Er rijzen twijfels over het Syrische gezin uit Aleppo dat een visum voor België wil. Volgens zijn advocaten zat het gezin de voorbije maand vast en verkeerde het in levensgevaar. Maar uit officiële documenten blijkt dat de vader onlangs twee weken buiten Syrië verbleef, schrijft Het Laatste Nieuws maandag.
Mohamad Omar N. (38) reisde op 26 november 2016 van Aleppo naar Libanon. Van daaruit vloog hij naar de Verenigde Arabische Emiraten. Mogelijk voor zaken, want de man werkt voor de Kamer van Koophandel in Aleppo. Wellicht vloog hij vanuit de Emiraten door naar India. Vast staat dat hij op 10 december, twee weken later, vanuit India terugkeerde naar Libanon, en van daaruit naar zijn vrouw en kinderen in Aleppo. Dat blijkt uit in- en uitreisdocumenten die de redactie van Het Laatste Nieuws kon inkijken.
Het gegeven van een vader die Syrië vlot in en uit kan en zijn gezin geruime tijd alleen laat in Aleppo, strookt niet met het beeld dat de advocaten van het gezin in diezelfde periode ophingen. Ze waren zondag niet bereikbaar voor bevestiging of commentaar. Staatssecretaris Theo Francken wou evenmin iets kwijt. Hij doet er het zwijgen toe in afwachting van een uitspraak van de beslagrechter.
Juridische strijd
Francken en zijn diensten voeren al wekenlang juridisch strijd met de familie uit het zwaargetroffen Aleppo. Het huis van het gezin met twee minderjarige kinderen werd afgelopen zomer gebombardeerd. Met de hulp van het Belgische gezin, dat ze leerden kennen in Istanboel, hebben ze asiel aangevraagd in ons land. De vader van het gezin wil dat doen via een humanitair visum voor België, omdat ze niet illegaal willen vluchten via mensensmokkelaars, en hun leven niet willen riskeren op de Middellandse Zee.
Maar ons land weigerde dat steeds, hoewel de familie volgens de Raad van Vreemdelingenbetwisting wel recht heeft op dat visum. De familie bezorgde hen daarop een advocate en die stapte naar de raad voor Vreemdelingenbetwisting om de weigering aan te vechten.
De rechtbank in eerste aanleg sprak in oktober sprak al een dwangsom van 4.000 euro per dag uit, maar daartegen ging Francken eerder al in beroep, waardoor de dwangsom voorlopig werd opgeschort.
Bron:
http://www.standaard.be/cnt/dmf20161226_02645037
datum: 26/12/2016