PRO & CONTRA : Elke dag sport op school?
Editie: winter 2015
Regelmatig wordt alarm geslagen over het toenemend aantal kinderen en jongeren met overgewicht en obesitas. In Vlaanderen heeft bijna één op zeven elfjarigen overgewicht volgens cijfers van de Wereld- gezondheidsorganisatie. Tijd voor actie dus.
PRO
Kristine De Martelaer
‘Een uur sport per dag is zowel een kwantitatieve als een kwalitatieve norm.’
We moeten van bij de geboorte genoeg bewegen om onze motorische vaardigheden
onder de knie te krijgen. Maar om die basismotoriek te leren, mag je niet enkel focussen op erkende sporttakken of de klassieke competitiesporten. Voldoende bewegingskansen kunnen op de school ook aangeboden worden in het naschoolse aanbod. De school moet ‘sport’ immers breder bekijken, om ook de niet-sportieve leerlingen te bereiken. Maar we streven toch naar één uur lichamelijke opvoeding/sport per dag. Een uur sport per dag is zowel een kwantitatieve als een kwalitatieve norm. Kwantitatief omdat kinderen minimum één uur per dag moeten bewegen en kwalitatief is het belangrijk voor de motoriek en het leren kennen van het eigen lichaam (spanning -ontspanning).
We willen alle leerkrachten oproepen om activiteiten te doen in de les die beweging stimuleren. Op die manier kunnen we de extreme verschillen tussen sportieve en niet-sportieve leerlingen voor een stuk verkleinen. De nood is hoog, want we merken zelfs bij onze startende studenten LO en kinesitherapie een achteruitgang op vlak van motoriek en conditie.
Prof. Dr. Kristine De Martelaer is hoofddocent aan de Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie van de Vrije Universiteit Brussel en voorzitter van het adviescomité van de Bond voor Lichamelijke Opvoeding.
CONTRA
Eveline
‘Het liefst zou ik die twee uur sport per week overslaan, maar dat kan niet omdat ze verplicht zijn.’
Als ik ergens wel een hekel aan heb dan is het wel sport op school. Ik ben er nooit goed in geweest en zal dat ook nooit worden, ik werd vroeger al als een van de laatsten gekozen in een team. Dan vergaat de zin in sporten al snel. Op den duur hoop ik zelfs dat ze me niet meer kiezen en dat ik rustig op de bank kan blijven zitten. Turnen is helemaal rampzalig: op de trampoline ben ik geen held, ik durf niet over de bok te springen, laat staan dat ik een salto zou maken. Je maakt jezelf alleen maar belachelijk op die manier. Het liefst zou ik die 2 uur sport per week gewoon overslaan, maar dat kan niet omdat ze verplicht zijn. Ik kan toch niet elke week met een doktersbriefje afkomen? Sommigen beweren dat er meer uren sport op school gegeven moeten worden. Dat vind ik niet: je mag toch zelf bepalen of je veel beweegt of niet? Dat hoeft toch niet verplicht te zijn. Eigenlijk sport ik best wel veel, op mijn manier beweeg heus wel: elke dag fiets ik 30 minuten van en naar school. En soms ga ik met vrienden naar de fitnessclub. Dan merk ik dat ik het wel graag doe: gewoon onder vrienden. Maar ik wil niet verplicht
worden!”
Eveline is 16, zit in het vijfde van het ASO en heeft een hekel aan sport.
Bron:
http://cava-magazinebe.webhosting.b..._MT2015_WEB.pdf
Mening:
Ik ga akkoord met beide stellingen.
Enerzijds is het nodig dat de jeugd meer beweegt, het is algemeen geweten dat de jeugd van tegenwoordig meer last heeft van overgewicht. Anderzijds vraag ik me wel af of dit alleen te maken heeft met minder beweging. Wordt er ook niet meer naar fastfood gegrepen? Hoeveel jongeren stoppen er na school niet aan een supermarkt om chips en cola te kopen? Ook hoorde ik een tijdje geleden dat veel jongeren hun maaltijd voor tv opeten. Dat zou de kans op obesitas vergroten.
Ik ga ook akkoord met Eveline. Zij laat merken dat ze zich vaak belachelijk voelt: niet over de bok durven springen, kan gelach veroorzaken. Ik vind het helemaal niet noodzakelijk dat het aantal uren sport verhoogt. Afschaffen kan echter ook niet. Ideaal zou zijn als de jongeren zelf tussen een aantal sporten, activiteiten… kunnen kiezen. Zo vindt ieder iets wat hij/zij graag doet.
Men zou de LO-lessen ook anders kunnen beoordelen. Ik heb het vroeger ook meegemaakt dat het percentage van mijn rapport soms door sommige onderdelen van LO wat naar beneden werd gehaald. Dit probleem zou opgelost kunnen worden door in het rapportboekje een aparte kolom te voorzien voor de vakken ‘opvoeding (lichamelijke- muzikale- plastische)’. Deze vakken hebben immers niets met kennis te maken. Ze vormen een ander onderdeel van de opvoeding van jongeren. De ene kan het goed, doet het graag… De andere niet.