België bijna slechtste EU-land voor talen in lager onderwijs
Van de primus van de klas naar de voorlaatste bank: volgens nieuwe cijfers van de *Europese Unie stelt België bijzonder teleur wat onze lessen vreemde talen in het basisonderwijs betreffen. Slechts 37 procent van onze lagere scholieren krijgt een andere taal aangeleerd, alleen Portugal doet slechter. Een onverwachte aanfluiting van ons imago van ‘Belgische talenknobbel’. “We denken vaak dat we goed bezig zijn, maar net daardoor staan we minder open voor innovatie”, reageren experts.
België: land van regen, Molenbeek en files. Maar ook van talen – we hebben er al drie op amper 30.000 vierkante kilometer, en we spreken er meestal nog vlotjes een paar extra. Het is een van onze paradepaardjes: België is een ‘welbespraakt land’, in vergelijking met de rest van de Europese Unie. Een imago dat door nieuwe cijfers van Eurostat plots in vraag wordt gesteld. In het kader van de European Day of Languages vandaag, voerde de statistische dienst van de Europese Unie onderzoek naar het vreemdetalenonderwijs in 29 landen. Conclusie: in de lagere school krijgt amper 37 procent van onze scholieren een of twee vreemde talen aangeleerd, een resultaat waarmee we op de voorlaatste plaats bengelen. Enkel Portugal doet slechter, met 36,2 procent.
“Mij verrast dat niet”, zegt Els Consuegra, onderwijskundige aan de VUB. “Bij ons leeft het gevoel niet zo dat vreemde*talenonderwijs een dringend vraagstuk is. We denken vaak: we zijn goed bezig, maar dat verhindert ons om open te staan voor innovatie. Daarom lopen we intussen een stuk achter. En als we niet snel ingrijpen, verliezen we onze goede positie.”
Het probleem: we beginnen te laat, vooral in Vlaanderen. “In 2004 is Frans een verplicht leergebied geworden in het vijfde en zesde leerjaar van het Vlaamse basisonderwijs”, zegt onderwijsexpert Peter Van Petegem (UAntwerpen). Met andere woorden: al onze tien -en elfjarigen leren wel een vreemde taal, maar in de jaren daarvoor bijna niemand. Dat trekt ons volledige percentage naar omlaag. “In Noorwegen beginnen ze al vanaf 6 jaar. Sommige regio’s beginnen zelfs in de kleuterklas met taalinitiatie. Op die manier kweek je een gevoeligheid voor vreemde talen aan die je later kan ondersteunen.”
En toch blijven we laatbloeiers, om een bijzondere reden: we zijn bang voor ons Vlaams. Dat onze jongste landgenoten met elke minuut dat ze een andere taal leren, onze moedertaal al een beetje kwijtraken.
Te klassiek
“Er is nog steeds een enorme focus op het Nederlands”, beaamt Piet Van Avermaet, hoofddocent aan de vakgroep taalkunde van de UGent. “We hebben drempelvrees voor vreemde talen, omdat we denken dat ons Nederlands eerst helemaal goed moet zitten. Terwijl intussen is aangetoond dat taleninitiatie op jonge leeftijd geen negatieve invloed heeft op het leren van Nederlands. Maar we moeten voorbij die schroom raken.”
Bovendien blijven we ook in onze methodiek voorzichtig: waar onze meesters en juffen nog vooral klassieke lestechnieken hanteren voor vreemde talen, kiezen onze buurlanden vaak voor het immersiteonderwijs. “Door vakken in een vreemde taal te geven, leer je de taal beter”, zegt Consuegra. “We moeten daarvoor open durven te staan, in plaats van vast te houden aan traditionele lesmethodes. Dat is vandaag het centrale vraagstuk in het verbeteren van ons taalonderwijs.”
bron:
http://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20160925_02485721
Eigen mening:
Ik wist niet dat het percentage in ons land zo laag lag. Persoonlijk vind ik wel dat we vroeger moeten beginnen met een vreemde taal aan te leren aan lagere schoolkinderen. In het eerste leerjaar kunnen ze ook al leren tellen in het Frans of Engels bijvoorbeeld. Taalinitiatie bij kleuters vind ik ook een goed idee. Kleine kinderen leren namelijk sneller een taal aan, dan volwassenen.