Nederland toont hoe je de stikstofcrisis (niet) oplost
Nederland toont hoe je de stikstofcrisis (niet) oplost
Zelfs wanneer Vlaanderen een akkoord sluit over stikstof, is de crisis niet plots weggetoverd. Het Nederlandse voorbeeld leert wat de valkuilen zijn. ‘Pak stikstof nu hard aan, dan is er daarna ademruimte.’
Vooraf: Het ene stikstof is het andere niet
Politici (en ja, ook de media) hebben het altijd over de problemen die ‘stikstof’ veroorzaakt. Maar stikstof, of toch wat chemici ‘stikstof’ noemen, is het probleem niet. Stikstofgas (met de chemische formule N2) is het hoofdbestanddeel van de lucht en berokkent geen schade aan de mens of natuur.
De hoofdrolspelers van de stikstofcrisis zijn verbindingen die stikstof bevatten: ammoniak (NH3), stikstofmonoxide (NO) en stikstofdioxide (NO2). Die laatste twee worden vaak samengevat als ‘stikstofoxides’ (NOx).
Ammoniak (dat vooral wordt uitgestoten door de landbouw) en stikstofoxides (die ontstaan bij de verbrandingsprocessen, onder meer in motoren) zijn agressieve stoffen. In de bodem, de lucht en het lichaam zetten ze allerlei processen in gang en richten ze schade aan. De schade verschilt naargelang van de stikstofverbinding.
Nederland
Nederland gaat ons vooraf in heel wat dingen, ook in de aanpak van de stikstofuitstoot in het milieu. De bom barstte er al in 2019, toen de Raad van State het stikstofplan van de overheid (het PAS) naar de prullenbak verwees. Daardoor waren vergunningen in de buurt van natuurgebieden plots onmogelijk, wat grote hinder veroorzaakte in de bouwsector. Een voorstel om de veestapel prompt te halveren, bracht een golf van verstorende boerenprotesten op gang.
In 2021 kwam er een stikstofwet die de stikstofneerslag (depositie) op natuurgebieden flink moest verlagen, waardoor nieuwe vergunningen voor industrie en landbouw mogelijk zouden worden. Iets soortgelijks probeert de Vlaamse regering nu voor elkaar te krijgen in de heronderhandelingen van het krokusakkoord van vorig jaar.
Maar er is een maar. Onze noorderburen beginnen stilaan te beseffen dat die stikstofwet van 2021 nu al ontoereikend lijkt. ‘Nieuwe ambtelijke berekeningen zijn dreun voor kabinet in stikstofcrisis’, kopte NRC vorige week. Uit die berekeningen bleek dat er bij de toepassing van de stikstofwet nauwelijks of geen nieuwe vergunningen mogelijk zijn. Nog straffer: zelfs als alle veehouderij Nederland zou verlaten, zouden er nauwelijks of geen nieuwe vergunningen mogelijk zijn.
‘Dat verbaast me niets’, zegt Wieger Wamelink, ecoloog aan de universiteit van Wageningen. Hij wijst erop dat de stikstofwet al wordt versoepeld, onder druk van het grootschalige boerenprotest. ‘We wisten dat de depositie van stikstof op natuurgebieden naar beneden moest met minstens 50 procent. Met de huidige maatregelen haal je dat niet. Dan zal er altijd een rechter zijn die zegt: er is nog niet genoeg ruimte in het stikstofbad voor bijkomende uitstoot.’
Het Nederlandse voorbeeld leert dat de stikstofcrisis niet plots zal worden weggetoverd van zodra de Vlaamse regering een akkoord sluit. Enkele waarschuwingen uit het noorden.
1. Voorkom juridische twijfel
‘Een robuust akkoord’, dat is wat alle Vlaamse regeringspartijen zeggen te willen. Daarmee bedoelen ze: een dat juridisch standhoudt. Ze zijn ervoor beducht dat er altijd wel ergens een natuurvereniging zal zijn die een vergunning kan aanvechten en daarvoor gehoor vindt bij een rechter, als de inspanningen niet volstaan om het stikstofbad te doen leeglopen.
