Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) wil het probleem van de zwemlessen aanpakken op school. Ze geeft toen dat er iets aan de maximumfactuur schort als ouders toch alles indirect financieren, via bijvoorbeeld eetfestijnen of een tombola. "Zeker die basiszaken zoals het leren zwemmen moeten we opgelost krijgen", zegt ze in "De ochtend" op Radio 1.
Waar vroeger leerlingen een volledig schooljaar elke week konden gaan zwemmen, is dat in heel wat scholen teruggeschroefd tot één semester zwemmen. Minister Crevits wil dat graag aanpakken. "Ik heb in het Parlement gezegd dat we het zwemmen op een alternatieve manier moeten organiseren. We zetten fel in op het samen gebruiken van infrastructuur, zeker zweminfrastructuur is héél duur. En als scholen nog eens grote verplaatsingen moeten doen, dan wordt dat heel moeilijk om dat binnen die maximumfactuur geregeld te krijgen. Ik ben me zeer goed bewust van die gevoelige problematiek", verduidelijkt de minister.
Crevits reageert ook op de kritiek van het katholiek onderwijs dat het lager onderwijs te weinig werkingsmiddelen heeft en dat de kwaliteit van het onderwijs daaronder te lijden heeft. Ze benadrukt dat er investeringen zijn geweest van een half miljard euro om de stijging van het aantal leerlingen te compenseren met extra leerkrachten. "De leerkracht maakt hét verschil voor de leerlingen. We kiezen daarvoor ook in de toekomst."
Oude formule voor werkingsmiddelen
Maar Crevits erkent dat de werkingsmiddelen niet evenredig mee-evolueren. "De werkingsmiddelen stijgen als het aantal leerlingen stijgt, maar niet aan hetzelfde tempo", klinkt het. Dat komt door een oudere formule waarmee de werkingsmiddelen uitgekeerd worden.
"Het klopt dat er ongelijkheden in de formule zitten. In het kleuteronderwijs worden kleuters maar voor 2/3 aangerekend, omdat men ervan uitgaat dat ze veel thuis zijn. Als regering willen we hen nét elke dag naar school zien gaan. Dat moet zich vertaald zien in werkingsmiddelen. Ook worden de werkingsmiddelen niet geïndexeerd. Maar vanaf volgend jaar wél weer voor het lager onderwijs."
Crevits zegt zelf "dat het tijd is om in te grijpen". Toch wil ze niet alles in een negatief daglicht zien. Zo haalt ze het positieve voorbeeld aan van de BTW bij scholenbouw. "Die is gezakt van 21 naar 6 procent." Ze vindt ook niet dat leerkrachten lesmateriaal zélf moeten financieren. "Lagere scholen hebben de plicht om het basismateriaal te voorzien", maakt de minister zich boos.
Eigen mening: Het is inderdaad opmerkelijk dat scholen andere manieren gaan zoeken om bepaalde aspecten te financieren, terwijl de maximumfactuur er met een reden is. Het is goed dat de overheid zich hiervan bewust is. Natuurlijk is het nog altijd afwachten welke stappen ze gaan ondernemen om dit te verbeteren. Hopelijk wordt dit probleem snel aangepakt en kunnen ze dit op een positieve manier hervormen.
Bron: 16/05/2017, De Redactie
http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/binnenland/1.2979946