Helft zelfstandigen blijft na pensioen werken: 'Voor het geld en omdat afscheid te zw
Helft zelfstandigen blijft na pensioen werken: 'Voor het geld en omdat afscheid te zwaar valt'
De helft van alle zelfstandigen is het eerste jaar na zijn pensioen nog steeds aan het werk. En twee jaar later zijn dat er nog altijd vier op de tien. 'Bij velen spelen financiële redenen mee', zegt Mieke Bruyninckx van het sociaal verzekeringsfonds Acerta. 'Maar soms valt het afscheidnemen van klanten gewoon te zwaar.'
Van de 15.873 zelfstandigen die in de periode 2008-2014 tussen de leeftijd van 60 en 70 jaar met pensioen gingen, waren was een jaar later nog 50,5 procent aan de slag. Twee jaar na het pensioen was dat nog 45,5 procent, na drie jaar nog altijd 41,8 procent. Dat blijkt uit cijfers van het sociaal verzekeringsfonds Acerta.
'Opmerkelijk hoge cijfers. Zeker als je weet dat de wetswijziging die het mogelijk maakt om onbeperkt bij te verdienen zonder aan pensioen in te boeten, er pas in 2015 kwam', zegt juridisch adviseur Mieke Bruyninckx van Acerta.
Niet alleen de centen
Uiteraard speelt het financiële aspect een grote rol. 'De minimumpensioenen zijn dan wel gelijkgetrokken voor zelfstandigen en werknemers, toch moeten de meeste zelfstandigen nog altijd rondkomen met dat minimum. Bij loontrekkenden ligt dat anders: de meesten komen uit op een pensioen dat hoger ligt', klinkt het bij Acerta. Dat heeft ook te maken met de groepsverzekering die de meeste werknemers genieten bij hun werkgever. 'Voor zelfstandigen bestaat iets gelijkaardigs, maar ze moeten dat wel zelf regelen. En dat schiet er soms weleens bij in.'
Zelfstandigen die na hun pensioen nog aan de slag blijven, verdienen het eerste jaar gemiddeld 9.744 euro bovenop hun pensioenuitkering. Het tweede jaar is dat gemiddeld 6.449 euro, het derde jaar 4.615 euro.
Toch is het niet louter een centenkwestie. 'Zelfstandigen hebben hun hele carrière lang alles zelf geregeld, en dus willen ze ook zélf beslissen hoe hun loopbaan eindigt', zegt Bruyninckx. 'Bovendien zouden velen het dagelijkse contact met hun klanten missen.'
Verveling
Zo ook Emmanuel Agneessens (65). De boekhouder uit Sint-Pieters-Woluwe is sinds december vorig jaar officieel met pensioen. 'Maar ik doe zeker nog drie tot vijf jaar voort. Tegen dan kan ik mijn klanten zorgeloos in handen geven van mijn opvolger, die zich nu al aan het inwerken is. Ik wilde niet hetzelfde meemaken als mijn schoonvader: toen die stopte van de ene dag op de andere, verveelde hij zich dood.'
Al is er ook het financiële aspect: 'Ik wil mijn kinderen en kleinkinderen een duwtje in de rug kunnen geven, en dan is dat extra inkomen welkom. Anderzijds heb ik enkele jaren geleden het klantenbestand van een collega overgekocht. Een investering die ik nu nog afbetaal, maar die ervoor zorgt dat ik een grotere zaak kan overlaten aan mijn opvolger. Want voor een zelfstandige is zijn zaak toch een deel van zijn pensioen.'
Eigen mening
Ik begrijp het standpunt van deze zelfstandigen volkomen. Het pensioen van de zelfstandigen mag dan wel gelijkgesteld zijn aan het pensioen van werknemers, maar toch krijgen zij nog steeds maar een minimumpensioen. Voor een hardwerkende, en ik denk dat sommigen niet weten hoeveel werk een zelfstandige heeft, zelfstandige vindt ik dit niet kunnen dat ze zo weinig pensioen ontvangen na hun loopbaan. Ik kan mezelf vinden in de andere oorzaak of reden waarom zij nog langer werken, het klantenbestand zomaar afgeven en van de ene dag op de andere stoppen is en kan niet anders dan moeilijk zijn voor iemand die steeds alles zelf heeft geregeld. Je moet een soort van kindje afgeven aan iemand anders, en dit is logisch dat dit moeilijk valt voor sommigen. Ik denk dat dit gegeven dat zelfstandigen of toch zeker de helft ervan toch nog blijft voort werken om zo te kunnen uitbollen en alles op een aanvaardbare manier te kunnen overdragen, een heel normale zaak is.
|