‘Hak knopen door’, zegt Lukas van der Storm van het Nederlandse dagblad Trouw, die gespecialiseerd is in de materie. ‘Dat is ons vier jaar lang niet gelukt en daardoor verergert het probleem alleen maar. De lijst van projecten die wachten op vergunningen blijft groeien en de hakken gaan steeds dieper in het zand. Pak stikstof nu hard aan, dan is er daarna ademruimte. Ik hoop dat jullie het niet zo hard laten escaleren.’
2. Pak de piekbelasters nu aan
Al vier jaar wacht Nederland op de lijst met piekbelasters: zo’n 3.000 bedrijven die verplicht zijn om de uitstoot fors te verlagen of zelfs te stoppen, door zich te laten uitkopen. Dat is de fameuze rode lijst bij ons. De kans bestaat dat een Vlaams akkoord ook nog geen concrete bedrijven zal noemen. Het risico daarvan is dat er daardoor geen nieuwe vergunningen kunnen worden uitgereikt, en een aantal bedrijven in grote onzekerheid blijft.
3. Vergeet het stikstofdeken niet
Zowel Nederland als Vlaanderen focust op de effectieve depositie van stikstof op natuurgebieden. Daardoor worden vooral de boeren geviseerd, aangezien de stikstof uit landbouw directer neerslaat op de omgeving (en landbouw vaak gebeurt in de omgeving van natuurgebieden). Maar veruit de grootste uitstoter in Nederland is het staalbedrijf Tata Steel, gevolgd door de luchthaven van Schiphol.
De stikstof uit industrie vervliegt sneller en valt pas verder neer, waardoor de impact op natuurgebieden minder makkelijk is toe te wijzen. Maar alle stikstof samen vormt wel een ‘stikstofdeken’. Die heeft niet alleen een negatieve impact op de natuur, maar ook op de lucht die wij inademen. En stikstof vliegt ook de grens over: zowel België als Nederland is netto-exporteur van stikstof.
4. Ontwikkel een visie op landbouw en natuur
Stikstof is slechts een van de vele problemen in natuurgebieden. Er is ook het beheer ervan, de waterkwaliteit en het waterpeil. ‘Als je alleen naar stikstof kijkt, dan pak je niet per se de juiste bedrijven aan’, zegt Van der Storm. ‘In Nederland riskeer je dan melkveebedrijven te treffen die dichter bij de natuur zitten, en laat je grote stallen met varkens en kippen ongemoeid, terwijl die zogenaamde “emissiearme” stallen veel minder efficiënt blijken dan wat ze beloven in tests. Als je louter naar stikstofdepositie op een nabijgelegen natuurgebied kijkt, komt zo’n potdichte varkensstal beter uit de bus dan een open wei met koeien. Dan ga je het stikstofprobleem in één natuurgebiedje misschien een tikje oplossen, maar niet het hele probleem.’
In Nederland is de vraag prangend geworden: wat voor landbouw willen we nog in dit land? Dit voorjaar zou de Nederlandse overheid daarom komen met een Landbouwplan. Zover is Vlaanderen nog niet.
5. Stikstof levert politieke winst op
Politici die het opnemen voor de boeren, doen goede zaken. In Nederland is er zelfs een partij voor opgericht, de BoerBurgerbeweging (BBB). Een van haar belangrijkste strijdpunten is maken dat de Nederlandse boeren overleven. Daarbij hoort een ‘praktisch uitvoerbaar mestbeleid’. Bij de parlementsverkiezingen van 2021 haalde de partij één zetel. Maar sindsdien heeft de BBB vleugels gekregen.
Volgende maand zijn er Provinciale Statenverkiezingen en volgens de peilingen wordt de partij dé grote winnaar. Vooral de Nederlandse christendemocraten van het CDA, die traditioneel de boeren vertegenwoordigden, zitten in de verdomhoek.
De BBB – met haar welbespraakte politiek leider Caroline van der Plas – is erin geslaagd het brede ongenoegen van de Nederlanders op het platteland over het ‘wereldvreemde beleid’ van de Randstad te capteren. Dat verklaart waarom CD&V de Vlaamse boeren niet in de steek wil laten. En waarom Vlaams Belang plots de grote verdediger van de boerenstiel is geworden.
DS, 18-02-2023 (Jeroen Struys Dominique Minten)
|