Geen dennenboom of overdaad
Geen dennenboom of overdaad
Sommige christenen vieren geen kerst. Sommigen vertellen hier waarom. Historisch gezien hebben ze nog gelijk ook.
Wie hecht aan een zuiver christendom, kan morgen maar beter doen of er niks aan de hand is. Gods Woord heeft hij in elk geval aan zijn zijde. Dat maakt melding van Jezus’ geboorte, maar nergens staat dat zijn volgelingen zijn verjaardag moeten vieren.
Het Kerstfeest heeft geen Israëlitische wortels, zoals Pasen, maar is van later datum. Stilstaan bij je verjaardag is van oorsprong een Romeins gebruik. De eerste vastgelegde melding van een kerstachtig feest dateert uit 137. Pas in de vierde eeuw werd kerst breed ingevoerd, als christelijke tegenhanger van het Romeinse midwinterfeest natalis solis invicti, ter ere van de geboorte van de onoverwinnelijke zonnegod Mithras. Andere Europese culturen waar het christendom binnendrong, kenden eigen varianten op het zonnewendefeest.
Als nieuwkomer op de christelijke kalender werd kerst liturgisch gemodelleerd naar Pasen, met een sobere voorbereidingstijd en een nachtdienst als hoogtepunt.
In de Middeleeuwen gold de viering van Christus’ geboorte als hét kerkelijke feest, ook in de lage landen. De kerststal dook op, met kribbe, os, ezel, herders en wijzen; liedjes als Nu sijt wellecome werden razend populair. Buiten de kerk vierde de adel kerst met veel spijs en drank, het volk hield dikkevretsaovond. Daarna, onder invloed van het sobere protestantisme, raakte de overdadige kerstviering lange tijd op de achtergrond.
Reformator Luther was overigens pro kerst; hij geldt als de uitvinder van de kaarsjes in de boom, als de bedenker van een tweede kerstdag én van de gewoonte elkaar cadeautjes te geven. Collega Calvijn daarentegen moest niets hebben van wat hij zag als heidense symboliek. En kerst vieren op 25 december vond hij onnodig. Pas de zondag erna las hij het kerstevangelie.
Vandaar dat stevig reformatorische protestanten nog steeds wat ambivalent staan tegenover kerst. Ze hebben (dankzij Calvijn) geen boom in huis, maar ze doen (dankzij Luther) wel aan tweede kerstdag. ’s Ochtends houden ze een dienst, en ’s middags is er het kinderkerstfeest, de enige keer in het jaar dat kinderen in de kerk kind mogen zijn.
Rechtzinnige én progressieve gelovigen vinden elkaar in hun afkeer van de materiële en culinaire overdaad waarmee kerst tegenwoordig gepaard gaat. Geëngageerde christenen zien de viering van Christus’ geboorte bovenal als een oproep om de minder bevoorrechte naaste in het zonnetje te zetten.
Radicaal kerstloze geloofsgenootschappen zijn zeldzaam. Veruit de meeste hedendaagse gelovigen hechten zeer aan de kerstviering, óók als ze de rest van het jaar geen kerk van binnen zien. Zij willen daar horen van kindje en herders, van herberg en engelen, van vrede op aarde.
En buiten de kerken is het feest teruggekeerd tot wat het in prechristelijke tijden was: de uitbundige viering van het geruststellende feit dat de donkerste dagen voorbij zijn.
Trouw, 24-12-2005
__________________
"Never argue with an idiot, they'll just bring you
down to their level and beat you with experience." (c)TB
|