20th November 2022, 03:43
|
|
Administrator
|
|
Geregistreerd op: Nov 2004
Locatie: Hasselt
Posts: 1,809
|
|
Het Eddy Wally-quotiënt van onze politici
Het Eddy Wally-quotiënt van onze politici
Glittershowmanship in de politiek kan misschien even werken, maar loopt nooit goed af, schrijft Tom Hannes.
Onze meest gemediatiseerde politici beginnen een gevaarlijk hoog EddyWally-quotiënt te krijgen. Voor wie te jong is om de man meegemaakt te hebben: Eddy Wally was een roemruchte Vlaamse charmezanger, die vanaf de jaren 60 hits scoorde zoals ‘Chérie’, ‘Als marktkramer ben ik geboren’ en ‘Ik spring uit een vliegmachien’. Hij deed vooral stof opwaaien omdat je geen hoogte van hem kreeg: was die mengeling van extreme volksheid en flamboyant glittershowmanship nu echt of gespeeld? Was het überhaupt mogelijk dat hij dat uitzinnige spektakel echt meende? Maar was het überhaupt mogelijk dat hij die act zo lang kon blijven faken? En welk van de twee zou het bizarst zijn? Dat die vraag onbeantwoord bleef, maakte van hem een unieke en blijvend fascinerende figuur in de Vlaamse showbizzwereld.
Dezelfde vraag kunnen we ons stellen bij recente uitlatingen van onze politici. Menen ze het nu, of is het allemaal show? En welk van de twee zou het meest verontrustend zijn? Bij Eddy Wally leverde die vraag onschadelijk entertainment op. Zijn politieke equivalenten wekken eerder een gevaarlijk wantrouwen op.
Meent ie het of niet?
Meent Bart de Wever (N-VA) het, bijvoorbeeld, met dat anti-wokeverhaal waarmee hij Vlaanderen rondtoert? Gelooft hij oprecht dat de kritiek op FC De Kampioenen het voortbestaan van onze cultuur bedreigt? Of is het een strategie om de aandacht van iets anders af te leiden? Welk van de twee zou het meest verontrustend zijn?
Meende Egbert Lachaert (Open VLD) het toen hij staken vergeleek met de Russische inval in Oekraïne? Of laat hij de werkgevers in zijn achterban alleen zien dat ook hij straffe uitspraken kan doen? Welk van de twee zou het meest verontrustend zijn?
Vindt Conner Rousseau (Vooruit) het echt gepast dat een partijvoorzitter als dj de zaal ‘are your pussies wet?’’ toeroept? Of speelt hij een spel in de hoop een links-populistisch bolwerk uit te bouwen dat kan optornen tegen het rechts-populisme? Welk van de twee zou het meest verontrustend zijn?
Vindt Nabilla Ait Daoud (N-VA) echt dat protesterende jonge kunstenaars profiteurs zijn die maar beter gaan werken voor hun centjes, of is het – zoals Tom Naegels suggereerde (DS 12 november) – een manier om haar positie bij haar achterban te versterken? Welk van de twee zou het meest verontrustend zijn? De lijst is verre van exhaustief.
Net zoals bij Eddy Wally is in geen van bovenstaande gevallen het antwoord duidelijk. Verontrustender is de vraag die daarop af en toe in mijn geest opborrelt: weten de betrokken politici zelf nog wel zo goed of ze die uitlatingen menen of niet? Ik moet toegeven dat als er politici in het panel van De afspraak zitten, mijn eerste reflex is om weg te zappen. Omdat ik verwacht alleen maar perceptiemanagament te zien te krijgen.
Le style c’est l’homme, zeggen de Fransen. Moeten we vrezen dat dat hier letterlijk te nemen is? Schuilt er achter de ronkende slogans nog wel iets? Is perceptiepolitiek misschien alles wat rest? Ik durf het niet te vrezen, net zo min als ik durf te hopen dat het niet waar is.
Nijdige desinteresse
Ooit haalden mensen de schouders op bij ‘de politiek’, omdat politici hun verkiezingsbeloften toch niet nakwamen. Dat zou je een normale klacht kunnen noemen. Er is altijd een brede kloof tussen wat je zegt te willen doen en wat er in de praktijk mogelijk is. Dat kan teleurstellend zijn. Frustrerend ook. Maar de wereld laat zich nu eenmaal niet zomaar plooien naar onze allervroomste wensen. C’est la vie, zeggen de Fransen.
Vandaag is het wantrouwen van een andere aard. Het is donkerder geworden, en la vie daardoor ook. Zelfs de vrome wensen zijn mogelijk al bedrog: de verkondigde principes en waarden, de voorgestelde analyses en oplossingen zouden louter strategie kunnen zijn.
Dat kun je geen normaal wantrouwen meer noemen. In een gezonde democratie moeten echte idealen op tafel komen. Pas dan kunnen politici met elkaar in de clinch gaan om tot een tijdelijke machtscompositie te komen. Dat vereist dat we niet voortdurend moeten vrezen om de tuin geleid te worden door politiek glittershowmanship.
Bij Eddy Wally was de onbeantwoorde vraag – meent hij dit nu of niet? – een bron van vermaak. Bij politici werkt ze vooral een nijdig soort akelig geladen desinteresse in de hand, zelfs wrok tegenover het hele bestel. Glittershowbizz werkt voor glittershowbizzfiguren. Soms toch. Politici kunnen er misschien even mee scoren, maar verbranden er zich uiteindelijk geheid aan – met een hele gemeenschap als medeslachtoffer.
Tom Hannes, auteur en filosofisch onderzoeker (Technische Universiteit Eindhoven)
DS, 19-11-2022
|