Brand in Brazilië vernielt 200 jaar onderzoek
Schatkamer van Zuid-Amerika reddeloos verloren
De brand in het Nationaal Museum van Rio de Janeiro is een ramp voor cultuur- en natuurwetenschappers. Niet alleen Brazilië verloor uniek erfgoed in de brand, de hele wereld is een stuk van haar geschiedenis kwijt.
Het Museu Nacional in Rio de Janeiro was, met een collectie van twintig miljoen objecten, een van de grootste musea van Zuid-Amerika. Het was ook een van de meest prestigieuze. Veel van wat we weten over Zuid-Amerika – de wonderlijke fauna en flora, de inheemse volkeren met hun honderden talen en culturen, de kunst en geschiedenis – kwam voort uit het museum dat zondagnacht afbrandde. In mei vierde het nog zijn tweehonderdste verjaardag.
Frustratie aan de lijn bij Els Lagrou, een Belgische etnologe die al dertig jaar in Brazilië werkt. ‘Het museum had een van de grootste collecties indiaanse kunst en archeologie ter wereld. Daarnaast was het ook nog een centrum voor geologie, biologie, zoölogie, botanica, linguïstiek, … Het was gewoon een van de grootste archieven van menselijke en biologische diversiteit ter wereld.’
Maxakalisaurus en mummies
Het Nationaal Museum was een mastodont, dat veel dingen was voor veel mensen. Niet alleen voor wetenschappers, maar ook voor de scholen en groepen kinderen die er elke dag over de vloer kwamen. Ze kwamen voor de skeletten van walvissen en dino’s, waaronder de Maxakalisaurus, een dinosaurus die in Brazilië opgegraven werd. En voor de Egyptische mummies en sarcofagen – keizer Pedro I kocht in 1826 een paar honderd Egyptische topstukken van een Italiaanse handelaar. Daardoor was het museum ook de eerste halte voor Zuid-Amerikaanse studenten egyptologie.
Uniek was ook de enorme collectie precolumbiaanse kunst en archeologie. Met keramiek uit het Andesgebergte, zoals de befaamde Moche-potten. Met mummies uit de Nazcacultuur. Met gekrompen hoofden van de Jivaro. En natuurlijk objecten van de Braziliaanse culturen, zoals de Tupi Guaraní, Santarém en Morajo. En om het helemaal af te ronden waren er mooie collecties Afro-Braziliaanse objecten – de studie van de cultuur van de Afrikaanse slaven in Zuid-Amerika komt nog maar net op gang.
‘Ongeveer alles is verloren gegaan’, zegt Lagrou. ‘Van de humane wetenschappen is alles weg, op een heel klein deeltje na dat we naar een apart gebouwtje hebben kunnen slepen. De afdeling paleontologie is in de vlammen opgegaan. Daar stond onder andere Luzia, een van de oudste bewijzen van menselijk leven op het continent. De archieven met Indiaanse talen, waaronder ook verdwenen talen. De algemene bibliotheek is gespaard gebleven maar de gespecialiseerde archieven antropologie, die van de gerenommeerdste ter wereld waren, zijn weg.’
Erfgoed? Geen prioriteit
Ook vóór de brand was de frustratie in de wetenschappelijke wereld al hoog opgelopen. De federale universiteit van Rio (UFRJ), die het museum moest uitbaten, zit in geldnood. ‘De vorige regeringen hadden de investeringen in wetenschappelijk onderzoek opgedreven, maar sinds de regering-Temer de socialistische regering opzij gezet heeft, is er zeer drastisch gesnoeid in de uitgaven voor onderwijs en onderzoek’, zegt Lagrou. ‘Ik werk al twintig jaar aan de universiteit: in twee jaar tijd is de investering van dertig jaar afgebouwd.’
Op de viering voor de twee*honderdste verjaardag van het museum in mei waren geen politici aanwezig. ‘Misschien was het niet alleen angst voor de kritiek,’ denkt Lagrou, ‘erfgoed was gewoon niet de prioriteit van de regering. De Kamer wordt gedomineerd door de agro-industrie en voert een heel anti-intellectueel beleid. De politici beseffen niet dat de technologische ontwikkeling waarop ze mikken ook afhangen van het onderzoek in deze instellingen.’
Nochtans is Brazilië, naast het Verenigd Koninkrijk en Parijs, een van de toonaangevende wereldcentra voor antropologisch onderzoek. Lagrou vernoemt de Duitse ontdekkingsreiziger Curt *Nimuendaju, die begin twintigste eeuw verschillende expedities ondernam en zijn collecties grotendeels aan Braziliaanse centra naliet. Hij was een van de eerste experts op het vlak van de inheemse bevolking. ‘Maar de Braziliaanse regering heeft een heel rare relatie met het bewaren van zijn indiaanse erfenis. In alle buurlanden wordt die indiaanse geschiedenis vereeuwigd in indrukwekkende musea en tentoongesteld als deel van de nationale identiteit, maar hier slagen we er niet in de regering te laten investeren in musea. Toch geen archeologische, etnologische of afro-Braziliaanse.’
Op slot wegens bezuinigingen
Het patrimonium was een van de eerste en grootste slachtoffers van de bezuinigingen. De universiteit moet 128.000 dollar per jaar krijgen van de overheid voor het onderhoud van het Museu Nacional, maar sinds 2014 krijgt het 13.000 dollar. In 2015 sloot het af en toe omdat geen geld was om schoonmakers en bewakers te betalen. De curatoren zetten een crowdfundingactie op toen er een termietenplaag was in een van de zalen.
Naar aanleiding van de Olympische Spelen in 2016 vond de Braziliaanse overheid wel geld voor een gloednieuw Museu do Futuro, een museum van de toekomst in een gebouw van Santiago Calatrava. Op Tripadvisor schreven toeristen over de geweldige collectie van het Nationaal Museum, maar ook over de afbladderende verf, de trappen die om veiligheidsredenen afgezet waren en de blootliggend elektriciteitsleidingen.
‘Als er tropische stormen *waren, regende het op de Egyptische mummies’, zucht Lagrou. ‘De infrastructuur was niet van het hoge niveau van de collecties. Er werden ontvlambare vloeistoffen bewaard in de wetenschappelijke laboratoria, naast de duizenden verslagen van expedities. Die brand zat er gewoon aan te komen.’
Een verloren goudmijn
Door die gebrekkige infrastructuur was een belangrijk deel van de collectie niet raadpleegbaar. ‘De antropologie is na jaren studies over onderlinge relaties tussen groepen mensen opgeschoven naar de studie van objecten. Fijn voor mij, het is mijn specialiteit. Maar we moesten wachten om die fragiele objecten te bestuderen tot het museum gerenoveerd was en alles correct bewaard en geïnventariseerd kon worden.’
Er was licht aan het eind van de tunnel: onlangs werd aangekondigd dat het gebouw brandveilig gemaakt zou worden, als eerste stap naar een renovatie. ‘Via de Ontwikkelingsbank was daar eindelijk geld voor gevonden. Dat is zo frustrerend: er is net niet genoeg tijd geweest.’
‘Maar de grootste verliezers zijn de indiaanse bewoners van Brazilië, die nu alle toegang tot hun verleden hebben verloren. De eerste generatie indiaanse studenten volgt nu het postgraduaat aan het museum en zij hebben het ook zo geformuleerd: dat hun geschiedenis, bewaard in documenten en objecten, in vlammen is opgegaan. Toekomstige wetenschappers – indiaans, Braziliaans of van waar ook ter wereld – zijn een goudmijn kwijt.’
DS, 04-09-2018 (Inge Schelstraete)
|