Vaders minder belangrijk


Kinderen in Nederland vinden hun vader minder belangrijk dan vijf jaar terug. Bijna een derde van de mannen brengt nauwelijks tijd met de kinderen door.


Dat blijkt uit het onderzoek ’De staat van het kind’. In opdracht van Trouw ondervroeg TNS Nipo een representatieve groep van ruim vijfhonderd kinderen en evenzoveel ouders. Vijf jaar geleden werd dezelfde enquête uitgevoerd.

Eind 2000 beschouwde nog ruim de helft van de kinderen tussen tien en achttien jaar vader én moeder als belangrijkste opvoeder. Nu is dat gedaald tot 43 procent.

Nu vindt ruim de helft van de kinderen de moeder het belangrijkst, het percentage dat alleen de vader noemde daalde licht: van 5 naar 4. Vooral onder meisjes hebben vaders aan belang ingeboet.

De groep vaders die weinig tijd met de kinderen doorbrengt – op een doordeweekse dag minder dan een half uur– is in vijf jaar iets gestegen: van 27 naar 31 procent.

De maatschappelijke verharding heeft vooral ouders angst aangejaagd. Vijf jaar geleden was de helft van hen bijna nooit bevreesd voor de toekomst van het eigen kind. Na de aanslagen in New York en de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh is het percentage zorgelozen gedaald tot 42. Het aandeel ouders dat zich vaak zorgen maakt, is gestegen van 2 naar 7 procent. Kinderen maken zich juist minder vaak zorgen om de eigen toekomst.

Het zakgeld van kinderen is met bijna 32 euro per maand in vijf jaar niet gestegen. Kinderen hebben beduidend minder bijverdiensten door baantjes. Opvallend is dat in gezinnen met de laagste inkomens kinderen het meeste zakgeld krijgen.


Trouw, 21-01-2006

__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB