In België loopt 21 procent van de bevolking een risico op armoede of sociale uitsluiting.
Dat bleek vrijdag uit cijfers van de Algemene Directie Statistiek van de FOD Economie. De dienst komt ermee naar buiten naar aanleiding van de Werelddag van Verzet tegen Armoede op 17 oktober.
Belgen die een risico lopen op armoede of sociale uitsluiting blijken in mindere mate sociaal of cultureel te participeren. Zo is 67 procent van hen de voorbije maanden niet naar de bioscoop geweest, tegenover 45 procent bij de mensen die niet getroffen worden door armoede.
Eenzelfde vaststelling voor wat culturele bezoeken betreft. Van de mensen die een risico lopen op armoede of sociale uitsluiting bezocht slechts een op de vijf het afgelopen jaar een culturele activiteit, zoals een museum, tegenover de helft van de mensen zonder dit risico. Minder dan een op de zes mensen in moeilijkheden (16 procent) nam deel aan sportevenementen, tegenover 35 procent van de mensen die zich niet in die precaire situatie bevinden.
Een andere vaststelling is dat mensen met risico op armoede of sociale uitsluiting meer geïsoleerd zijn dan anderen. Zo ziet 10 procent van hen nooit familieleden, tegenover 2 procent van de mensen die niet in moeilijkheden verkeren. 14 procent van de armen heeft bovendien niemand om persoonlijke problemen aan toe te vertrouwen, waar dat bij de rest van de bevolking om 5 procent gaat. (BELGA/JVL)
Bron: Knack
Datum: 14/10/2016
Link:
http://www.knack.be/nieuws/belgie/1...mal-764767.html
Eigen mening:
Ik vind het zeer choquerend dat er gesproken wordt over een percentage van 21%. Het enige positieve aan dit nieuws is het feit dat ze hier spreken over een
risico op armoede of sociale uitsluiting. Er kunnen dus nog maatregelen genomen worden om dit hoge percentage zo laag mogelijk te krijgen. Ik vind het de verantwoordelijkheid van de overheid om hier voldoende aandacht aan te besteden aangezien een land als België in staat moet zijn om zo'n groot deel van de bevolking uit de armoede te helpen. Het is volgens mij ook een logisch gevolg dat mensen die niet ver van armoede zitten minder of niet naar culturele evenementen trekken. Het is immers veel te duur voor hen, hun prioriteiten liggen elders.