Bombardementen van het Syrische regime hebben zondag het leven gekost aan 19 burgers in Oost-Ghouta, een regio in handen van opstandelingen, vlakbij de hoofdstad Damascus.
Dat zegt het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten (SOHR), een organisatie die vanuit Groot-Brittannië over de burgeroorlog rapporteert.

De troepen van president Bashar al-Assad belegeren sinds 2013 Oost-Ghouta. Het gaat om een van de zogenaamde veilige of gede-escaleerde zones die dit jaar ingesteld werden in verschillende regio’s van het land. Maar sinds midden november heeft het regime de aanvallen op Oost-Ghouta opgedreven na een aanval van rebellen op een legerbasis in die regio.

Bij luchtaanvallen tegen de plaatsen Misraba en Madira kwamen volgens het observatorium zondag 17 mensen om. Bij artillerievuur op Douma lieten twee anderen het leven. Omdat er sprake is van veel zwaargewonden, kan de dodentol nog oplopen, klinkt het. Er is volgens de organisatie al sprake van meer dan 100 doden in de regio de voorbije twee weken. De rebellen beschoten in reactie de hoofdstad, waarbij verschillende doden vielen.

In Oost-Ghouta zijn er nog zowat 400.000 bewoners. Er is een groot tekort aan voeding en medicijnen. De VN trokken recentelijk nog aan de alarmbel over de humanitaire situatie in Oost-Ghouta.

Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20171126_03207890

Mening: Als er ergens in de wereld een oorlog is dan zijn het ook altijd de burgers die het zwaarst getroffen worden. Onschuldige burgers, die nooit een oorlog gewild hebben, die vast zitten tussen twee instellingen die ervoor gekozen hebben om met elkaar te vechten. Mannen, vrouwen en kinderen waarbij de toekomst gebroken is, die geen kans meer hebben op een normaal leven. We zouden er meer bij moeten stilstaan wie de echte slachtoffers van een oorlog zijn, want ik denk dat we dat maar al te vaak vergeten. Voor ons is oorlog een abstract begrip dat zich ver van ons afspeelt, waar wij geen problemen van ondervinden. Voor andere mensen is het een dagelijkse realiteit.