Om het aantal gevallen van borstkanker terug te dringen moeten beleidsmakers ervoor zorgen dat er minder schadelijke chemicaliën zitten in tal van producten waar we dagelijks mee te maken hebben, zoals cosmetica, plastic en pesticiden.
Met die aanbeveling, ondersteund door een uitgebreide studie, zijn wetenschappers en gezondheidsorganisaties gisteren naar het Europees Parlement gestapt.

Een op de tien vrouwen in Europa krijgt borstkanker en dat aantal gaat in stijgende lijn. Dat geldt zeker voor ons land, dat in de afgelopen jaren is opgerukt naar een eenzame toppositie (zie grafiek).
Omdat borstkanker zo veel oorzaken heeft - een eerste bevalling op latere leeftijd, ongezond leven (ongezond eten, weinig bewegen, veel alcohol drinken, zwaarlijvigheid...), erfelijkheid (in 20 procent van de gevallen), hormoontherapie na de menopauze... - is dat niet makkelijk te verklaren.

Feit is dat ook chemicaliën die het effect nabootsen van vrouwelijke hormonen, de zogenaamde kunstmatige oestrogenen, het risico verhogen. Alle studies daarover zijn samengenomen in het nieuwe onderzoek dat gisteren verschillende gezondheidsorganisaties hebben gepresenteerd.

”Deze chemicaliën kunnen letterlijk overal om ons heen zitten”, zegt Elizabeth Salter Green van de Britse organisatie CHEM Trust. ”In deodorants, tandpasta, gezichtscrèmes, voedingswaren, medicijnen, alle mogelijke verpakkingen, maar net zo goed in het douchegordijn, de pvc-keukenvloer, lijm, detergenten, pesticiden... Er zijn steeds meer bewijzen voor de kwalijke effecten hiervan.”

Bron: GvA 3/04/2008