Doping: ’schone’ Fransen en verdorven buitenlanders
’Schone’ Fransen en verdorven buitenlanders
Het is aandoenlijk en tevens verbazingwekkend hoe ’we’, in onze sportwereld met ’doping’ omgaan. Mij werd verleden week, tijdens een radio-interview gevraagd of ik mijn hand in het vuur zou steken voor Nederlandse sportlieden. Ik zei dat ik dat niet deed en werd vrijwel meteen voor ’fout’ uitgemaakt.
Berichtgeving over dopinggebruik heeft, zo vond ik deze week uit, een behoorlijk nationalistisch bijsmaakje. Iets van ’wij niet, de anderen wel’. Neem Frankrijk, waar de meeste Franse ploegleiders in het wielrennen om het hardst schreeuwen over cyclisme en deux vitesses, het fietsen met twee snelheden. In hun optiek is er de verdorven groep van buitenlanders en daar tegenover staan al die ’schone’ Fransen die de Tour dus op water en brood rijden.
Het Franse wielrennen is jarenlang de bakermat geweest van le pot Belge, een gevaarlijk middel dat gemeengoed was in het Franse fietsen. Feit nu is dat er beter gecontroleerd wordt en dat de Fransen bang zijn geworden. Na Willy Voet en 1998 staan de geweren geladen in de richting van de Franse wielersport. Vandaar dat andere Franse sporten er steeds genadig afkwamen. Tot deze week dus, niet geheel toevallig de stille tijd na de Tour.
Dat de Franse atletiek al problemen had, was bekend maar klokkenluidster Hind Dekiba (1500 meter kampioene) maakte duidelijk dat de gehele top van de Franse atletiek aan ’het spul’ zit. Ze deed haar verhaal na zelf gepakt te zijn. Eerst met een schrikbarende hoeveelheid pillen (groeihormonen en epo) op het vliegveld van Parijs, daarna bij een controle op epo. Ze hoopt op strafvermindering en heeft haar boeken geopend: de Franse atletiekwereld trilt op haar grondvesten.
Daaroverheen kwam het bericht van de arts van eredivisievoetbalploeg Lille, dr. Orhant, dat hij het bewijs heeft dat er in het Franse voetbal vrolijk gebruikt wordt (vooral door spelers die enige tijd in het buitenland hebben gespeeld), een bewering die aan de andere kant van de Pyreneeën, door de arts van Real Madrid, dr. Del Coral, bijna in gelijke bewoording werd overgenomen, maar dan tellend voor de Spaanse competitie.
Deze week liet een Vlaams minister weten dat het percentage gepakten in België weer verhoogd was. Ruim zes procent van op doping gecontroleerde wielrenners in België, loopt tegen de lamp. Dat is een flinke stijging ten opzichte van de afgelopen jaren. De schrik zit er dus nog niet al te veel in, zou je zeggen.
Op moment van tikken komt er een bericht van weer een gesneuvelde renner. Tijdritkampioen Luca Ascani is gepakt op het gebruik van epo. Tijdens het kampioenschap nog wel. Dan moet je werkelijk durf bezitten. Of oerstom zijn. En die lieden vinden we overal. Ook bij ons, hoewel ik moet zeggen dat het angstig stil is op dat front in Nederland.
Controleren wij niet goed genoeg? Of zijn wij een schoon sportvolkje? Huiskamervraag: wie was de laatste Nederlandse topsporter die gepakt werd? Antwoord: wielrenner Erik Dekker. Te hoge hematocrietwaarde bij het WK van Verona. Maar natuurlijk had hij niets gedaan. Het betrof hier immers een te strak zittend bandje om de arm bij de controle. Hoe konden we dat toch vergeten zijn!
Trouw, 04-08-2007 (Mart Smeets)
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
|