Een dag met een zesjarige
Een plusmama, maar dan ook weer niet
Sinds gisteravond hebben we een logé in huis, mijn halfbroer van zes. De dagen dat hij bij me in huis is, verlopen vaak langzamer dan anders. Werken op de laptop verloopt vrij stroef als je constant imaginaire gebakjes en koffietjes moet opdrinken met als achtergrondmuziek de zoveelste aflevering van de Power Rangers. Om eerlijk te zijn, er is toch niets onechter dan een gevecht tussen deze Rangers en de Nighloks
*?
Net na de middag, wanneer ik de hersenloze Nickelodeonrommel niet meer aan kon, besloot ik dat het tijd was om te gaan wandelen. Samen gingen we op pad, hand in hand, naar McDonalds voor een ijsje. Voor mij een ontbijtijsje, geen aanrader. Tijdens deze wandeling verbaasde de ruime kennis van mijn kleine zesjarige me. We hadden het over meteorieten, de aantrekkingskracht van de aarde, dinosauriërs, Homo Sapiens en Neanderthalers, Mozes en de diaspora. Van een luchtig gesprek gesproken.
Na het ijsje op te smullen, besloten we een terrasje te gaan doen; hij is zo volwassen voor zijn leeftijd. Omdat ik het zelf doodeng vind iets te bestellen, liet ik het zesjarig megabrein naast me werken. Samen rekenden we, in het Frans, uit hoeveel we betalen moesten voor een warme choco en een tonic. “Maar vier muntjes!” lachte hij. Dan maar uitleggen dat elk muntje een andere waarde had, tot hilariteit van de vrouw achter ons. Ik vraag me soms af of men denkt dat ik zijn moeder ben, waarschijnlijk wel, aan de niet altijd even vriendelijke blikken te zien. Het terrasje deed me denken aan de afternoontea die we gisteren hadden; met als enig verschil het gespreksonderwerp. Gister waren dat Shrek en Spinners, vandaag was analoge fotografie aan de beurt samen met Compostella. Hoe kunnen kleine mensjes zoveel informatie opslorpen? Op dezelfde manier dat ze paprikachips in chocolademelk soppen? Als ik hem laat afrekenen, vraagt hij me wat we vandaag nog zullen doen. Ik vertel hem dat ik hem zo’n “draaiding” wil kopen, omdat hij enorm braaf geweest is. Terwijl alle andere kinderen met honderden van die prullen rondlopen, zei hij op een volwassen toon: “Zus… Zo’n spinners zijn niet belangrijk. Er zijn veel belangrijkere dingen in de wereld dan spinners. Ik zou wel blij zijn als ik er een had, maar als we er geen hebben, is dat niet erg.”
Toen hij dat zei, flitste er een beeld van mezelf voorbij. Ik op zesjarige leeftijd, aan het krijsen op de kermis voor een Iejoorknuffel die ik net niet kon grijpen; sommigen zijn materialistischer dan anderen, hoewel ik mezelf nooit echt materialistisch vond... Tja, misschien moeten we niet altijd negatief naar volgende generaties kijken. Dezelfde avond vroeg hij me bij het slapengaan nog: “Zus, wat is er wél belangrijk?”. Het enige banale antwoord dat ik op die onverwachte filosofische vraag kon geven was: “ademen”. Ik denk dat ik over deze vraag zelf nog wat zal nadenken.
Vandaag zag ik hoe volwassen een jongentje kan zijn dat nog geen minuut achter een schoolbank gezeten heeft en al zijn kennis vergaart door te spelen. De begrippen die hij tijdens onze gesprekken aanhaalde verbaasden me echt. Wanneer ik op deze dag terugkijk, vraag ik me af of we kinderen in het basisonderwijs niet meer moeten laten spelen.
Als leerkracht kan je hen toch begeleiden bij dat spelen en verscheidene begrippen aanhalen? Zo ga ik, nadat ik gekookt, gegeten en afgewassen heb, samen met de zesjarige informatiespons een fort maken van een kartonnen doos, inclusief ophaalbrug, schietgaten, kijkbuis,… Fort Napoleon in Oostende zal er niets tegen zijn!
Ship ahoi piraatjes!
* Voor wie het met eigen ogen wil aanschouwen:
https://www.youtube.com/watch?v=oxCYVs_5tUc
Bron: IG, 03.07.2017