot, leraren moeten les geven en daarmee uit. De vakbonden stellen dat lesgeven de corebusiness is van onderwijs: voor de rest zijn er veel te weinig mensen en middelen.
Eén lezer vat het zo samen: 'Heeft iemand al eens de omgekeerde redenering gemaakt? Het percentage kinderen dat problemen heeft met agressie, drugs, corpulentie, mishandeling, gebrek aan opvoeding… is uiteindelijk maar zeer klein. Laten we zeggen twee op een klas van twintig. Als er een lesuur per dag besteed wordt aan 'begeleiding' wil dat zeggen dat die andere achttien leerlingen elke dag een uur verspillen. Op een schoolcarrière van twaalf jaar komt dat op 2.400 uur. In die tijd kunnen mijn kinderen (die horen bij die 18) twee vreemde talen vloeiend leren spreken. Toen ik dat besefte heb ik mijn kinderen van school gehaald. En nu leren ze die vreemde talen lekker thuis.'
Ik vraag me af: waarover gaan deze kinderen later in al die talen spreken? En met wie? Hebben zij geleerd om te gaan met verschillen? Met weerstand, pijn en verdriet? Met leeftijdsgenoten die het moeilijk hebben? Denkt deze vader nu echt dat leraren 'een uur per dag aan begeleiding doen' en voor de rest op een schoolbord staan te krassen? Weet hij niet dat je zoiets niet in een vakje van een uur verstopt, maar dat het je hele wezen als leraar-opvoeder doordringt? Wat geeft hem de ontegensprekelijke zekerheid dat zijn kinderen (en hijzelf) nooit een vorm van blijkbaar gehate 'begeleiding' zullen nodig hebben nu ze 'lekker thuis' zitten?
Of we dat nu betreuren of niet: de school (en de vrije tijd die kinderen daar doorbrengen) is het sociaal oefenterrein geworden dat vroeger werd ingevuld door het grote gezin of het spel op straat. Kinderen leren er sociale en emotionele vaardigheden. Een school kan de ouders niet vervangen, maar helpt wel bouwen aan een sociaal netwerk waar vertrouwensrelaties mogelijk zijn. In elke klas zitten twee kinderen waarvan ouders zelf psychisch in de knoei zitten. Hoe warm is hun nest, hoe zeker hun plek, hoe belangrijk nog hun huiswerk? Als de school geen anker biedt, waar zullen ze dat dan vinden? Bij Nickelodeon of JimTV? Uiteraard zijn leraren geen psychologen en is efficiënt doorverwijzen de belangrijkste pijler van het stappenplan, naast zorgen voor een aangenaam klimaat, vorming geven, signalen herkennen en aangepast begeleiden. Elk jaar krijgen zo'n 15.000 leerlingen een behandeling in een Centrum voor Geestelijke Gezondheid. De wachttijd tussen het eerste intakegesprek en de start van een behandeling bedraagt vaak meer dan een half jaar. Ondertussen zitten ze op school. Waar moeten ze anders naartoe? Zullen we ze in een kelder steken? En hebben ze dan op school geen recht op leraren waarbij ze een mens mogen zijn, problemen incluis?
Er zijn 'warme' en 'koude' scholen. Dat voel je meteen als je er een voet binnen zet. Dat heeft meestal niets te maken met mooiere gebouwen, meer personeel of meer geld. Verdienen scholen dan geen mooiere gebouwen, meer personeel en meer geld? Natuurlijk wel. Gelukkig zijn er de jongste jaren ook enkele duizenden leraren bijgekomen in ons onderwijs: zorgcoördinatoren, begeleiders, vertrouwenspersonen. Elke investering in onderwijs rendeert later dubbel en dik voor de samenleving. Bij Klasse onderwerpen we alle artikels en initiatieven aan 'de sterktetoets': hoe sterk zijn ze voor de zwaksten in de samenleving? Veel scholen doen dat ook. Ze bouwen een beleid uit dat goed is voor de sterken en sterk voor de zwakken, dat richting en ruimte geeft, structuur en vrijheid. Er zijn ook scholen waarover leraren ons schrijven dat 'de sfeer er totaal verziekt is, waar competitie de norm is en waar collega's elkaar nog liever de grond inboren dan ondersteunen'. In de lerarenkamer heeft trouwens veertig procent van het aantal ziektedagen een psychosociale oorzaak.
Er zijn veel jongeren die ontsporen. Maar dankzij de dagelijkse preventieve werking van tienduizenden leraren ontsporen er heel veel jongeren ook niet. Leraren kunnen niet alle problemen van onze complexe samenleving oplossen, maar ze kunnen wel hun sociale verantwoordelijkheid nemen. En dat doen ze ook. Ondanks alles en juist daarom. Als leraar, als opvoeder en als mens. Hoe kun je louter wiskunde geven aan een leerling die aan zelfmoord zit te denken? Wat zal hij daarvan meedragen? Gelukkig heb ik mijn leven lang vooral les gekregen van warme leraren voor wie de corebusiness niet in de leerstof zat. Die leerstof is belangrijk, maar ik ben ze al lang vergeten. Maar wat ze me als mens en tussen de regels geleerd hebben, gebruik ik nog elke dag: aanmoediging, positieve bekrachtiging, zelfwaarde, solidariteit, verantwoordelijkheidszin, respect, vriendschap, samenwerking, doorzettingsvermogen, humor en hoop. Dankzij dergelijke leraren hebben wij het beste onderwijs van heel de wereld en staan de meeste jongeren niet in de kou. Ook als wat ze voelen soms te gek is voor woorden.
Leo Bormans is hoofdredacteur van Klasse
DS, 02-05-2008
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
|