Syrische vluchtelingen worden in Turkije ingezet om kleding te maken voor bekende kledingketens zoals Mango, Zara en Marks & Spencer, zo legde een undercoveronderzoek van BBC Panorama bloot. Ook kinderen werken er tot twaalf uur per dag in erbarmelijke omstandigheden.
Bijna drie miljoen Syrische vluchtelingen zitten door het akkoord met de Europese Unie vast in Turkije. Een aantal van hen probeert te overleven door te werken in textielfabrieken, zo ontdekte het actualiteitenprogramma BBC Panorama. De meesten onder hen hebben geen arbeidsvergunning en worden uitgebuit: ze werken lange dagen voor weinig loon, een pak lager zelfs dan het Turkse minimumloon.
In de fabrieken in Istanbul waren ook een aantal kinderen aan het werk, niet ouder dan vijftien jaar. In de uitzending, die maandagavond werd uitgezonden op televisie, vertelt een van de vluchtelingen dat ze slecht worden behandeld. ‘Wanneer iets gebeurt met een Syriër, gooien ze hem gewoon weg zoals een stuk kleding.’
‘Ontoelaatbaar’
De journalisten maakten foto’s van kledinglabels van de Britse keten Marks & Spencer, maar de kinderen maakten ook kleding voor Asos. Oudere vluchtelingen moesten onder meer jeans behandelen voor Zara en Mango (om die een gedragen look te geven) met chemische producten zonder aangepaste bescherming, aldus BBC.
Alle betrokken kledingketens zeggen dat ze hun leveranciers nauwkeurig in de gaten houden en niet tolereren dat vluchtelingen of kinderen worden uitgebuit.
‘We waren niet op de hoogte dat er Syrische vluchtelingen aan het werk werden gezet in de fabrieken die voor ons produceren, dus we zijn erg ontgoocheld door deze ontdekking van BBC. Die nemen we heel erg serieus en de situatie is onaanvaardbaar voor ons’, aldus een woordvoerder van Marks & Spencer. De keten zou met de Turkse leverancier spreken om de Syrische arbeiders een permanente arbeidsvergunning te geven.
Ook bij Mango waren ze geschrokken door de ontdekking van BBC, aldus een woordvoerstoer. Het bedrijf voerde onmiddellijk onaangekondigde audits uit bij de betreffende fabrieken. ‘Daar werd in geen geval kinderarbeid vastgesteld onder Syrische vluchtelingen’, klinkt het.
Asos geeft wel toe dat het bedrijf bij een inspectie na de waarschuwing van BBC elf Syrische volwassenen en drie minderjarigen terugvond in een van de fabrieken waarmee ze samenwerken. De online webshop belooft dat het de kinderen financieel zal steunen opdat ze opnieuw naar school kunnen gaan.
Amper tien jaar oud
Heel wat kledingketens werken nu samen met Turkse textielfabrieken omdat ze zo sneller op de bal kunnen spelen met lastminutebestellingen, maar net als in Azië houden heel wat van die fabrieken geen rekening met goede werkomstandigheden. Panorama zag in een fabriek in Istanbul ook Turkse kinderen van amper tien jaar oud aan het werk.
Critici stellen dat de retailers niet genoeg doen om de problematiek een halt toe te roepen. Danielle McMullan van het Business & Human Rights Resource Centre stelt dat zij de verantwoordelijkheid hebben op te volgen en te begrijpen waar en in welke omstandigheden hun kledij wordt gemaakt.
bron, De Standaard,
http://www.standaard.be/cnt/dmf20161025_02538098
Eigen mening: Ik vind het niet kunnen dat er aan kinderarbeid wordt gedaan! Een kinderlichaam is nog niet goed genoeg ontwikkeld voor zwaar en lastig werk. Ook de lange dagen die ze moeten werken is alles behalve gezond voor de kinderen. Kinderen moeten het recht hebben op een goed leven. Ze moeten naar school kunnen gaan en niet op jonge leeftijd al beginnen te werken voor een minimumloon. De kinderen worden op een onrechtvaardige manier behandeld door de fabrieken waarin ze moeten werken, ik vind dit echt mishandeling! Kinderarbeid moet veel harder gestraft worden en alleen dan kunnen we dit misschien stoppen.