Vlaanderen moet basisgeletterdheid voor taal, wiskunde, financiën en digitalisering in de eindtermen van het secundair onderwijs opnemen. Dat zegt Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) in een reactie op de jongste PISA-resultaten.
17 procent of 1 op 6 van de Vlaamse 15-jarigen haalt het basisniveau op vlak van leesvaardigheid, wiskunde en wetenschappen niet. Dit slechte nieuws valt vandaag te rapen bij de bekendmaking van PISA 2015. Concreet beschikken deze zogenoemde "laagpresteerders" niet over de minimale bagage om op eigen benen in de hedendaagse maatschappij te staan.
"Deze resultaten bewijzen de nood aan een eindterm basisgeletterdheid in het secundair onderwijs", zegt minister Crevits.
"De kloof tussen hoog- en laagpresteerders groeit in Vlaanderen en is zelfs de grootste van alle landen die aan PISA deelnemen. Daarbij zien we een rechtstreeks verband tussen kinderen in kwetsbare gezinnen en kinderen die thuis geen Nederlands praten. We moeten op die groep inzetten, bijvoorbeeld door in het 1e en 2e middelbaar meer uren basisvorming te geven."
Eindtermendebat
Het pleidooi van Crevits voor een eindterm basisgeletterdheid maakt deel uit van het bredere eindtermendebat dat momenteel in het Vlaams Parlement loopt met als doel het secundair onderwijs te moderniseren. Op 1 september 2018 moet dat laatste een feit zijn.
Nu al kennen de verschillende onderwijsniveaus eindtermen, maar die zijn anders van aard. "Het zijn doelstellingen die een zo groot mogelijke groep van de leerlingen moet halen", legt haar woordvoerder Katrien Rosseel uit.
"Een deel van de leerlingen haalt die duidelijk niet. Daarom wil de minister een eindterm basisgeletterdheid op vlak van taal, wiskunde, financiën en digitalisering. Het gaat dan om een lat die élke Vlaamse leerling moet halen. We zitten samen met organisaties als het Centrum voor Basiseducatie en het Netwerk Tegen Armoede om die eindterm vast te leggen."
Bron: De redactie, 6/12/2016,
http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/binnenland/1.2837269
Eigen mening:
Ik vind dit een goed initiatief, omdat onze maatschappij voor een groot deel draait op taal. Bij elke job moet er wel eens iets overlegd worden of worden er conversaties gevoerd onderling. Als je bijvoorbeeld als verkoper werkt, is het belangrijk dat jouw taalgebruik is aangepast aan de situatie waarin je bevindt. Natuurlijk praten de meeste mensen thuis een soort tussentaal, maar ik denk dat er toch meer moet worden ingespeeld op het taalgebruik bij jongeren. De 'laagpresteerders' zoals in het artikel vermeld staat, hebben het inderdaad moeilijker om op eigen benen te staan in de maatschappij. Zij worden voor een deel beperkt in hun keuze op het gebied van werk.
Jongeren die in armoede leven of in een gezin waar het taalgebruik beperkt bij is, hebben het moeilijker om zich een plaatsje te veroveren in de maatschappij. Ik vind het ook goed dat wiskunde en financiën hierbij betrokken worden, want dit is toch ook iets zeer belangrijk in onze samenleving. Het is goed dat leerlingen een stevige basis meekrijgen van school uit.